ARRONDISSEMENTSRECHTBANK TE 'S-GRAVENHAGE, STRAFSECTOR
MEERVOUDIGE KAMER
(VERKORT VONNIS)
parketnummers 09-754093-99 en 09-755044-01 (t.t.z. gevoegd)
rolnummers 0002 en 0004
's-Gravenhage, 23 november 2001
De arrondissementsrechtbank te 's-Gravenhage, rechtdoende in strafzaken, heeft het navolgende vonnis gewezen in de zaak van de officier van justitie tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] (Suriname),
wonende te [woonplaats], [adres],
thans gedetineerd in P.I. HvB De Schie te Rotterdam.
Het onderzoek is gehouden ter terechtzitting van 9 november 2001.
De verdachte, bijgestaan door de raadsman mr M.R. Mantz, is verschenen en gehoord.
Er hebben zich benadeelde partijen gevoegd.
De officier van justitie mr Kole heeft gevorderd dat verdachte ter zake van het hem bij dagvaarding met parketnummer 09-754093-99 onder 1, 2 en 3 telastgelegde en ter zake van het hem bij dagvaarding met parketnummer 09-755044-01 onder 1, 2, 3, 4 en 5 telastgelegde wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 36 maanden, met aftrek van de tijd in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar en als bijzondere voorwaarde verplicht reclasseringscontact.
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot toewijzing van de vordering van de benadeelde partij genaamd American Express Int. Inc. tot een bedrag groot ¦ 7.959,25. Voorts concludeerde zij tot toewijzing van de vordering van de benadeelde partij genaamd Coop. Rabobank Den Haag e.o. tot een bedrag groot ¦ 517.000,00, tot toewijzing van de vordering van de benadeelde partij genaamd Internationale Nederlanden Groep N.V. tot een bedrag groot ¦ 563.500,00 en tot niet-ontvankelijk verklaring van de vordering van de benadeelde partij genaamd Achmea Bank Holding N.V.
De officier van justitie heeft tevens gevorderd dat de blijkens de Lijst van inbeslaggenomen, niet teruggegeven voorwerpen - hierna te noemen Beslaglijst, waarvan een fotokopie, gemerkt C, aan dit vonnis is gehecht - onder verdachte inbeslaggenomen voorwerpen genummerd 2, 3 en 4 zullen worden onttrokken aan het verkeer, dat het blijkens de Beslaglijst inbeslaggenomen voorwerp genummerd 1 zal worden bewaard ten behoeve van de rechthebbende en dat het blijkens de Beslaglijst inbeslaggenomen voorwerp genummerd 5 zal worden teruggegeven aan verdachte.
Aan verdachte is telastgelegd hetgeen is vermeld in de ingevoegde fotokopieën van de dagvaardingen, gemerkt A.
Door de voormelde inhoud van vorenstaande bewijsmiddelen -elk daarvan, ook in zijn onderdelen, gebruikt voor het bewijs van datgene waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft- staan de daarin genoemde feiten en omstandigheden vast en is de rechtbank op grond daarvan tot de overtuiging gekomen en acht zij wettig bewezen, dat verdachte de hem bij dagvaarding met parketnummer 09-754093-99 onder 1, 2 en 3 en de hem bij dagvaarding met parketnummer 09-755044-01 onder 1, 2, 3, 4 en 5 telastgelegde feiten heeft begaan, met dien verstande, dat de rechtbank bewezen acht -en als hier ingelast beschouwt, zulks met verbetering van eventueel in de telastlegging voorkomende type- en taalfouten, zoals weergegeven in de bewezenverklaring, door welke verbetering verdachte niet in de verdediging is geschaad- de inhoud van de telastlegging, zoals deze is vermeld in de fotokopie daarvan, gemerkt B.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde en van de verdachte.
Het bewezenverklaarde is volgens de wet strafbaar, omdat het na te melden misdrijven oplevert.
Verdachte is deswege strafbaar, nu geen strafuitsluitingsgronden aannemelijk zijn geworden.
