ECLI:NL:RBSGR:2010:BM7442

Rechtbank 's-Gravenhage

Datum uitspraak
17 mei 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
10/13110
Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening+bodemzaak
Rechters
  • E. Steendijk
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beslissing over de voorlopige voorziening en beroep inzake asielaanvraag met betrekking tot overschrijding van de 48-uurstermijn

In deze zaak heeft verzoeker op 30 maart 2010 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De aanvraag werd op 8 april 2010 door de Minister van Justitie afgewezen. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening, zodat uitzetting achterwege zou blijven totdat er een beslissing in de hoofdzaak was genomen. De voorzieningenrechter heeft op 7 mei 2010 de zaak behandeld, waarbij verzoeker werd bijgestaan door zijn gemachtigde, mr. J.J.T. van Loo, en de verweerder werd vertegenwoordigd door mr. R. Jonkman.

De rechter heeft vastgesteld dat de 48-uurstermijn voor het afhandelen van de asielaanvraag was overschreden. De aanvang van de termijn was vastgesteld op 31 maart 2010 om 8:37 uur. De verweerder had op Goede Vrijdag, een erkende feestdag, besloten niet te werken en deze tijd niet mee te tellen in de procesuren. De voorzieningenrechter oordeelde echter dat de procesuren van Goede Vrijdag wel meegeteld moesten worden bij de berekening van de 48-uurstermijn. Dit leidde tot de conclusie dat de beslissing van de verweerder niet tijdig was genomen, wat in strijd was met de relevante wetgeving.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, maar het beroep gegrond verklaard en het besluit van de verweerder vernietigd. De rechter heeft bepaald dat de verweerder opnieuw op de aanvraag moet beslissen, met inachtneming van deze uitspraak. Tevens is de verweerder veroordeeld tot het betalen van de proceskosten aan verzoeker. De uitspraak is gedaan door mr. E. Steendijk en ondertekend door griffier A. van den Ham, en is openbaar uitgesproken op 17 mei 2010.

