ECLI:NL:RBSHE:2007:BA8671
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Kantonrechter te Eindhoven
- Rechtspraak.nl
Ontbinding van de arbeidsovereenkomst en berekening van de vergoeding volgens de kantonrechtersformule
In deze zaak heeft de kantonrechter te Eindhoven uitspraak gedaan over de ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen de besloten vennootschap Philips Components B.V. en haar werknemer, de heer [verweerder]. De heer [verweerder], geboren op 13 januari 1959, was sinds 14 januari 1985 in dienst van Philips Components B.V. en bekleedde de functie van CEO van Philips Optical Storage. De ontbinding van de arbeidsovereenkomst werd aangevraagd door de werkgever, die aangaf dat de functie van de heer [verweerder] zou komen te vervallen door een reorganisatie binnen het bedrijf. De kantonrechter heeft vastgesteld dat partijen het erover eens waren dat er een billijke vergoeding aan de heer [verweerder] moest worden betaald, maar er was onenigheid over de hoogte van deze vergoeding.
De kantonrechter heeft de berekening van de vergoeding gebaseerd op de kantonrechtersformule, waarbij rekening werd gehouden met het jaarsalaris van de heer [verweerder], inclusief een gemiddelde jaarbonus van € 76.854. De kantonrechter heeft vastgesteld dat het jaarsalaris € 389.550 bedroeg, wat leidde tot een totale vergoeding van € 844.025. De kantonrechter heeft de werkgever in de gelegenheid gesteld om het verzoek tot ontbinding in te trekken, maar als dit niet gebeurde, werd de arbeidsovereenkomst per 1 juni 2007 ontbonden.
De beslissing van de kantonrechter omvatte ook bepalingen over de proceskosten, waarbij iedere partij zijn eigen kosten zou dragen, tenzij de werkgever het verzoek introk. De zaak illustreert de toepassing van de kantonrechtersformule en de overwegingen die de kantonrechter heeft gemaakt bij het vaststellen van de billijke vergoeding voor de werknemer.