ECLI:NL:RBSGR:2012:BY5065

Rechtbank 's-Gravenhage

Datum uitspraak
13 november 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
428203 KG ZA 12-1072
Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aanbesteding gladheidsbestrijding in Zuid-Holland; geschil over referentie-eisen en gunning

In deze zaak, die voor de voorzieningenrechter van de Rechtbank 's-Gravenhage werd behandeld, betreft het een kort geding tussen Aannemingsbedrijf Vermeulen Benthuizen B.V. en de Provincie Zuid-Holland. De Provincie had een Europese openbare aanbesteding uitgeschreven voor gladheidsbestrijding op de wegen in Zuid-Holland, waarbij de laagste prijs als gunningscriterium gold. Vermeulen, die eerder gladheidsbestrijdingswerkzaamheden voor perceel 5 had uitgevoerd, stelde dat de Provincie de inschrijving van de winnende inschrijver, aangeduid als [Z.], ten onrechte had geaccepteerd, omdat deze niet voldeed aan de gestelde referentie-eisen. Vermeulen vorderde dat de Provincie haar zou aanwijzen als inschrijfster met de laagste prijs of de aanbesteding zou staken en heraanbesteden.

De voorzieningenrechter oordeelde dat de referentie-eisen in het Beschrijvend Document ondubbelzinnig waren geformuleerd en dat de Provincie niet op juiste wijze had beoordeeld of [Z.] voldeed aan deze eisen. De rechter stelde vast dat [Z.] slechts een beperkt deel van de werkzaamheden had uitgevoerd en dat de referentie die was ingediend, niet voldeed aan de eisen van vergelijkbare omvang en inhoud. Hierdoor had de Provincie de inschrijving van [Z.] ten onrechte niet terzijde gelegd. De vordering van Vermeulen werd toegewezen, en de Provincie werd veroordeeld in de kosten van het geding.

De uitspraak benadrukt het belang van transparantie en objectiviteit in aanbestedingsprocedures, en dat inschrijvers op gelijke wijze behandeld moeten worden. De voorzieningenrechter gaf de Provincie de opdracht om Vermeulen als inschrijfster met de laagste prijs aan te wijzen, indien zij nog tot gunning van perceel 5 wenste over te gaan.

