ECLI:NL:RBSGR:2010:BQ0041
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling arbeidsmarktaantekening voor geestelijk voorganger in het vreemdelingenrecht
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 11 november 2010 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, een geestelijk voorganger van Marokkaanse nationaliteit, en de Staatssecretaris van Justitie, thans de Minister van Justitie, Immigratie- en Naturalisatiedienst. Eiser had een aanvraag ingediend tot wijziging van het verblijfsdoel van zijn verblijfsvergunning, waarbij hij verzocht om de arbeidsmarktaantekening te wijzigen van 'Andere arbeid niet toegestaan. TWV niet vereist' naar een aantekening die hem meer mogelijkheden zou bieden op de arbeidsmarkt. De rechtbank oordeelde dat de aan eiser verleende arbeidsmarktaantekening onjuist was, omdat volgens de Wet arbeid vreemdelingen (WAV) een geestelijk voorganger/godsdienstleraar niet vrijgesteld is van de tewerkstellingsvergunning (TWV)-plicht. De rechtbank benadrukte dat de arbeidsmarktaantekening op het verblijfsdocument moet worden aangebracht in overeenstemming met de WAV en de Vreemdelingenwet 2000 (Vw 2000). De rechtbank verklaarde het beroep van eiser gegrond, vernietigde het besluit van de Staatssecretaris en veroordeelde verweerder in de proceskosten van eiser. De rechtbank gaf aan dat de Staatssecretaris bij een nieuw besluit rekening moet houden met de eerdere verblijfsvergunningen van eiser en de arbeidsmarktaantekeningen die aan deze vergunningen waren verbonden. De uitspraak heeft belangrijke implicaties voor de arbeidsmarktaantekeningen die aan geestelijk voorgangers worden verleend, en bevestigt dat deze aantekeningen correct moeten zijn volgens de geldende wet- en regelgeving.