ECLI:NL:RBSGR:2001:AD4978
Rechtbank 's-Gravenhage
- Kort geding
- J.S.W. Holtrop
- Rechtspraak.nl
Internationale signalering en voorlopige hechtenis in het kader van strafrechtelijk onderzoek
In deze zaak, die voor de Rechtbank 's-Gravenhage werd behandeld, vorderde eiser, wonende in Zwitserland, de opheffing van een internationale signalering die tegen hem was uitgevaardigd in het kader van een strafrechtelijk onderzoek. De eiser, vertegenwoordigd door zijn advocaten, stelde dat de gronden voor voorlopige hechtenis niet langer aanwezig waren en dat de internationale signalering onrechtmatig was. De zaak was gerelateerd aan het Clickfonds-onderzoek, waarbij eiser verdacht werd van diverse strafbare feiten, waaronder belastingfraude en het leidinggeven aan een internationale criminele organisatie.
De rechtbank oordeelde dat de internationale signalering gerechtvaardigd bleef, ondanks de argumenten van eiser. De rechtbank overwoog dat er nog steeds sprake was van vluchtgevaar en herhalingsgevaar, gezien de ernst van de beschuldigingen en het feit dat eiser zich sinds 1997 in Zwitserland bevond. De rechtbank nam in overweging dat eiser niet naar Nederland terugkeerde uit vrees voor aanhouding en dat zijn verblijf in Zwitserland mogelijk bedoeld was om strafrechtelijke vervolging te ontlopen.
De rechtbank concludeerde dat de belangen van de strafrechtspleging zwaarder wogen dan de belangen van eiser om naar Londen te reizen voor zijn bedrijf. De vordering van eiser werd afgewezen en hij werd veroordeeld in de proceskosten. De uitspraak benadrukte de noodzaak van een zorgvuldige belangenafweging in zaken die betrekking hebben op internationale signaleringen en voorlopige hechtenis.