ECLI:NL:RBSGR:2005:AU1160
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroepschrift niet tijdig ingediend in bestuursrechtelijke procedure
In deze zaak heeft eiser beroep ingesteld tegen een besluit van de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. Het beroep is ingediend bij de rechtbank 's-Gravenhage op 3 juni 2005, terwijl de termijn voor het indienen van het beroepschrift op 31 mei 2005 eindigde. De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroepschrift niet tijdig was ingediend, omdat het pas op 2 juni 2005 ter post was bezorgd. De rechtbank heeft de relevante artikelen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) aangehaald, die de termijn voor het indienen van een beroepschrift regelen. Volgens artikel 6:7 van de Awb bedraagt deze termijn zes weken, en begint deze op de dag na de bekendmaking van het besluit. In dit geval was het bestreden besluit bekendgemaakt op 19 april 2005, waardoor de termijn begon op 20 april 2005 en eindigde op 31 mei 2005. Eiser heeft aangevoerd dat hij het beroepschrift per TPG heeft verzonden om de ontvankelijkheid te waarborgen, maar de rechtbank oordeelde dat dit geen rechtvaardiging bood voor de termijnoverschrijding. De rechtbank concludeerde dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk was en verklaarde het beroep ongegrond. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd, en tegen deze uitspraak kan binnen zes weken verzet worden gedaan bij de rechtbank.