ECLI:NL:RBSHE:2008:BC7759

Rechtbank 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
28 maart 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
01/840708-07
Instantie
Rechtbank 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in overvalzaak door gebrek aan bewijs

In de zaak tegen de verdachte, die beschuldigd werd van een overval op 12 december 2002 te 's-Hertogenbosch, heeft de rechtbank 's-Hertogenbosch op 28 maart 2008 uitspraak gedaan. De verdachte werd aangeklaagd voor het plegen van een poging tot diefstal met geweld, waarbij hij samen met anderen een woning binnendrong en geweld gebruikte tegen de bewoners. De officier van justitie baseerde haar bewijsvoering voornamelijk op het aantreffen van een DNA-spoor van de verdachte in een bivakmuts die na de overval in de woning van de slachtoffers werd gevonden. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat het enkele aantreffen van dit DNA-spoor onvoldoende bewijs oplevert voor een veroordeling. De rechtbank concludeerde dat de mogelijkheid bestaat dat de bivakmuts door iemand anders is gebruikt tijdens de overval, waardoor de verdachte niet wettig en overtuigend kon worden bewezen dat hij de overval had gepleegd. De rechtbank heeft daarom de verdachte vrijgesproken van alle tenlastegelegde feiten. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, waarbij de voorzitter en twee leden aanwezig waren. De uitspraak is gedaan in tegenwoordigheid van de griffier en is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 14 maart 2008. De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en de verdediging van de verdachte, maar heeft uiteindelijk geoordeeld dat er onvoldoende bewijs was voor een veroordeling.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK 'S-HERTOGENBOSCH
Sector Strafrecht
Parketnummer: 01/840708-07
Datum uitspraak: 28 maart 2008
Vonnis van de rechtbank ’s-Hertogenbosch, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen:
[verdachte]
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1981,
wonende te [woonplaats], [adres].
Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 14 maart 2008.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van hetgeen van de zijde van verdachte naar voren is gebracht.
De tenlastelegging.
De zaak is aanhangig gemaakt bij dagvaarding van 12 februari 2008.
Aan verdachte is tenlastegelegd dat:
hij op of omstreeks 12 december 2002 te 's-Hertogenbosch om ongeveer 01.00
uur, in elk geval gedurende voor de nachtrust bestemde tijd, ter uitvoering
van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met
een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigening weg te nemen geld en/of goederen van hunner/zijn gading, geheel
of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s), een raam hebben/heeft geforceerd en/of (vervolgens) de woning op
perceel [adres 1] buiten weten en/of tegen de wil van
rechthebbende(n) binnen zijn/is gedrongen, terwijl de uitvoering van dat
voorgenomen misdrijf niet is voltooid, welke poging tot diefstal werd
vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 1]
en/of [slachtoffer 2] gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te
maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan (een) andere
deelnemer(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het
gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin
bestond(en) dat verdachte en/of zijn mededader(s) de slaapkamer van [slachtoffer 1]
en/of [slachtoffer 2] binnen zijn/is gedrongen door met kracht de slaapkamerdeur
open te duwen en/of (vervolgens) meermalen, althans eenmaal, traanverwekkende
stof(fen) in de ogen, althans in de richting van, [slachtoffer 1] hebben/heeft
gespoten en/of (vervolgens) [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] meermalen, althans
eenmaal hebben/ heeft geslagen;
[Artikelen 45, 310 en 311 Wetboek van Strafrecht]
Subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of
zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 12 december 2002 te 's-Hertogenbosch ter uitvoering van het
door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander
of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en / of (een) ander(en)
wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en / of bedreiging met geweld [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] te dwingen tot de afgifte van geld en/of goederen,
in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1] en/of
[slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3], in elk geval aan een ander of anderen dan
aan verdachte en / of zijn mededader(s), de woning en/of (vervolgens) de
slaapkamer van [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] binnen zijn/is gedrongen door met
kracht de slaapkamerdeur open te duwen en/of (vervolgens) meermalen, althans
eenmaal, traanverwekkende stof(fen) in de ogen, althans in de richting van,
[slachtoffer 1] hebben/heeft gespoten en/of (vervolgens) [slachtoffer 1] en/of die
[slachtoffer 2] meermalen, althans eenmaal hebben/ heeft geslagen, zijnde de
uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet voltooid;
[Artikelen 45 en 317 Wetboek van Strafrecht]
De tenlastelegging is op vordering van de officier van justitie ter terechtzitting van 14 maart 2008 gewijzigd. Van deze vordering is een kopie aan dit vonnis gehecht.
De geldigheid van de dagvaarding.
De dagvaarding voldoet aan alle wettelijke eisen.
De bevoegdheid van de rechtbank.
Krachtens de wettelijke bepalingen is de rechtbank bevoegd van het tenlastegelegde kennis te nemen.
De ontvankelijkheid van de officier van justitie.
Bij het onderzoek ter terechtzitting zijn geen omstandigheden gebleken, die aan de ontvankelijkheid van de officier van justitie in de weg staan.
Schorsing der vervolging.
Bij het onderzoek ter terechtzitting zijn geen gronden voor schorsing der vervolging gebleken.
De officier van justitie eist.
(voor het primair tenlastegelegde: )
- een gevangenisstraf voor de duur van drie jaren, met aftrek van voorarrest.
(een kopie van de vordering van de officier van justitie is als bijlage bij dit vonnis gevoegd).
De bewijsbeslissing.
De officier van justitie baseert haar bewijsvoering in hoofdzaak op het aantreffen van een dna-spoor van verdachte in een in de woning van de slachtoffers na de overval achtergebleven bivakmuts.
De rechtbank overweegt het volgende.
Op 12 december 2002 zijn de slachtoffers in hun woning overvallen. In de woning van de slachtoffers is na de overval een bivakmuts aangetroffen. Uit een deskundigenrapport van het Nederlands Forensisch Instituut van 1 december 2006 blijkt dat in de bivakmuts een dna-spoor van verdachte is aangetroffen. Verdachte ontkent dat hij de overval op 12 december 2002 heeft gepleegd.
Verdachte heeft na zijn aanhouding op 7 mei 2007 verklaard dat hij in het bezit is geweest van meerdere bivakmutsen. Hij had twee witte en drie zwarte bivakmutsen. Op 7 mei 2007 had hij geen bivakmuts meer. Hij was alle bivakmutsen kwijtgeraakt.
Nu verder steunbewijs ontbreekt is de rechtbank van oordeel dat enkel het aantreffen van een dna-spoor van verdachte in een in de woning van de slachtoffers aangetroffen bivakmuts onvoldoende is voor een bewezenverklaring. De mogelijkheid dat de bivakmuts bij de overval is gebruikt door een ander dan verdachte kan immers niet worden uitgesloten.
De rechtbank acht derhalve niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen aan verdachte primiair en subsidiair is tenlastegelegd, zodat de verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken.
DE UITSPRAAK
De beslissing van de rechtbank:
T.a.v. primair, subsidiair:
Vrijspraak, achtende de rechtbank het primair en het subsidiair tenlastegelegde
niet wettig en overtuigend bewezen.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. A.F. van Hoorn, voorzitter,
mr. G.J. Holtkamp en mr H.H.E. Boomgaart, leden,
in tegenwoordigheid van G.G. Dirks, griffier,
en is uitgesproken op 28 maart 2008,
zijnde mr. Holtkamp buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.