ECLI:NL:RBSGR:2012:BX1280
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toelating tot schuldsaneringsregeling niet ontvankelijk door onvoldoende onderbouwing van buitengerechtelijke oplossing
Op 9 juli 2012 heeft de Rechtbank 's-Gravenhage uitspraak gedaan in een zaak betreffende de aanvraag tot toelating van verzoekers tot de schuldsaneringsregeling op grond van artikel 284 van de Faillissementswet (Fw). Verzoekers, beiden wonende te [adres] [postcode en woonplaats], dienden op 16 mei 2012 een verzoekschrift in, vergezeld van bijlagen. De rechtbank overweegt dat volgens artikel 285 lid 1 Fw het verzoekschrift vergezeld moet gaan van een verklaring dat er geen reële mogelijkheden zijn voor een buitengerechtelijke schuldregeling, afgegeven door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente van de woon- of verblijfplaats van de schuldenaar.
In de Memorie van Toelichting wordt benadrukt dat een buitengerechtelijke schuldsanering de voorkeur heeft boven een wettelijke. De rechtbank stelt vast dat in het verzoekschrift is vermeld dat er geen minnelijk traject is gestart, met als reden dat het verleden van de cliënten het onmogelijk maakt om een stabiel schuldenpakket te creëren. Daarnaast wordt er melding gemaakt van systeemtechnische problemen bij de gemeente [Y.], waardoor niet alle schulden in de WSNP-verklaring konden worden opgenomen.
De rechtbank oordeelt dat de verklaring van de Gemeente [Y.] onvoldoende met redenen is omkleed. De omstandigheid dat er geen statisch schuldenpakket kan worden gepresenteerd, mag er niet aan in de weg staan om een aanbod te doen aan de bekende schuldeisers. Systeemtechnische problemen kunnen geen reden zijn om geen minnelijk traject te starten. Aangezien de verklaring niet voldoet aan de eisen van artikel 285 lid 1 onder f. Fw, concludeert de rechtbank dat het verzoekschrift niet-ontvankelijk is. Verzoekers worden geïnformeerd dat zij opnieuw een verzoek kunnen indienen met een voldoende onderbouwde verklaring dat een minnelijke regeling niet mogelijk is.
De rechtbank verklaart verzoekers niet-ontvankelijk in hun verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling.