ECLI:NL:RBSGR:2009:BK7675
Rechtbank 's-Gravenhage
- Raadkamer
- M. Smelt
- Rechtspraak.nl
Vergoeding voor kosten in verband met TOM-zitting en andere rechtsbijstandskosten
In deze zaak heeft de rechtbank 's-Gravenhage op 21 juli 2009 uitspraak gedaan over een verzoekschrift van verzoekster, die een vergoeding ten laste van de Staat vroeg voor kosten in verband met haar rechtsbijstand. Het verzoek betrof onder andere een vergoeding voor de eigen bijdrage aan de Raad voor Rechtsbijstand, reiskosten en gederfde inkomsten in verband met een TOM-zitting en een zitting bij de politierechter. De rechtbank heeft vastgesteld dat de TOM-zitting, een gesprek met de officier van justitie in het kader van een transactieaanbod, niet onder het bereik van artikel 591a van het Wetboek van Strafvordering valt. Dit artikel ziet enkel op vergoedingen voor het gerechtelijk vooronderzoek en de behandeling van de zaak ter terechtzitting. De rechtbank verklaarde verzoekster niet-ontvankelijk in haar verzoek voor de kosten van de TOM-zitting.
De rechtbank heeft echter wel gronden van billijkheid gezien om verzoekster een vergoeding toe te kennen voor de kosten van de eigen bijdrage aan de Raad voor Rechtsbijstand, alsook voor de reiskosten. In totaal is een bedrag van € 693,84 aan verzoekster toegekend, bestaande uit € 148 voor de eigen bijdrage, € 5,84 voor reiskosten en € 540 voor de kosten van het verzoekschrift. De rechtbank heeft de beslissing genomen in aanwezigheid van de griffier, mr. drs. Verkennis, en heeft de uitspraak openbaar gedaan. Verzoekster was niet aanwezig, maar haar raadsvrouw, mr. N. Stolk, was wel aanwezig tijdens de zitting.