ECLI:NL:RBSHE:2004:AO8022
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - meervoudig
- A.M. Kooijmans-de Kort
- O.T. Brouwer
- G.J.W.M. van der Leeuw
- Rechtspraak.nl
Afwijzing ontnemingsvordering OM wegens betaling aan slachtoffer
In deze zaak heeft de rechtbank 's-Hertogenbosch op 20 april 2004 uitspraak gedaan in een ontnemingsvordering van het Openbaar Ministerie (OM) tegen de verdachte. De vordering van de officier van justitie was gericht op het opleggen van een verplichting tot betaling aan de Staat van een bedrag van EUR 6.249,- ter ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel. De zaak werd behandeld op de openbare terechtzitting van 6 april 2004, waar de officier van justitie de vordering wijzigde naar een bedrag van EUR 6.000,-. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte voordeel heeft verkregen uit de baten van de feiten waarvoor hij is veroordeeld, maar dat de vordering van de benadeelde partij, [slachtoffer 1], tot een bedrag van EUR 3.500,- is toegewezen. Hierdoor is het door de verdachte verkregen voordeel op nihil gesteld, omdat de vordering van de benadeelde partij in mindering moet worden gebracht op het wederrechtelijk verkregen voordeel. De rechtbank heeft daarom de vordering van het OM afgewezen. Het vonnis is uitgesproken door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee leden, en is openbaar gemaakt op 20 april 2004.