ECLI:NL:RBSGR:2000:AA7352
Rechtbank 's-Gravenhage
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- B.H. Franke
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening en asielaanvraag van een Congolese vreemdeling
In deze zaak gaat het om een verzoek om voorlopige voorziening van een Congolese vreemdeling, geboren in 1954, die in het Grenshospitium te Amsterdam verblijft. De vreemdeling heeft een asielaanvraag ingediend die door de Staatssecretaris van Justitie op 3 augustus 2000 is afgewezen. De vreemdeling verzoekt om schorsing van de uitzetting totdat op zijn beroep tegen deze beschikking is beslist. Daarnaast is er een beroep ingesteld tegen de vrijheidsontnemende maatregel die op 31 juli 2000 is opgelegd. De rechtbank heeft op 11 augustus 2000 uitspraak gedaan in deze zaak.
De president van de rechtbank heeft vastgesteld dat de gedingstukken door verweerder te laat zijn ingediend, maar heeft hieraan geen consequenties verbonden. De president heeft het asielrelaas van de vreemdeling beoordeeld en geconcludeerd dat niet op voorhand kan worden gesteld dat het relaas ongeloofwaardig is. De vreemdeling heeft verklaard dat hij lid is van de Mouvement pour la Libération du Congo (MLC) en dat hij is gearresteerd door de veiligheidsdienst in de DRC. Hij heeft tijdens zijn detentie ernstige mishandelingen ondergaan en is uiteindelijk ontsnapt.
De president heeft geoordeeld dat er een reëel risico bestaat op vervolging of een schending van artikel 3 van het EVRM bij terugkeer naar de DRC. De president heeft het beroep tegen de afwijzing van de asielaanvraag gegrond verklaard en de bestreden beschikking vernietigd. Tevens is de vrijheidsontnemende maatregel opgeheven en is de vreemdeling een schadevergoeding van f 900,-- toegekend voor de onrechtmatige detentie. De proceskosten zijn eveneens vergoed aan de vreemdeling, die recht heeft op een vergoeding van f 1.420,-- voor de gemaakte kosten in deze procedure.