VII. partijen nacalculaties in kinderopvangtoeslag bij helfte verdelen (terugbetalingen
dan wel vorderingen), alsmede dat de vrouw de navordering van € 559,- (te weten
50% van de nacalculatie kinderopvangtoeslag 2009 ad € 1.118,-) vóór
1
oktober 2011 aan de man dient te betalen;
VIII.
de vrouw een vergoeding van de juridische kosten (geschat op € 1.000,-) moet
betalen die deze onredelijke weigering tot betalen van de dagopvangkosten heeft
veroorzaakt bij de man.
De vrouw heeft verweer gevoerd tegen deze verzoeken van de man, welk verweer hierna – voor zover nodig – zal worden besproken.
In zaak 2 (gezagsuitoefening)
De vrouw heeft in het kader van artikel 1:253a van het Burgerlijk Wetboek (hierna: BW) verzocht:
- primair: de door de rechtbank bij beschikking van 4 november 2010
vastgestelde voorlopige zorgregeling te wijzigen aan de hand van het nog nader door de vrouw in de procedure te brengen advies op maat van [naam 6] ;
- subsidiair: de door de rechtbank bij beschikking van 4 november 2010
vastgestelde voorlopige zorgregeling te wijzigen zoals door de vrouw verzocht onder punt 162 van haar verzoekschrift;
met uitvoerbaarverklaring bij voorraad.
De man heeft verweer gevoerd, welk verweer hierna – voor zover nodig – zal worden besproken. Hij heeft daarnaast verzocht om de vrouw te veroordelen tot het betalen van de kosten van rechtsbijstand aan de zijde van de man, nader op te geven bij de mondelinge behandeling, alsmede een bedrag van € 3.750,- als (schade)vergoeding wegens ter zake gemiste arbeidsinkomsten, dan wel zodanige bedragen als vergoeding voor gemaakte kosten van rechtsbijstand en proceskosten enerzijds en vergoeding voor gemiste arbeidsinkomsten als de rechtbank juist en redelijk acht.
Tevens heeft de man zelfstandig verzocht om:
bepalen of reeds bepaalde perioden, waarin de minderjarige bij de vrouw verblijft
en met haar mee mag gaan naar de Verenigde Staten van Amerika, uiterlijk om 13.30 uur op de einddatum van elke zodanige periode de minderjarige af te geven aan de man, zulks op straffe van een door de vrouw aan de man te verbeuren onmiddellijk opeisbare dwangsom van € 100.000,- per reis, althans een zodanige beslissing te nemen als de rechtbank juist en redelijk acht;
verweerschrift tevens zelfstandig verzoek, aan de vrouw op te leggen, althans een zodanige beslissing te nemen als de rechtbank juist en redelijk acht;
met veroordeling van de vrouw in de proceskosten van de man, een en ander voor zover
mogelijk met uitvoerbaarverklaring bij voorraad.
Voorts heeft de man verzocht om te bepalen dat de minderjarige naar de Nederlandse basisschool “ [basisschool 1] ” te [plaats] zal gaan (dan wel aan de man vervangende toestemming te geven om zulks te realiseren),waaraan de vrouw haar medewerking heeft te verlenen dan wel in elk geval zulks heeft te gedogen.
De vrouw heeft verweer gevoerd, welk verweer hierna – voor zover nodig – zal worden besproken. Tevens heeft de vrouw verzocht om:
a. – in plaats van het opleggen van forensische mediation of het onder toezicht stellen
van de minderjarige – benoeming van een bijzonder curator door de rechtbank teneinde vanuit het belang van de minderjarige te bezien welke gezagsvoorziening, hoofdverblijfplaats en zorgregeling het meest in het belang van de minderjarige is;
– indien de rechtbank onderhavige procedure voor een langere periode aanhoudt en
in die periode geen wijzigingen aanbrengt in de gelijke verdeling van de zorg voor de minderjarige – vaststelling van het door de vrouw voorgestelde zorgschema voor de periode van 27 augustus 2011 tot 23 maart 2012 (welk schema de vrouw bij haar aanvullend verzoek van 17 augustus 2011 heeft aangepast aan de tussen partijen bereikte overeenstemming op dit punt)
,alsmede vaststelling van de haal- en brengtijden zoals door de vrouw voorgesteld;
te bepalen dat dan wel aan de vrouw vervangende toestemming te verlenen om te realiseren dat de minderjarige naar een internationale basisschool gaat, bij voorkeur de [basisschool 2] ;
te bepalen dat de ouder die de minderjarige heeft incidenteel mag beslissen om hem niet naar de crèche te brengen.
Feiten
De beschikking van echtscheiding is op [echtscheiding] 2010 ingeschreven in de daartoe bestemde registers van de burgerlijke stand.