ECLI:NL:RBSGR:2012:BX9284
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de rechtmatigheid van vreemdelingenbewaring op basis van objectieve criteria
In deze uitspraak van de Rechtbank 's-Gravenhage op 28 september 2012, met zaaknummer AWB 12 / 29349, werd de rechtmatigheid van de vreemdelingenbewaring van eiseres beoordeeld. Eiseres, van Eritrese nationaliteit, was op 13 september 2012 in bewaring gesteld op grond van artikel 59, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vreemdelingenwet 2000 (Vw 2000). De rechtbank oordeelde dat de gronden voor inbewaringstelling, zoals opgesomd in artikel 5.1b van het Vreemdelingenbesluit 2000 (Vb 2000), objectief van aard zijn en dat er voldoende feiten en omstandigheden waren die de maatregel rechtvaardigden. De rechtbank verwierp het betoog van de gemachtigde van eiseres dat de gronden subjectief waren en dat er geen zicht op verwijdering bestond. De rechtbank concludeerde dat eiseres zich niet had gehouden aan eerder opgelegde vertrekverplichtingen en dat er aanwijzingen waren dat zij zich aan haar verwijdering zou onttrekken. De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres ongegrond en wees het verzoek om schadevergoeding af. De uitspraak werd openbaar uitgesproken en partijen werden op de hoogte gesteld van de beslissing.