ECLI:NL:RBSGR:2006:AW7398
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.J.M. Slot
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot toepassing van de schuldsanering door de rechtbank 's-Gravenhage
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 5 april 2006 uitspraak gedaan over het verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling van de verzoeker, die in financiële problemen verkeerde. Het verzoekschrift was ingediend door de verzoeker, die werd vertegenwoordigd door zijn advocaat, en was gericht tegen Zürich Lebensversicherungsgesellschaft, die als crediteur optrad. De rechtbank heeft vastgesteld dat er gegronde vrees bestaat dat de verzoeker zijn verplichtingen uit de schuldsaneringsregeling niet naar behoren zal nakomen. Dit oordeel is gebaseerd op de bevindingen dat de verzoeker nog steeds als zelfstandig ondernemer actief is en dat hij niet voldoende gemotiveerd is om betaalde arbeid te vinden. Bovendien heeft de rechtbank geoordeeld dat de verzoeker niet te goeder trouw is geweest ten aanzien van het ontstaan van zijn schulden, met name de schuld aan Zürich, die voortvloeit uit een onrechtmatige daad. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de verzoeker zijn crediteuren heeft benadeeld door onvoldoende pogingen te ondernemen om zijn financiële situatie te verbeteren en door geen adequate afspraken te maken over zijn klantenportefeuille. Gezien deze omstandigheden heeft de rechtbank het verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling afgewezen, zowel op basis van artikel 288 lid 1 als artikel 288 lid 2 van de Faillissementswet. De rechtbank heeft geen persoonlijke omstandigheden van de verzoeker kunnen vaststellen die een andere uitkomst zouden rechtvaardigen.