ECLI:NL:RBSGR:2009:BK5958
Rechtbank 's-Gravenhage
- Kort geding
- R.J. Paris
- Rechtspraak.nl
Vordering tot toevoeging van stukken aan strafdossier en vertaling op kosten van de Staat
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank 's-Gravenhage, heeft eiseres, die wordt vervolgd voor het onttrekken van minderjarigen aan het wettelijk gezag, een vordering ingediend om stukken in het Hebreeuws te laten vertalen naar het Nederlands en aan haar strafdossier toe te voegen. De vordering is gedaan op basis van een verzoek van de raadsman van eiseres aan de officier van justitie, maar deze heeft geweigerd om aan het verzoek te voldoen, omdat de rechtbank op 23 juni 2009 al had beslist over de toevoeging van de stukken. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat eiseres niet-ontvankelijk is in haar vordering, omdat de strafrechter al een beslissing had genomen over de toevoeging van de stukken, waarbij eiseres zelf verantwoordelijk was voor de vertaling. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat eiseres de mogelijkheid heeft om het verzoek opnieuw in te dienen bij de strafrechter of dit in hoger beroep aan de orde te stellen. De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat er voldoende waarborgen zijn voor eiseres om haar rechtsgang te vervolgen, en dat het gesloten stelsel van rechtsmiddelen in dit geval in de weg staat aan een kort geding. Eiseres is veroordeeld in de kosten van het geding, die zijn begroot op € 1.078,-, inclusief advocaatkosten en griffierecht.