Uitspraak

RECHTBANK 's-GRAVENHAGE
nevenzittingsplaats Zwolle
Sector Bestuursrecht, Voorzieningenrechter
Registratienummer: Awb 10/13110 (voorlopige voorziening) Awb 10/13109 (beroep)
Uitspraak
in het geding tussen:
[verzoeker],
geboren op [geboortedatum],
van Egyptische nationaliteit,
IND dossiernummer [nummer], verzoeker,
gemachtigde mr. J.J.T. van Loo, advocaat te
Oss;
en
De Minister van Justitie,
(Immigratie- en Naturalisatiedienst),
te 's-Gravenhage,
vertegenwoordigd door mr. R. Jonkman,
ambtenaar ten departemente, verweerder.
1. Procesverloop
Op 30 maart 2010 heeft verzoeker een aanvraag om verlening van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd ingediend. Bij besluit van 8 april 2010 heeft verweerder de aanvraag afgewezen.
Bij brief van 8 april 2010 is daartegen beroep ingesteld. Verzoeker mag de behandeling daarvan niet in Nederland afwachten. Bij verzoek van 8 april 2010 is verzocht de voorlopige voorziening te treffen dat uitzetting achterwege wordt gelaten tot in beroep is beslist. Het verzoek is voorzien van gronden bij brief van 3 mei 2010. Op 6 mei 2010 zijn nadere stukken ingediend.
Het verzoek is ter zitting van 7 mei 2010 behandeld. Verzoeker is verschenen, bijgestaan door de gemachtigde. Verweerder heeft zich doen vertegenwoordigen.
2. Overwegingen
2.1 De voorzieningenrechter stelt vast dat wordt voldaan aan de voorwaarden als bedoeld in artikel 8:81, eerste lid, Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechter zal toetsen of het beroep een redelijke kans van slagen heeft en of bij afweging van de betrokken belangen uitzetting van verzoeker in afwachting van de uitspraak in beroep moet worden verboden.
2.2 Verzoeker heeft aangevoerd dat de voor de Aanmeldcentrum-procedure (AC-procedure) geldende termijn van 48 procesuren is overschreden. De aanvangstijd van de AC-procedure is op 31 maart 2010 om 8:37 uur. Op dat tijdstip zijn immers de gewijzigde identiteitsgegevens vastgelegd. Het besluit van verweerder om op Goede Vrijdag niet te werken en die tijd niet mee te tellen als proceduretijd kan niet worden gebaseerd op de Vreemdelingencirculaire 2000 (Vc 2000), het Vreemdelingenbesluit 2000 (Vb 2000) of de Algemene termijnenwet. Op Goede Vrijdag telt de tijd tussen 8:00 uur en 18:00 uur dan ook gewoon mee voor de 48-uurstermijn, aldus verzoeker.
2.3 Verweerder heeft zich op het standpunt gesteld dat Goede Vrijdag niet wordt meegeteld voor de 48-uursprocedure, nu deze dag in artikel 3, tweede lid, van de Algemene termijnenwet wordt gelijkgesteld met een algemeen erkende feestdag.
2.4 De rechter ziet zich aldus gesteld voor de vraag of verweerder verzoekers asielaanvraag binnen 48 procesuren heeft afgewezen. De rechter stelt vast dat niet in geschil is dat de termijn aanving op 31 maart 2010 om 8:37 uur.
2.5 Ingevolge artikel 1.1 onder f van het Vb 2000 zijn procesuren de uren die voor het onderzoek naar de aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd als bedoeld in artikel 28 van de Vw 2000 in een Aanmeldcentrum beschikbaar zijn, waarbij de uren van 18.00 tot 08.00 en, met uitzondering van het Aanmeldcentrum Schiphol, de uren gedurende het weekeinde en de dagen die bij of krachtens de Algemene termijnenwet zijn aangemerkt als algemeen erkende feestdagen niet meetellen.
2.6 Ingevolge artikel 3, eerste lid, van de Algemene termijnenwet zijn algemeen erkende feestdagen in de zin van deze wet: de Nieuwjaarsdag, de Christelijke tweede Paas- en Pinksterdag, de beide Kerstdagen, de Hemelvaartsdag, de dag waarop de verjaardag van de Koning wordt gevierd en de vijfde mei.
2.7 Ingevolge artikel 3, tweede lid, van de Algemene termijnenwet wordt voor de toepassing van deze wet de Goede Vrijdag met de in het vorige lid genoemde dagen gelijkgesteld. Daaruit volgt naar het oordeel van de rechter niet dat Goede Vrijdag ook voor de toepassing van artikel 1.1 onder f van het Vb 2000 met een algemeen erkende feestdag gelijk gesteld kan worden. Naar het oordeel van de rechter dienen de procesuren van Goede Vrijdag bij de berekening van de 48-uurstermijn te worden meegenomen. Op grond van die berekening was verweerder gehouden om op uiterlijk 7 april 2010 om 16:37 uur te beslissen op verzoekers aanvraag. Het besluit is dan ook niet binnen de 48-uurstermijn tot stand gekomen.
2.8 Nu naar het oordeel van de rechter de 48-uurstermijn is overschreden, is het bestreden besluit genomen in strijd met artikel 69, tweede lid, van de Vw 2000, in samenhang met artikel 3.117, eerste lid, van het Vb 2000 en artikel 1.1, aanhef en onder f, van het Vb 2000. De rechter zal het bestreden besluit daarom vernietigen. De overige gronden behoeven geen bespreking.
2.9 Omdat nader onderzoek niet tot een andere uitkomst zal leiden, zal de voorzieningenrechter met toepassing van artikel 8:86 Awb het beroep gegrond verklaren, het bestreden besluit vernietigen en verweerder opdragen opnieuw op de aanvraag te beslissen met inachtneming van deze uitspraak. Omdat verzoeker in afwachting van dat besluit rechtmatig verblijf in Nederland heeft, zal het verzoek om een voorlopige voorziening te treffen worden afgewezen.
2.10 Er bestaat aanleiding voor veroordeling van verweerder in de kosten die verzoeker in verband met de behandeling van de zaak redelijkerwijs heeft moeten maken.
3. Beslissing
De voorzieningenrechter:
- wijst het verzoek om een voorlopige voorziening te treffen af;
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het besluit van 8 april 2010;
- bepaalt dat verweerder opnieuw op de aanvraag beslist met inachtneming van deze uitspraak;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten ad € 1.311,--, te voldoen aan de griffier van deze rechtbank.
Deze uitspraak is gedaan door mr. E. Steendijk, als rechter, en door deze en A. van den Ham als griffier ondertekend. Uitgesproken in het openbaar op 17 mei 2010.
Afschrift verzonden op:
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak, voorzover daarbij in de hoofdzaak is beslist, kunnen partijen binnen één week na de datum van verzending van deze uitspraak hoger beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, onder vermelding van "Hoger beroep vreemdelingenzaken", postbus 16113, 2500 BC 's-Gravenhage.
Artikel 85 Vw 2000 bepaalt in dat verband dat het beroepschrift een of meer grieven tegen de uitspraak bevat. Artikel 6:6 Awb (herstel verzuim) is niet van toepassing.