ECLI:NL:RBSGR:2002:AE6556
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. von Maltzahn
- A. Aarts
- M. Molenaar
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek tegen rechter in strafzaak wegens vermeende partijdigheid
In deze zaak heeft de rechtbank 's-Gravenhage op 20 maart 2002 een wrakingsverzoek behandeld dat was ingediend door verzoeker, vertegenwoordigd door mr. R.S. Sewdajal. Het wrakingsverzoek was gericht tegen een rechter die betrokken was bij een strafzaak. Verzoeker stelde dat de rechter niet onpartijdig was, omdat hij de indruk had gekregen dat de rechter de zaak niet goed had voorbereid en tijdens een schorsing telefonisch overleg had gepleegd met een collega. Verzoeker was van mening dat de rechter na dit overleg een definitief standpunt had ingenomen dat nadelig was voor hem, en dat hij had aangegeven dat de gehele rechtbank deze mening deelde. De rechter heeft echter betwist dat hij een definitief standpunt had ingenomen en heeft zijn onpartijdigheid verdedigd.
De rechtbank overwoog dat de indruk van verzoeker niet voldoende was om aan te nemen dat de rechter vooringenomen was. De rechtbank benadrukte dat het karakter van een comparitie met zich meebrengt dat voorlopige standpunten worden ingenomen, en dat de mogelijkheid voor repliek en dupliek nog openstond. De rechtbank concludeerde dat er geen uitzonderlijke omstandigheden waren die de vrees voor partijdigheid objectief gerechtvaardigd maakten. Daarom werd het wrakingsverzoek afgewezen.
De beslissing werd genomen door de meervoudige wrakingskamer, bestaande uit mrs. Von Maltzahn, Aarts en Molenaar, in tegenwoordigheid van griffier mr. Dingley. De beschikking werd op 20 maart 2002 gegeven.