Sector civiel recht - voorzieningenrechter
Vonnis in kort geding van 20 april 2009,
gewezen in de zaak met zaak- / rolnummer: 334238 / KG ZA 09-420 van:
[eiser], in zijn hoedanigheid van wettelijk vertegenwoordiger van [X],
wonende te [woonplaats],
eiser,
advocaat mr. L. Bosch te Hoorn,
de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid
De Rooms Katholieke Voetbalvereniging GDA,
gevestigd te Den Haag,
gedaagde,
in persoon verschenen bij haar bestuursleden [A] en [B].
Op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting van 14 april 2009 wordt in dit geding van het volgende uitgegaan.
1.1. Eiser is de wettelijk vertegenwoordiger van [X] (hierna: [X]).
1.2. Gedaagde is een voetbalvereniging waar amateurvoetbal wordt bedreven. [X] is lid van gedaagde. Hij speelt in de C1 van gedaagde.
1.3. In de woonomgeving van eiser is recent de Stichting Topjeugd Voetbalacademie opgericht. Zij is een initiatief van een voetbalacademie en heeft een samenwerkingsverband met betaald voetbalorganisatie Sparta Rotterdam en de voetbalvereniging v.s.v. Tonegido (hierna: Tonegido) welke een amateurstatus geniet.
1.4. De Stichting Topjeugd Voetbalacademie heeft als doelstelling om jeugdspelers op een kwalitatief hoogwaardig niveau te laten voetballen. Talentvolle jeugdvoetbalspelers krijgen hierdoor de mogelijkheid zich verder te ontwikkelen.
1.5. De Stichting Topjeugd Voetbalacademie heeft in samenwerking met Tonegido op 25 februari 2009, 25 maart 2009 en 22 april 2009 open dagen georganiseerd teneinde talentvolle jeugdspelers te selecteren. De geselecteerde jeugdspelers zullen dan mogelijk in het komende voetbalseizoen 2009/2010 deel uitmaken van een A en B-jeugdelftal van Tonegido.
1.6. Zowel de KNVB als de Stichting Topjeugd Voetbalacademie hebben op hun websites voorgeschreven dat een jeugdspeler van zijn huidige voetbalvereniging toestemming dient te verkrijgen voor deelname aan een open dag. Zonder toestemming is een jeugdspeler niet gerechtigd aan een open dag deel te nemen. Indien een jeugdspeler hiertoe desondanks overgaat, kunnen er sancties door de huidige voetbalvereniging worden opgelegd.
1.7. Bij brief van 11 maart 2009 heeft eiser aan gedaagde verzocht toestemming te verlenen om [X] aan de open dag van 25 maart 2009 bij Tonegido te laten deelnemen.
1.8. Gedaagde heeft in haar brief van 21 maart 2009 haar toestemming geweigerd. In haar brief, is voor zover relevant, het volgende vermeld:
" Dinsdagavond hebben wij in de bestuursvergadering uw brief van 11 maart besproken. U vraagt daarin toestemming om uw zoon [X] aan de open dag op woensdag 25 maart bij TONEGIDO te laten deelnemen.
Helaas moeten wij u meedelen dat GDA hiervoor geen toestemming verleent. In het algemeen hanteert het GDA-bestuur het standpunt dat geen toestemming wordt verleend voor deelname aan activiteiten bij andere verenigingen zolang de lopende competitie niet afgerond is. Inmiddels hebben wij dit standpunt ook op de GDA-site gepubliceerd.
Wij gaan ervan uit dat een lid ook lid is tot aan het einde van een seizoen: daarna heeft elk lid natuurlijk het recht om via de formele overschrijvingsregeling naar een andere vereniging over te stappen. Onderliggende beweegredenen zijn in het algemeen:
- geen 'vervaging / vertroebeling' van de overschrijvingstermijn (duidelijkheid);
- complete GDA-trainingsgroepen: geen absentie wegens activiteiten elders;
- mogelijkheid tot verkrijgen van blessures uitsluiten.
