ECLI:NL:RBSGR:2012:BY6813
Rechtbank 's-Gravenhage
- Wraking
- E. Timmermans
- J. Mendlik
- A.M.H. van der Poort-Schoenmakers
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot wraking van de kantonrechter in een civiele procedure
In deze zaak heeft verzoeker, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. P.P.J. van der Rijt, een wrakingsverzoek ingediend tegen de kantonrechter mr. J. van der Windt. Het verzoek is ingediend naar aanleiding van een rolbeschikking van 2 augustus 2012, waarin de kantonrechter aankondigde kennis te nemen van het dossier van een collega in een andere zaak. Verzoeker stelde dat deze aankondiging de onpartijdigheid van de kantonrechter in gevaar bracht, omdat hij zonder overleg met de partijen het dossier van een andere zaak wilde inzien. Dit zou volgens verzoeker leiden tot een beperking van zijn recht op pleidooi, aangezien de kantonrechter had besloten dat partijen ter comparitie op kernpunten dienden te pleiten.
De wrakingskamer heeft op 3 december 2012 geoordeeld dat het wrakingsverzoek niet tijdig was ingediend. Er was bijna drie maanden verstreken tussen de rolbeschikking van 2 augustus 2012 en het wrakingsverzoek ter comparitie van 31 oktober 2012. De wrakingskamer verwierp het argument van verzoeker dat hij had gewacht met het indienen van het verzoek om zeker te zijn dat de kantonrechter het andere dossier had gelezen. De kantonrechter had immers al eerder aangekondigd dat hij het dossier ter beschikking had, waardoor verzoeker op dat moment al had moeten aannemen dat de kantonrechter kennis zou nemen van de inhoud daarvan.
De wrakingskamer concludeerde dat verzoeker niet-ontvankelijk was in zijn wrakingsverzoek en dat het proces in de hoofdzaak voortgezet moest worden in de stand waarin het zich bevond ten tijde van het indienen van het wrakingsverzoek. Deze beslissing werd openbaar uitgesproken door de wrakingskamer, bestaande uit de rechters E. Timmermans, J. Mendlik en A.M.H. van der Poort-Schoenmakers, in aanwezigheid van griffier mr. F.X. Cozijn.