ECLI:NL:RBSGR:2004:AR7471
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- R.M. Bouritius
- P.B. Devilee
- Rechtspraak.nl
Wijziging gezagsvoorziening en omgangsregeling tussen twee vrouwelijke partners na beëindiging geregistreerd partnerschap
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 8 december 2004 uitspraak gedaan in een verzoekschrift dat op 8 juni 2004 was ingekomen. Het verzoekschrift was ingediend door [verzoekster], die verzocht om belast te worden met het gezag over [het kind], geboren uit de relatie tussen [verzoekster] en [verweerster]. De rechtbank heeft vastgesteld dat [verweerster] niet in familierechtelijke betrekking staat tot [het kind], aangezien hij niet is erkend en niet is geboren tijdens het geregistreerd partnerschap van de partijen. De rechtbank heeft de beschikking van 2 juni 1999, waarin beide partijen gezamenlijk met het gezag over [het kind] waren belast, beoordeeld. De rechtbank oordeelde dat de wetgever de voortzetting van gezamenlijk gezag bij het einde van de partnerschapsregistratie niet in strijd acht met het belang van het kind. De rechtbank heeft geoordeeld dat er geen sprake was van een wijziging van omstandigheden die het noodzakelijk maakte om het gezamenlijk gezag te beëindigen. De rechtbank heeft het verzoek van [verzoekster] tot wijziging van het gezag afgewezen, maar heeft wel een omgangsregeling vastgesteld tussen [verweerster] en [het kind]. De omgangsregeling houdt in dat [het kind] om de week bij [verweerster] verblijft en dat hij in de schoolvakanties ook tijd bij haar doorbrengt. De rechtbank heeft de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of anders verzochte afgewezen.