Na te melden straf is in overeenstemming met de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden, waaronder zij zijn begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals van een en ander tijdens het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Voorts wordt met betrekking tot de op te leggen straf het navolgende overwogen.
Verdachte heeft zich gedurende een lange periode schuldig gemaakt aan een reeks van grootschalige frauduleuze handelingen. Enkel met het doel frauduleuze handelingen te plegen zijn door verdachte en zijn mededaders bedrijven opgericht en/of bankrekeningen geopend. Door vervolgens vanuit financiële instellingen valse stukken te doen uitgaan aan derden hebben verdachte en zijn mededaders getracht geldbedragen te incasseren dan wel goederen geleverd te krijgen. Verdachte en zijn mededaders hebben aldus op grove wijze misbruik gemaakt van het vertrouwen dat door derden en/of deze financiële instellingen zelf wordt gesteld in stukken afkomstig van financiële instellingen. Verdachte is eerst betrokken geweest bij de verzending van een valse bevestiging van een overboeking van 70 miljoen Amerikaanse dollars ten laste van Arabian Computer Export vanuit een filiaal van de ING-Bank. Met deze verzending heeft één van verdachtes mededaders getracht tipgeld te incasseren. Vervolgens is verdachte betrokken geweest bij de verzending van een valse bevestiging van een overboeking van 850.000 Amerikaanse dollars ten laste van het door mededaders van verdachte opgerichte bedrijf Arabian Computer Trading aan een Belgisch bedrijf. Dit met het doel om een grote hoeveelheid goederen geleverd te krijgen die vervolgens onbetaald zou blijven. Enkele maanden later heeft verdachte tezamen met zijn mededaders een vervalst verzoek tot overboeking van ruim 9 miljoen gulden ten laste van een interne rekening van de Postbank N.V. bij de afdeling spoedbehandeling van de Postbank N.V. in circulatie gebracht, op basis waarvan die bank is overgegaan tot het storten van dat bedrag op een rekening van IBO Internetservices, voorheen Arabian Computer Trading.
Verdachte heeft voorts, tezamen met zijn mededaders, verschillende banken bewogen tot afgifte van grote sommen geld door zich in strijd met de waarheid voor te doen als gemachtigd om bedragen van rekeninghouders per incasso te innen. Met dit doel voor ogen hebben verdachte en zijn mededaders bij die banken incassocontracten afgesloten. Dergelijke contracten dienen het betalingsgemak van ondernemers en worden ondernemers gegund op basis van het vertrouwen tussen de bank en de ondernemer. Dit vertrouwen hebben verdachte en zijn mededaders door zo te handelen op grove wijze geschonden en bedoelde banken en/of rekeninghouders bij die banken zijn daardoor aanzienlijk benadeeld.
Tevens heeft verdachte, door gebruikmaking van door hem valselijk opgemaakte formulieren, twee credit cards bemachtigd op naam van een persoon die op dat moment niet in staat was zijn eigen belangen te behartigen. Vervolgens heeft verdachte met deze credit cards uitgaven gedaan en bedragen opgenomen.
De rechtbank overweegt dat op grond van het omvangrijke dossier en het verhandelde ter terechtzitting de conclusie getrokken kan worden dat verdachte bij de diverse fraudes een initiërende en leidende rol heeft gehad en dat hij bij het plegen bovengenoemde misdrijven berekenend, geslepen en brutaal te werk is gegaan en daarbij slechts oog heeft gehad voor zijn eigen financiële gewin.
Verdachte heeft daarnaast - zonder daartoe te zijn gemachtigd - een vuurwapen en bijbehorende munitie voorhanden gehad. Het ongeoorloofde bezit van een vuurwapen brengt het risico met zich mee dat de bezitter in voorkomende gevallen dit vuurwapen trekt en gebruikt, met alle mogelijke gevolgen voor anderen van dien en dient derhalve krachtig te worden tegengegaan.
Tenslotte heeft verdachte een aanzienlijke hoeveelheid pillen bevattende de stoffen MDMA en amfetamine voorhanden gehad. Harddrugs vormen een ernstig gevaar voor de volksgezondheid en zijn voorts bezwarend voor de samenleving vanwege de daarmee gepaard gaande criminaliteit. Het bezit van harddrugs dient dan ook krachtig te worden bestreden.
