Uitspraak
(gemachtigde: mr. drs. B. Pijnaker),
Rechtbank 's-Gravenhage
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 9 oktober 2012 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. drs. B. Pijnaker, en de Belastingdienst/Toeslagen. Eiseres had in 2009 geen eigen bijdrage voor de kinderopvangtoeslag betaald, maar heeft in 2012 een nabetaling gedaan. De rechtbank oordeelde dat eiseres niet aannemelijk heeft gemaakt dat haar vermogen door de betalingen in 2009 is aangetast. De rechtbank concludeerde dat de geldstromen die eiseres als schenkingen aanvoerde, niet losstaan van de kinderopvangtoeslag en dat de ontvangen schenkingen geen invloed hebben op de hoogte van de opvangkosten. De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres ongegrond, omdat zij niet kon aantonen dat zij in 2009 kosten voor kinderopvang heeft gemaakt. De rechtbank benadrukte dat de kinderopvangtoeslag een tegemoetkoming in de kosten is en dat de belanghebbende moet kunnen aantonen dat hij kosten heeft gemaakt. De rechtbank verwierp de argumenten van eiseres en bevestigde de beslissing van de Belastingdienst om de kinderopvangtoeslag op nihil vast te stellen. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen kunnen binnen zes weken hoger beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.