Bewijsoverweging.
Verdachte heeft zich samen met anderen gedurende lange tijd en op grote schaal schuldig gemaakt aan afpersingen. Hierbij is telkens dezelfde -hierna volgende- werkwijze gebruikt.
Een of twee mensen spreken op een bouw- of werkplaats een werknemer aan en bieden hun diensten aan, veelal een nieuwe methode van slijpen en harden van gereedschap. Hierbij zijn
leden van de familie van verdachte -de zonen [betrokkene3] en [betrokkene4]- en verdachte zelf herkend. Tegenover de aangesproken werknemer wordt de indruk gewekt dat de baas of de chef reeds opdracht heeft gegeven tot het slijpen/harden of er wordt aangeboden een paar proefstukjes te
slijpen. De aanbieders vragen de werknemer vervolgens op een factuur te noteren welke gereedschappen aan hen meegegeven worden, alsmede een door hen opgegeven code. Nadat het gereedschap is afgegeven wordt naar het bedrijf gebeld en gevraagd waar de rekening naar toe moet. De rekeningen staan onder meer op naam van [W.] te Amsterdam of Groningen, [J.] te Spijkenisse of Rotterdam, [F.C.] te Breda, gebroeders [K.] te Rotterdam en Slijperij [S.] te Amsterdam. Deze zijn alle in combinatie met de rekeningnummers waarop het geld gestort moet worden terug te leiden tot familie van verdachte en de door de familie van verdachte gebruikte "katvanger" [betrokkene5].
Wanneer de bedrijven niet willen betalen starten de telefonische bedreigingen. Via de Kamer van Koophandel zijn de privé-adressen van betrokkenen achterhaald, waarna zij zowel overdag als 's nachts met bedreigingen worden geconfronteerd. Aan de telefonische bedreigingen nemen verschillende personen deel, onder meer de partner van verdachte.
De stem van verdachte is -mede naar aanleiding van de tv-uitzending- een aantal malen herkend. In het geval [Van H.] gebruikte verdachte de naam [D.]; een naam die in ook in andere zaken is gebruikt. Verdachte heeft bij [Van H.] een drietal mobiele nummers gebruikt, die via de Sim-card te linken zijn aan in andere zaken gebruikte mobiele nummers. De auto's waarvan gebruik is gemaakt, komen in verschillende zaken terug en staan deels op naam van zonen en schoondochter van verdachte en op naam van [D.], met wiens familie verdachte al jaren rondreist en die ook betrokken is bij de zaak [Van H.].
Uit het vorenstaande volgt naar het oordeel van de rechtbank dat verdachte - die de oudste van de familie is - de regie in handen heeft en als leidinggevende tezamen met onder meer de in de telastlegging genoemde directe familieleden gedurende een lange periode in een gestructureerd familie -en samenwerkingsverband geopereerd heeft met als oogmerk het plegen van afpersingen. Dat hier geen sprake is geweest van reële beloningen voor slijp- en verhardingswerk moge blijken uit het feit dat veel gereedschap nooit is teruggekomen, bij verdachte en zijn familie slechts 2 roestige slijpmachientjes gevonden zijn en uit informatie uit de branche-organisatie van Nederlandse Slijpbedrijven naar voren komt dat harden zeer specifieke kennis van en grote investeringen van de ondernemer vergt. Desalniettemin is via diverse rekeningen van familie of bekenden van verdachte en deels contant vanaf 1 januari 1999 een bedrag van ruim 1 miljoen gulden bij verdachte en diens familie terechtgekomen.