(...)".
1.9. [X] heeft te kennen gegeven aan de open dag van 22 april 2009 te willen deelnemen.
2. De vorderingen, de gronden daarvoor en het verweer
2.1. Eiser vordert - zakelijk weergegeven - gedaagde op straffe van een dwangsom te gebieden aan eiser in hoedanigheid van wettelijk vertegenwoordiger van [X] binnen 24 uur na betekening van dit vonnis toestemming te verlenen tot deelname aan een door of namens de Stichting Topjeugd Voetbalacademie te organiseren open dag, dan wel een andere in goede justitie te bepalen voorziening te treffen. Voorts vordert eiser dat indien gedaagde niet verricht waartoe zij ingevolge dit vonnis gehouden is, hij gemachtigd is om datgene te bewerken waartoe nakoming zou hebben geleid (artikel 3:299 BW). Tot slot vordert eiser te bepalen dat dit vonnis dezelfde kracht heeft als een in wettige vorm opgemaakte akte van gedaagde, of een deel van de akte van gedaagde en eiser (artikel 3:300 BW).
2.2. Daartoe voert eiser het volgende aan.
Gedaagde handelt onrechtmatig en in strijd met de redelijkheid en billijkheid door [X] geen toestemming te verlenen tot deelname aan een open dag van of namens de Stichting Topjeugd Voetbalacademie. Gedaagde misbruikt hierdoor tevens haar bevoegdheid. Door de weigerachtige houding van gedaagde is het voor [X] niet mogelijk om deel te nemen aan de open dag van 22 april 2009. Een eventuele selectie voor het jeugdelftal van de Stichting Topjeugd Voetbalacademie voor het nieuwe voetbalseizoen is hierdoor niet mogelijk. Gedaagde heeft geen enkel belang bij haar weigerachtige houding tot het verlenen van toestemming nu [X] tijdens de open dag van 22 april 2009 geen verplichtingen heeft bij gedaagde. Daarnaast zal [X] zijn voetbalseizoen bij gedaagde afmaken. Er is dan ook geen sprake van een tussentijdse overstap, zulks is ook niet mogelijk nu het jeugdplan van de Stichting Topjeugd Voetbalacademie pas in het komende voetbalseizoen van start zal gaan. Bovendien is nog in het geheel niet duidelijk óf [X] geselecteerd zal worden voor het jeugdplan van de Stichting Topjeugd Voetbalacademie en of deelname aan dit jeugdplan ook door [X] en eiser wordt voorgestaan. In verband met de collectieve verzekering waar de jeugdspelers onder vallen, heeft de KNVB de voorwaarde gesteld dat schriftelijke toestemming van de huidige voetbalvereniging noodzakelijk is. Gedaagde heeft geen gegronde redenen om toestemming tot deelname aan een open dag te weigeren. Eiser heeft de indruk dat de kennelijke aversie van gedaagde tegen het ambitieuze jeugdplan van de Stichting Topjeugd Voetbalacademie over de ruggen van de jeugdspelers wordt uitgevochten. Deze indruk wordt met name bevestigd nu gedaagde te kennen heeft gegeven wel toestemming te verlenen voor open dagen gedurende het voetbalseizoen bij betaald voetbalorganisaties, waarvan de jeugdelftallen net als van de Stichting Topjeugd Voetbalacademie een amateurstatus genieten.
