ECLI:NL:RBSGR:2008:BG7145
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.P.F. Slijpen
- W.M.M.A. van der Vegt
- Rechtspraak.nl
Omzetcorrecties en administratieve verplichtingen van een snackbarondernemer
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank 's-Gravenhage op 23 oktober 2008, staat de administratieve verplichting van een snackbarondernemer centraal. Eiser, die een snackbar exploiteert, heeft te maken met een navorderingsaanslag inkomstenbelasting en een vergrijpboete van 50% opgelegd door de Belastingdienst. De rechtbank behandelt de beroepen van eiser tegen de navorderingsaanslag voor de jaren 2003, 2004 en 2005, waarbij geconstateerd wordt dat de administratie van eiser niet voldoet aan de wettelijke eisen. Tijdens een controle zijn ernstige tekortkomingen in de administratie vastgesteld, waaronder het niet bewaren van belangrijke documenten en het niet correct registreren van omzet en uitgaven.
De rechtbank oordeelt dat eiser gebonden is aan een akkoord dat hij heeft gesloten met de Belastingdienst over omzetcorrecties, ondanks zijn bewering dat hij de akkoordverklaring niet heeft gelezen. De rechtbank concludeert dat de navorderingsaanslag is gebaseerd op een redelijke schatting, waarbij rekening is gehouden met de door eiser opgegeven verkoopprijzen en de bekende inkoopprijzen. Eiser heeft niet aangetoond dat de schatting onjuist is, en de rechtbank verklaart het beroep gegrond, maar handhaaft de navorderingsaanslag voor de inkomstenbelasting.
De rechtbank vermindert echter de opgelegde vergrijpboete van 50% tot 25%, omdat de eerste waarschuwing pas na de periode van de navorderingsaanslag is gegeven. De rechtbank wijst de Staat der Nederlanden aan als de rechtspersoon die de proceskosten van eiser moet vergoeden. Deze uitspraak benadrukt het belang van een correcte administratie en de gevolgen van het niet voldoen aan de administratieve verplichtingen voor ondernemers.