De rechtbank heeft in aanmerking genomen dat verdachte blijkens een hem betreffend uittreksel uit het Algemeen Documentatieregister d.d. 3 augustus 2001 reeds eerder is veroordeeld voor overtreding van de Opiumwet en een vermogensdelict.
De rechtbank heeft kennis genomen van een voorlichtingsrapport d.d. 1 november 2001 van de Stichting Reclassering Nederland, opgemaakt en ondertekend door W. Vogelezang. De reclassering concludeert dat gezien verdachtes persoonlijkheid en zijn persoonlijke omstandigheden kans op recidive bestaat. Verdachte heeft volgens de reclassering deskundige begeleiding nodig om onder andere te leren zijn grenzen te bepalen en beter voor zichzelf op te komen. De reclassering geeft de rechtbank in overweging een verplicht reclasseringscontact op te leggen in welk kader naar de mening van de reclassering tevens een behandeling zou moeten worden gevolgd.
Op grond van het bovenstaande acht de rechtbank een vrijheidsstraf van na te melden duur passend en geboden. De rechtbank zal evenwel een deel hiervan voorwaardelijk opleggen teneinde verdachte ervan te weerhouden zich opnieuw in te laten met ontoelaatbare activiteiten en een kader te scheppen voor de geïndiceerde behandeling en begeleiding.
Inbeslaggenomen voorwerpen.
Onvoldoende duidelijk is geworden aan wie het blijkens de Beslaglijst inbeslaggenomen voorwerp genummerd 1, te weten drukwerk in eigendom toebehoort.
De rechtbank zal, nu geen persoon als rechthebbende kan worden aangemerkt, de bewaring van het voorwerp ten behoeve van de rechthebbende gelasten.
De rechtbank zal de blijkens de Beslaglijst inbeslaggenomen voorwerpen genummerd 2, 3 en 4, te weten - respectievelijk - 2 zakjes bevattende (in totaal) 99 pillen, een omgebouwd gas/alarmpistool en 3 patronen onttrekken aan het verkeer, zijnde deze voorwerpen voor onttrekking aan het verkeer vatbaar, aangezien met betrekking tot deze voorwerpen de onder 4 respectievelijk 5 bewezenverklaarde feiten zijn begaan en deze voorwerpen van zodanige aard zijn dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet en het algemeen belang.
De rechtbank zal de teruggave aan verdachte gelasten van de blijkens de Beslaglijst inbeslaggenomen voorwerpen genummerd 5, te weten fl. 1500,00 in Nederlandse bankbiljetten.
De vorderingen van de benadeelde partijen.
American Express Int. Inc., kantoorhoudende te 1079 LH Amsterdam, Amsteldijk 166, heeft zich als benadeelde partij gevoegd ter zake van de vordering tot schadevergoeding, groot ¦ 7.959,25.
Deze vordering is door de verdediging niet weersproken, en is door de bij het Voegingsformulier gevoegde bescheiden gestaafd, terwijl die vordering, die eenvoudig van aard is, rechtstreeks - naar uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken - haar grondslag vindt in het bij dagvaarding met parketnummer 09-755044-01 onder 3 aan verdachte telastgelegde en bewezenverklaarde feit.
De rechtbank zal derhalve bepalen dat de benadeelde partij genaamd American Express Int. Inc. ontvankelijk is in haar vordering en deze toewijzen.
Coop. Rabobank Den Haag e.o., kantoorhoudende te 2594 AB 's-Gravenhage, Bezuidenhoutseweg 5, heeft zich als benadeelde partij gevoegd ter zake van de vordering tot schadevergoeding, groot ¦ 517.000,00.
Deze vordering is door de in het zaaksdossier A opgenomen bescheiden gestaafd (in het bijzonder de (vervolg)aangifte van voornoemde Coop. Rabobank Den Haag e.o.), terwijl die vordering, die eenvoudig van aard is, rechtstreeks - naar uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken - haar grondslag vindt in de bij dagvaarding met parketnummer 09-755044-01 onder 1 en 2 aan verdachte telastgelegde en bewezenverklaarde feiten.