2.3. Gedaagde voert gemotiveerd verweer, dat hierna, voor zover nodig, zal worden besproken.
3. De beoordeling van het geschil
3.1. Kern van het geschil betreft de vraag of gedaagde ten onrechte haar toestemming heeft geweigerd om [X] te laten deelnemen aan de open dagen van de Stichting Topjeugd Voetbalacademie. Gedaagde heeft deze vraag ontkennend beantwoord en stelt dat conform haar beleid gedurende het voetbalseizoen aan leden geen toestemming wordt verleend om deel te nemen aan selectieactiviteiten ten behoeve van andere voetbalverenigingen. De achterliggende gedachte van dit beleid is volgens gedaagde om tijdens het voetbalseizoen voor alle betrokken partijen rust en duidelijkheid te creëren alsmede eventuele competitievervalsing te vermijden. [X] is net als alle andere leden aan het beleid van gedaagde gebonden. De door de KNVB gestelde voorwaarde dat toestemming van de huidige voetbalvereniging vereist is, heeft als doel om die vereniging te laten bepalen of zij een dergelijke open dag c.q. selectiedag van een andere vereniging in haar belang acht. Gedaagde meent dat zulks niet in haar belang is nu dit veelal met zich meebrengt dat haar jeugdleden tijdens de competities naar de desbetreffende voetbalvereniging vertrekken. Gedaagde betwist dan ook uitdrukkelijk de stelling van eiser dat zij onrechtmatig en in strijd met de redelijkheid en billijkheid handelt nu zij bij het uitvoeren van haar beleid voornoemd belang voorop stelt.
3.2. Ter terechtzitting heeft gedaagde desgevraagd verklaard dat zij van bovengenoemd beleid afwijkt indien het een open dag c.q. selectiedag van een betaald voetbalorganisatie betreft. Zij verleent in een dergelijk geval wel de vereiste schriftelijke toestemming aan haar leden. Gedaagde heeft in dit verband aangevoerd dat dit onderscheid is gelegen in het feit dat bij een betaald voetbalorganisatie een jeugdspeler zich op een hoogwaardiger kwaliteitsniveau zal ontwikkelen, terwijl bij een amateurvereniging als Tonegido de jeugdspeler op hetzelfde niveau blijft spelen. Bovendien heeft gedaagde een eigen jeugdplan met betrekking tot het selecteren van goede jeugdspelers. Op basis van een gesloten convenant tussen gedaagde en betaald voetbalorganisaties zal zij de selectieactiviteiten bij betaald voetbalorganisaties ook stimuleren nu dit zowel voor gedaagde als voor haar leden allerlei voordelen oplevert, zoals onder meer het bezoeken van wedstrijden van betaald voetbalorganisaties tegen gereduceerde prijzen. Voorts heeft gedaagde ter terechtzitting gesteld dat zij op de hoogte is dat andere leden veelal niet voorafgaand aan selectiedagen bij amateurvoetbalverenigingen haar om schriftelijke toestemming hebben verzocht. Er zijn jegens deze jeugdspelers geen sancties opgelegd, aldus gedaagde.
3.3. Het beleid van gedaagde om gedurende het voetbalseizoen aan haar leden geen toestemming te verlenen om deel te nemen aan open dagen c.q. selectiedagen van andere voetbalverenigingen, acht de voorzieningenrechter op zichzelf een redelijk beleid. Met gedaagde is de voorzieningenrechter van oordeel dat het in het belang is van zowel gedaagde als van de jeugdspelers om gedurende de voetbalcompetitie, welke eind april afloopt, rust en duidelijkheid te creëren en competitievervalsing te vermijden. Daarbij is het echter wel van doorslaggevend belang dat voornoemd beleid van gedaagde consequent wordt toegepast en door haar correct wordt gehandhaafd.
3.4. Ter terechtzitting is echter vast komen te staan dat gedaagde haar beleid niet consequent hanteert aangezien zij bij haar beoordeling of schriftelijke toestemming voor een open dag c.q. selectiedag al dan niet zal worden verleend, onderscheid maakt tussen selectieactiviteiten bij amateurvoetbalverenigingen, in dit geval Tonegido, en betaald voetbalorganisaties. Gedaagde heeft immers ter terechtzitting erkend dat zij wel schriftelijke toestemming verleent aan selectieactiviteiten van betaald voetbalorganisaties welke gedurende het voetbalseizoen plaatsvinden. Het verweer van gedaagde dat zij een convenant heeft gesloten met betaald voetbalorganisaties, wat daar ook van zij, doet aan dit inconsequent handelen van gedaagde niet af.