Uitspraak

RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE
Sector civiel recht - voorzieningenrechter
zaak- / rolnummer: 428203 / KG ZA 12-1072
Vonnis in kort geding van 13 november 2012
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Aannemingsbedrijf Vermeulen Benthuizen B.V.,
gevestigd te Hazerswoude Dorp (Gemeente Rijnwoude),
eiseres,
advocaat mr. I.J.M.I. Souren te Rotterdam,
tegen:
de publiekrechtelijke rechtspersoon
de Provincie Zuid-Holland,
zetelend te Den Haag,
gedaagde,
advocaat mr. D. Rozema te Den Haag.
Partijen worden hierna respectievelijk aangeduid als 'Vermeulen' en 'de Provincie'.
1. De feiten
Op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting van 30 oktober 2012 wordt in dit geding van het volgende uitgegaan.
1.1. De Provincie heeft een Europese openbare aanbesteding gehouden voor de uitvoering van gladheidsbestrijding op de wegen in de provincie Zuid-Holland.
1.2. Als gunningscriterium geldt de laagste prijs. Op de aanbestedingsprocedure is het Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten (BAO) van toepassing.
1.3. In paragraaf 1.4. van het Beschrijvend Document wordt de inhoud van de opdracht op hoofdlijnen weergegeven. Hierin is vermeld dat het gaat om het uitvoeren van preventieve en curatieve gladheidsbestrijding voor hoofdwegen en fietspaden, het uitvoeren van gladheidsbestrijding op wegen van derden, het beschikbaar stellen van voertuigen voor het transport van strooiers, het leveren van een shovel per steunpunt ten behoeve van het laden van de strooiers op de steunpunten, het beschikbaar stellen van tractoren ten behoeve van het sneeuwvrij maken van kruisingen en rotondes tijdens zware sneeuwval en het beschikbaar stellen van rolbezems, inclusief transport van mens en materieel en het verzorgen van de coördinatie binnen een perceel en de uitvoering op het steunpunt.
1.4. In het Beschrijvend Document is in paragraaf 4.4.2 met betrekking tot de ervaring van de inschrijver de navolgende minimumeis opgenomen:
"Een Inschrijver dient één referentie te overleggen waarmee wordt aangetoond ervaring te hebben met het uitvoeren van opdracht(en) van vergelijkbare inhoud en omvang. De referenties moeten opdrachten betreffen die niet langer dan drie Jaar geleden tijdig - verleend uitstel daaronder begrepen - en naar tevredenheid van de betreffende opdrachtgever zijn verricht. Ter bewijs hiervan dient de Inschrijver een tevredenheidsverklaring van de betreffende opdrachtgever toe te voegen.
De Inschrijver dient hiervoor Standaardformulier D te hanteren en dit achter tabblad 5 van zijn Inschrijving op te nemen. De tevredenheidsverklaring maakt onderdeel uit van dit Standaardformulier D.
In de beschrijving van de gevraagde ervaring moeten ten minste de volgende aspecten aan de orde komen:
* naam, soort en vestigingsland van referentieorganisatie of -persoon;
* contactpersoon, voorzien van telefoonnummer;
* omvang en duur (begin- en eindtijdstip) van de referentieopdracht/het project;
* omschrijving van de referentieopdracht
* eventuele bijzonderheden".
1.5. De opdracht is verdeeld in tien percelen.
1.6. Bij brief van 18 september 2012 heeft de Provincie Vermeulen onder meer bericht dat zij voor de percelen 2, 3, 6 en 7 voor gunning in aanmerking komt. Perceel 1 zal worden gegund aan Nico Meeuwenoord Steengoed B.V. en perceel 5 aan [Z.].
1.7. Perceel 5 is aangeduid als Coenecoop, met als steunpunt Waddinxveen, zijnde een gemengd stedelijk/landelijk district. In paragraaf 2.2.3 van het Programma van Eisen is aangegeven dat het aantal te strooien kilometers weglengte voor dit perceel in totaal 148,09 kilometer bedraagt.
1.8. Bij e-mailbericht van 21 september 2012 heeft Vermeulen de Provincie bericht dat de voorgenomen gunningen voor de percelen 1 en 5 geen stand kunnen houden, aangezien de inschrijvers aan wie gegund zal worden niet aan de gestelde referentie-eisen voldoen.
1.9. Op 22 oktober 2012 heeft de Provincie haar voorgenomen besluit tot gunning voor perceel 1 herzien ten gunste van Vermeulen.
1.10. Op 24 oktober 2012 heeft De Provincie vertrouwelijke inzage in de ingediende referentie en verklaringen aan Vermeulen aangeboden.
2. Het geschil
2.1. Vermeulen vordert, na wijziging van eis, - zakelijk weergegeven - de Provincie te gebieden, indien zij nog steeds tot opdrachtverstrekking van perceel 5 wenst over te gaan, Vermeulen als inschrijfster met de laagste prijs aan te wijzen voor dit perceel, met uitsluiting van iedere andere inschrijver als partij waaraan gegund zal worden, althans de Provincie te gebieden de aanbesteding van perceel 5 te staken en, voor zover zij nog aan enige partij wenst te gunnen, tot heraanbesteding over te gaan.
2.2. Daartoe voert Vermeulen het volgende aan.
De markt voor gladheidsbestrijding is overzichtelijk. De winnende inschrijver voor perceel 5, [Z.], heeft de laatste jaren weliswaar enkele werkzaamheden verricht, maar deze opdrachten waren kleiner van omvang dan verlangd in deze aanbesteding. Vermeulen is hiervan op de hoogte, aangezien deze werkzaamheden in opdracht van Vermeulen zelf zijn verricht en wel op wegen die deel uitmaken van perceel 5. Zij heeft geen tevredenheidsverklaring afgegeven voor [Z.] ten behoeve van de inschrijving voor dit bestek. De Provincie weigert inzage te geven in de referenties, zodat niet vaststaat of er een referentie is verstrekt en of deze aan de gestelde eisen voldoet. Van vertrouwelijke informatie is op dit punt geen sprake. De enkele stelling van de Provincie dat aan de minimumeisen is voldaan is in dit kader onvoldoende. Vermeulen heeft daarom recht op en belang bij inzage in de betreffende referentieverklaringen en zonodig verificatie daarvan, bij gebreke waarvan de voorgenomen gunning aan [Z.] moet worden gestaakt met aanwijzing van Vermeulen als laagste inschrijver.
