ECLI:NL:RBSHE:2001:AB2908
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Kort geding
- M. Strijbos
- Rechtspraak.nl
Vordering tot schadevergoeding na ontruiming van woning en vernietiging van inboedel door gemeente
In deze zaak heeft eiser, wonende te Eindhoven, een kort geding aangespannen tegen de gemeente Eindhoven. De aanleiding voor de vordering was de ontruiming van de woning van de moeder van eiser, mw. [X], op 30 januari 2001, waarbij de inboedel door de gemeente is afgevoerd en vernietigd. Eiser was niet aanwezig bij de ontruiming, omdat hij in het ziekenhuis was na een zelfmoordpoging. De gemeente had de inboedel getaxeerd op ƒ 825,- en heeft deze direct na de taxatie vernietigd. Eiser vorderde in kort geding een voorschot van ƒ 40.000,- op de schade die hij zou hebben geleden door het onrechtmatig handelen van de gemeente. Hij stelde dat de gemeente hem onvoldoende tijd had gegeven om zijn eigendommen te verwijderen en dat er waardevolle zaken verloren waren gegaan.
De gemeente erkende aansprakelijkheid voor de schade, maar betwistte de omvang van de vordering van eiser. De president van de rechtbank oordeelde dat de gemeente onrechtmatig had gehandeld door de inboedel te vernietigen zonder eiser de kans te geven deze op te halen. De president concludeerde dat eiser een spoedeisend belang had bij de vordering en dat de gemeente als grotendeels in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten moest worden veroordeeld. Uiteindelijk werd de vordering gedeeltelijk toegewezen, waarbij de gemeente werd veroordeeld tot betaling van ƒ 15.000,- aan eiser, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de dag van dagvaarding.
De president benadrukte dat de gemeente niet had aangetoond dat er een restitutierisico bestond en dat de schade die eiser had geleden, ten minste gelijk was aan het toegewezen bedrag. De uitspraak werd gedaan op 26 juli 2001 door mr. Strijbos, fungerend-president, en is uitvoerbaar bij voorraad.