ECLI:NL:RBSGR:2010:BM7506
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Voorlopig getuigenverhoor in zaak van voormalig coördinator Trots op Nederland tegen Trots op Nederland Lijst Rita Verdonk
In deze beschikking van de Rechtbank 's-Gravenhage, gedateerd 10 juni 2010, wordt het verzoek van de voormalige coördinator van Trots op Nederland in Arnhem behandeld. De verzoeker heeft een voorlopig getuigenverhoor aangevraagd naar aanleiding van beschuldigingen van bedreiging en stalking die door de voorzitter van kieskring 7 tegen hem zijn geuit. De verzoeker stelt dat deze beschuldigingen onterecht zijn en dat Trots op Nederland onrechtmatig heeft gehandeld door de media in te lichten over de aangifte. Hij is voornemens om in een bodemprocedure een verklaring voor recht te vorderen dat Trots op Nederland jegens hem onrechtmatig heeft gehandeld en vraagt om schadevergoeding.
De rechtbank heeft de mondelinge behandeling op 6 mei 2010 gehouden, waarbij de verzoeker werd bijgestaan door zijn advocaten, mr. M.J.R. Roethof en mr. E.G.S. Roethof. Namens Trots op Nederland was mevrouw [voorzitter kieskring 7] aanwezig, vergezeld van haar advocaat, mr. J.G.A. Linssen. De rechtbank oordeelt dat de verzoeker voldoende belang heeft bij het horen van de getuigen, aangezien hij wil vaststellen hoe de inhoud van de aangifte naar de media is gelekt. De rechtbank wijst het verzoek tot het gelasten van een voorlopig getuigenverhoor toe en bepaalt dat de getuigen op 20 september 2010 zullen worden gehoord.
De rechtbank concludeert dat er geen sprake is van misbruik van bevoegdheid of strijd met de goede procesorde. De verzoeker heeft een legitiem belang bij het horen van de getuigen, aangezien hij wil aantonen dat Trots op Nederland onrechtmatig heeft gehandeld door de inhoud van de aangifte in de publiciteit te brengen. De rechtbank stelt dat de verzoeker voldoende concrete feiten heeft aangedragen die het horen van de getuigen rechtvaardigen. De beslissing van de rechtbank is dat de drie in het verzoekschrift genoemde getuigen zullen worden gehoord over de wijze waarop de aangifte naar de media is gecommuniceerd.