2.3. De Provincie voert gemotiveerd verweer, dat hierna, voor zover nodig, zal worden besproken.
3. De beoordeling van het geschil
3.1. Aan de orde is de vraag of de Provincie terecht heeft geoordeeld dat [Z.] voldoet aan de gestelde referentie-eis voor wat betreft de gladheidsbestrijding van perceel 5 als genoemd in paragraag 4.4.2 van het Beschrijvend Document. De voorzieningenrechter oordeelt daarover het volgende.
3.2. Vooropgesteld wordt dat geschiktheidseisen, zoals hier aan de orde, objectief en eenduidig dienen te zijn en in een redelijke verhouding moeten staan tot de aard en omvang van het aan te besteden werk. Daar staat tegenover dat een inschrijvende partij de opgave van een referentiewerk zodanig moet inrichten/formuleren, dat aan de hand daarvan wordt aangetoond dat zij over de nodige vakbekwaamheid beschikt om de opdracht behoorlijk uit te kunnen voeren.
3.3. Vaststaat dat Vermeulen op basis van een eerdere aanbesteding de voorgaande jaren de gladheidsbestrijdingswerkzaamheden voor perceel 5 heeft uitgevoerd. Naar onweersproken vast staat heeft [Z.] binnen perceel 5 voor of namens Vermeulen, door tussenkomst van het bedrijf M. Hilgers, een deel van de betreffende werkzaamheden uitgevoerd. Vermeulen heeft in dat kader ter terechtzitting betoogd, onder verwijzing naar de terzake door haar als productie 6 in het geding gebrachte facturen, dat [Z.] ongeveer de helft van de in perceel 5 verrichte werkzaamheden in onder-onderaanneming heeft uitgevoerd. De Provincie Zuid-Holland heeft dit niet weersproken, zodat daarvan thans dient te worden uitgegaan. De Provincie heeft evenmin weersproken de stelling van Vermeulen dat [Z.] geen andere gladheidsbestrijdingswerkzaamheden heeft uitgevoerd dan hetgeen zij voor of namens Vermeulen binnen perceel 5 heeft uitgevoerd en de Provincie heeft erkend dat de referentie die [Z.] heeft ingediend, betrekking heeft op perceel 5 en is afgegeven door een onderaannemer van Vermeulen.
3.4. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter zijn de in het Beschrijvend Document neergelegde referentie-eisen ondubbelzinnig geformuleerd en laten deze geen ruimte voor willekeur, zulks in overeenstemming met het transparantiebeginsel. Vereist wordt dat de inschrijver door middel van het overleggen van een referentie aantoont ervaring te hebben met het uitvoeren van opdrachten van vergelijkbare omvang en inhoud. Deze eis laat enige ruimte voor interpretatie van de vraag wat een opdracht van vergelijkbare omvang is, maar duidelijk is dat het in ieder geval zal moeten gaan om een opdracht die, in dit geval, ongeveer een gelijk aantal kilometers weg heeft bestreken. Op grond van hetgeen is overwogen in 3.3. moet worden geoordeeld dat aan die eis in het geval van [Z.] niet kan zijn voldaan. Vaststaat immers dat [Z.] eerder slechts werkzaamheden ten behoeve van een beperkt gedeelte van perceel 5 heeft verricht en dat de door haar ingediende referentie dus ook slechts betrekking kan hebben op dit beperkte gedeelte. Door niettemin te oordelen dat sprake is van een uitgevoerde opdracht van een vergelijkbare omvang heeft de Provincie aan de referentie-eis een toepassing gegeven die willekeur in de hand kan werken nu zij zichzelf kennelijk grote vrijheid heeft gegeven om te bepalen dat werkzaamheden van veel geringere omvang dan de aan te besteden opdracht toch van een vergelijkbare omvang zijn. Bij een juiste toepassing van de referentie-eis, zodanig dat alle inschrijvers op gelijke wijze zouden zijn behandeld, had de Provincie moeten oordelen dat een referentie die slechts betrekking heeft op een beperkt deel van perceel 5, niet kan hebben te gelden als een referentie met betrekking tot opdrachten van een vergelijkbare omvang en inhoud. Dit brengt met zich dat de Provincie de inschrijving van [Z.] terzijde had dienen te leggen.
3.5. In het licht van het voorgaande en gelet op feit dat Vermeulen voor perceel 5 als tweede is geëindigd, zal de vordering van Vermeulen worden toegewezen op na te melden wijze. De Provincie zal, als de in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de kosten van dit geding.
4. De beslissing
De voorzieningenrechter:
- beveelt de Provincie, indien zij na de betekening van dit vonnis nog steeds tot opdrachtverstrekking van perceel 5 wenst over te gaan, Vermeulen als inschrijfster met de laagste prijs aan te wijzen, met uitsluiting van iedere andere inschrijver als partij waaraan gegund zal worden;
- veroordeelt de Provincie in de kosten van dit geding, tot dusverre aan de zijde van Vermeulen begroot op € 1.467,17, waarvan € 816,-- aan salaris advocaat, € 575,-- aan griffierecht en € 76,17 aan dagvaardingskosten;
- verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.J. van der Helm en in het openbaar uitgesproken op 13 november 2012.
hf