3.5. Naast het feit dat gedaagde haar beleid niet consequent toepast, is tevens voldoende komen vast te staan dat gedaagde haar beleid niet strikt handhaaft. Ondanks het feit dat gedaagde op de hoogte is (geweest) dat andere jeugdspelers van gedaagde zonder voorafgaande schriftelijke toestemming hebben deelgenomen aan selectieactiviteiten ten behoeve van andere voetbalverenigingen, waaronder Tonegido, heeft zij desalniettemin dergelijk handelen gedoogd nu zij geen nadere sanctiemaatregelen jegens deze jeugdspelers heeft opgelegd.
3.6. Gelet op het feit dat gedaagde haar beleid ten aanzien van toestemming tot deelname aan selecties van andere voetbalverenigingen inconsequent hanteert en niet strikt handhaaft, dient te worden aangenomen dat zij jegens eiser in hoedanigheid van wettelijk vertegenwoordiger onrechtmatig handelt door hem geen schriftelijke toestemming te verlenen om aan de open dagen van Tonegido deel te nemen. Het verweer van gedaagde dat zij een eigen jeugdplan heeft teneinde goede jeugdspelers te selecteren doet daar niet aan af.
3.7. Het voorgaande leidt tot de conclusie dat de vordering als na te melden moet worden toegewezen. De vordering om gedaagde te gebieden aan eiser toestemming te verlenen tot deelname aan een door of namens de Stichting Topjeugd Voetbalacademie te organiseren open dag, is te ruim geformuleerd zodat deze zal worden toegewezen voor de open dag van 22 april 2009. Aangezien het gedeelte van de vordering dat ziet op artikel 3:300 van het Burgerlijke Wetboek ertoe leidt dat, indien gedaagde weigert de gevorderde toestemming te verlenen, dit vonnis in de plaats zal treden van voornoemde toestemming van gedaagde, bestaat er geen reden om te bepalen dat eiser wordt gemachtigd om de te geven beslissing zelf te doen uitvoeren. Dit gedeelte van de vordering zal dan ook worden afgewezen.
3.8. Oplegging van een dwangsom, als stimulans tot nakoming van de te geven beslissing, is aangewezen. De op te leggen dwangsom zal worden vastgesteld op € 1.000,--. Voorts zal er worden bepaald dat de op te leggen dwangsom vatbaar is voor matiging door de rechter, voor zover handhaving daarvan naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn, mede in aanmerking genomen de mate waarin aan de veroordeling is voldaan, de ernst van de overtreding en de mate van verwijtbaarheid daarvan.
3.9. Gedaagde zal, als de in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de kosten van dit geding.
- beveelt dat gedaagde aan eiser in de hoedanigheid van wettelijk vertegenwoordiger van [X] binnen 24 uur na betekening van dit vonnis toestemming verleent tot deelname aan de door of namens de Stichting Topjeugd Voetbalacademie te organiseren open dag op 22 april 2009;
- bepaalt dat, indien gedaagde aan voornoemd bevel niet voldoet, zij een dwangsom verbeurt van € 1.000,--;
- bepaalt dat bovenstaande dwangsom vatbaar is voor matiging op de wijze zoals onder 3.8 is vermeld;
- bepaalt dat, indien gedaagde niet tijdig aan voornoemd bevel voldoet, dit vonnis in de plaats treedt van de toestemming van gedaagde;
- veroordeelt gedaagde in de kosten van dit geding, tot dusverre aan de zijde van eiser begroot op € 1.163,98, waarvan € 816,-- aan salaris advocaat, € 262,-- aan griffierecht en € 85,98 aan dagvaardingskosten;
- verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
- wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.J. Paris en in het openbaar uitgesproken op 20 april 2009.