De rechtbank zal derhalve bepalen dat de benadeelde partij genaamd Coop. Rabobank Den Haag e.o., ontvankelijk is in haar vordering en deze toewijzen.
Internationale Nederlanden Groep N.V., kantoorhoudende te 1082 GG Amsterdam, Van Leijenberghlaan 221, heeft zich als benadeelde partij gevoegd ter zake van de vordering tot schadevergoeding, groot ¦ 563.500,00.
Deze vordering is door de in het zaaksdossier E opgenomen bescheiden gestaafd (in het bijzonder de aangifte van voornoemde Internationale Nederlanden Groep N.V. en de bankafschriften van de rekening t.n.v. Schwab Advocaten), terwijl die vordering, die eenvoudig van aard is, rechtstreeks - naar uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken - haar grondslag vindt in de bij dagvaarding met parketnummer 09-755044-01 onder 1 en 2 aan verdachte telastgelegde en bewezenverklaarde feiten.
De rechtbank zal derhalve bepalen dat de benadeelde partij genaamd Internationale Nederlanden Groep N.V., ontvankelijk is in haar vordering en deze toewijzen.
Achmea Bank Holding N.V., kantoorhoudende te 2511 CW 's-Gravenhage, Lange Houtstraat 8, heeft zich als benadeelde partij gevoegd ter zake van de vordering tot schadevergoeding, groot ¦ 11.283,51.
De rechtbank zal deze benadeelde partij niet ontvankelijk verklaren in haar vordering tot schadevergoeding, aangezien deze schade niet rechtstreeks is toegebracht door enig ten laste van verdachte bewezenverklaard feit.
De toepasselijke wetsartikelen.
De artikelen:
- 14a, 14b, 14c, 14d, 36b, 36c, 47, 57, 225 en 326 van het Wetboek van Strafrecht;
- 26 en 55 van de Wet wapens en munitie;
- 2 en 10 van de Opiumwet, en de daarbij behorende Lijst I.
verklaart in voege als overwogen wettig en overtuigend bewezen, dat verdachte de hem bij dagvaarding met parketnummer 09-754093-99 onder 1, 2 en 3 de hem bij dagvaarding met parketnummer 09-755044-01 onder 1, 2, 3, 4 en 5 telastgelegde feiten heeft begaan en dat het bewezene uitmaakt:
t.a.v. feiten vermeld op de dagvaarding met parketnummer 09-754093-99 onder 1, 2 en 3:
MEDEPLEGEN VAN OPZETTELIJK GEBRUIK MAKEN VAN HET VALSE OF VERVALSTE GESCHRIFT ALS BEDOEL IN ARTIKEL 225 VAN HET WETBOEK VAN STRAFRECHT, ALS WARE HET ECHT EN ONVERVALST, MEERMALEN GEPLEEGD;
t.a.v. het onder 1 op de dagvaarding met parketnummer 09-755044-01 vermelde feit:
MEDEPLEGEN VAN OPLICHTING, MEERMALEN GEPLEEGD;
t.a.v. het onder 2 op de dagvaarding met parketnummer 09-755044-01 vermelde feit:
MEDEPLEGEN VAN VALSHEID IN GESCHRIFT, MEERMALEN GEPLEEGD;
t.a.v. het onder 3 op de dagvaarding met parketnummer 09-755044-01 vermelde feit:
OPZETTELIJK GEBRUIK MAKEN VAN HET VALSE OF VERVALSTE GESCHRIFT ALS BEDOEL IN ARTIKEL 225 VAN HET WETBOEK VAN STRAFRECHT, ALS WARE HET ECHT EN ONVERVALST, MEERMALEN GEPLEEGD;
t.a.v. het onder 4 op de dagvaarding met parketnummer 09-755044-01 vermelde feit:
HANDELEN IN STRIJD MET ARTIKEL 26, EERSTE LID VAN DE WET WAPENS EN MUNITIE EN HET FEIT BEGAAN MET BETREKKING TOT EEN VUURWAPEN VAN CATEGORIE III;
t.a.v. het onder 5 op de dagvaarding met parketnummer 09-755044-01 vermelde feit:
HANDELEN IN STRIJD MET HET IN ARTIKEL 2, EERSTE LID, ONDER C, VAN DE OPIUMWET GEGEVEN VERBOD;
verklaart het bewezene en verdachte deswege strafbaar;
veroordeelt verdachte te dier zake tot:
gevangenisstraf voor de duur van 36 maanden;
bepaalt, dat een gedeelte van die straf, groot 6 maanden niet zal worden tenuitvoergelegd, zulks onder de algemene voorwaarde, dat de veroordeelde zich voor het einde van de hierbij op 2 jaar vastgestelde proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
en onder de bijzondere voorwaarde:
dat de veroordeelde zich gedurende de proeftijd zal gedragen naar de voorschriften hem te geven door of namens de Stichting Reclassering Nederland, arrondissement Den Haag, ook indien dit behandeling mocht inhouden, dit alles zolang die instelling zulks nodig acht;
geeft hierbij opdracht aan bovengenoemde reclasseringsinstelling krachtens het bepaalde bij artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht;
bepaalt, dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht bij de uitvoering van de onvoorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
in verzekering gesteld op: 31 juli 2001;
in voorlopige hechtenis gesteld op: 3 augustus 2001;
gelast de bewaring ten behoeve van de rechthebbende van het blijkens de aan dit vonnis gehechte Beslaglijst inbeslaggenomen voorwerp, genummerd 1, te weten drukwerk;
verklaart onttrokken aan het verkeer de blijkens de aan dit vonnis gehechte Beslaglijst inbeslaggenomen voorwerpen, genummerd 2, 3 en 4, te weten - respectievelijk - 2 zakjes bevattende (in totaal) 99 pillen, een omgebouwd gas/alarmpistool en 3 patronen;
gelast de teruggave aan verdachte van de blijkens de aan dit vonnis gehechte Beslaglijst inbeslaggenomen voorwerpen, genummerd 5, te weten fl. 1500,00 in Nederlandse bankbiljetten;
wijst de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij genaamd American Express Int. Inc., groot ¦ 7.959,25 toe en veroordeelt verdachte voorts:
om tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan American Express Int. Inc., kantoorhoudende te Amsterdam, een bedrag van ¦ 7.959,25 met veroordeling tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot deze uitspraak begroot op nihil, en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
wijst de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij genaamd Coop. Rabobank Den Haag e.o., groot ¦ 517.000,00 toe en veroordeelt verdachte voorts:
om tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan Coop. Rabobank Den Haag e.o., kantoorhoudende te 's-Gravenhage, een bedrag van ¦ 517.000,00 met veroordeling tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot deze uitspraak begroot op nihil, en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
met bepaling dat indien en voorzover verdachtes mededader aan de deze betalingsverplichting zal hebben voldaan, verdachte door die betaling zal zijn bevrijd.
wijst de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij genaamd Internationale Nederlanden Groep N.V., groot ¦ 563.500,00 toe en veroordeelt verdachte voorts:
om tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan Internationale Nederlanden Groep N.V., kantoorhoudende te Amsterdam, een bedrag van ¦ 563.500,00 met veroordeling tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot deze uitspraak begroot op nihil, en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
met bepaling dat indien en voorzover verdachtes mededader aan de deze betalingsverplichting zal hebben voldaan, verdachte door die betaling zal zijn bevrijd.
bepaalt dat de benadeelde partij genaamd Achmea Bank Holding N.V., kantoorhoudende te 's-Gravenhage, niet ontvankelijk is in haar vordering tot schadevergoeding, en dat deze haar vordering bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte bij dagvaarding meer of anders is telastgelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Dit vonnis is gewezen door
mrs Elkerbout, voorzitter,
Wapenaar en Spliet, rechters,
in tegenwoordigheid van mr De Jong, griffier,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 23 november.
Mr. Spliet is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.