vonnis
RECHTBANK 'S-HERTOGENBOSCH
zaaknummer / rolnummer: 172625 / KG ZA 08-172
Vonnis in kort geding van 20 mei 2008
1. [eiser],
wonende te Veghel,
2. [eiseres],
wonende te Veghel ,
eisers,
procureur mr. M.J.L. Versantvoort,
de stichting
STICHTING WOONBELANG VEGHEL,
gevestigd te Veghel,
gedaagde,
procureur mr. D. Heuker of Hoek.
Partijen zullen hierna [eisers] en Stichting Woonbelang Veghel genoemd worden.
1.1. Na dagvaarding is een mondelinge behandeling gevolgd op 18 maart 2008 om 11.00 uur. De dagvaarding was met verlof van de voorzieningenrechter uitgebracht op 17 maart 2008. Stichting Woonbelang Veghel is niet verschenen, zodat tegen haar verstek is verleend.
1.2. Van de kant van Stichting Woonbelang Veghel was executerende deurwaarder, A.D. Weeterings, naar de zitting gekomen. Aan haar adres was de dagvaarding uitgebracht.
1.3. Na toelichting van de vordering door [eisers] en het verschaffen door mevrouw Weeterings van informatie omtrent het standpunt van Stichting Woonbelang Veghel en de reden van het niet verschijnen van Stichting Woonbelang Veghel ter terechtzitting, is de verdere behandeling vervolgens aangehouden tot 6 mei 2008 om Stichting Woonbelang Veghel gelegenheid te geven het verstek te zuiveren, waarbij bij wijze van tussentijdse voorlopige voorziening aan Stichting Woonbelang Veghel is verboden daadwerkelijk tot ontruiming van de betrokken woning over te gaan, op voorwaarde dat door [eisers] een bedrag van € 1.500,00 nog diezelfde middag zou worden betaald.
1.4. Op 6 mei 2008 heeft Stichting Woonbelang Veghel het verstek gezuiverd en heeft een verdere behandeling plaatsgevonden.
1.5. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1. [eisers] huurden van Stichting Woonbelang Veghel een woning te Veghel. Bij vonnis van de kantonrechter te 's-Hertogenbosch van 3 januari 2008 is die huurovereenkomst voorwaardelijk (namelijk voor het geval [eisers] niet binnen een maand de gehele huurachterstand plus kosten zouden hebben ingelopen) ontbonden en de ontruiming van de woning gelast.
2.2. Omdat aan de voorwaarde niet door [eisers] was voldaan en de ontbinding derhalve definitief was geworden, heeft Stichting Woonbelang Veghel de executie van het vonnis aangezegd, beslagen gelegd en op 13 maart 2008 (nog eens) aangekondigd dat de ontruiming op 19 maart 2008 zou worden uitgevoerd.
3.1. [eisers] vorderen samengevat - dat de executie van het vonnis van de kantonrechter van 3 januari 2008 wordt gestaakt en dat de gelegde executoriale beslagen welke zijn gelegd onder de Postbank N.V. en Manpower Uitzendorganisatie B.V. en eventuele andere beslagen worden opgeheven.
3.2. Stichting Woonbelang Veghel voert verweer.
4. De beoordeling
4.1. De tenuitvoerlegging van een (uitvoerbaar bij voorraad verklaard of in kracht van gewijsde gegaan) vonnis kan slechts dan worden geschorst of verboden, indien de executant mede gelet op de belangen aan de zijde van de geëxecuteerde die door de executie zullen worden geschaad - geen in redelijkheid te respecteren belang heeft bij gebruikmaking van zijn bevoegdheid tot tenuitvoerlegging over te gaan, met andere woorden misbruik maakt van zijn executiebevoegdheid. Dat zal (onder meer) het geval kunnen zijn indien het te executeren vonnis klaarblijkelijk op een juridische of feitelijke misslag berust of indien de tenuitvoerlegging op grond van na dit vonnis voorgevallen of aan het licht gekomen feiten klaarblijkelijk aan de zijde van de geëxecuteerde een noodtoestand zal doen ontstaan, waardoor een (onverwijlde) tenuitvoerlegging niet kan worden aanvaard.
4.2. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter doet het geval dat Stichting Woonbelang Veghel misbruik van haar executiebevoegdheid maakt, zich niet voor. Het feit dat [eisers] hebben toegezegd voor volledige betaling te zullen zorg dragen, betekent niet anders dan dat zij aan het vonnis van de kantonrechter willen voldoen, zoals ook op hun weg ligt. Dat Stichting Woonbelang Veghel dan in redelijkheid geen gebruik meer mag maken van de door het vonnis geboden bevoegdheid ontruiming te verlangen, volgt daar niet uit. Dit nog te minder nu, naar tussen partijen vaststaat, Stichting Woonbelang Veghel reeds meerdere malen een vonnis jegens [eisers] heeft verkregen waarbij wegens wanbetaling door [eisers] de huurovereenkomst is ontbonden en ontruiming gelast, namelijk op 29 juni 2000, 15 maart 2001, 5 september 2002 en 13 mei 2004. Telkens weer heeft Stichting Woonbelang Veghel in die gevallen op grond van de door [eisers] alsnog verrichte betalingen en gedane beloften met haar hand over haar hart gestreken. Dat Stichting Woonbelang Veghel dat nu voor de vijfde keer niet wenst te doen, kan haar niet worden tegengeworpen.
4.3. Het mogelijke feit dat, zoals [eisers] hebben betoogd, de problemen allemaal zijn te herleiden tot de toestand van grote gokschulden in 1999, maakt dat niet anders, omdat Stichting Woonbelang Veghel daar geheel buiten staat.
4.4. [eisers] hebben aangevoerd dat er zich een nieuw feit voordoet, namelijk dat ieder van hen nu een goede baan heeft. Dat feit kan evenwel niet aan de beslissing toe of af doen, omdat het - indien het bij de kantonrechter bekend was geweest - ongetwijfeld niet tot een andere beslissing in diens vonnis zou hebben geleid.
4.5. Dat er door de ontruiming voor [eisers] en hun gezin een noodtoestand zal ontstaan, is te verwachten, doch dat is een omstandigheid, die - hoe erg ook - geheel voor hun eigen rekening en risico komt.
4.6. [eisers] hebben voorts nog opgeworpen dat door de aanhouding van de behandeling, het tussentijdse verbod tot ontruiming en het feit dat zij hebben getracht in die tussentijd aan hun betalingsverplichtingen te voldoen, bij hen gerechtvaardigde verwachtingen zijn gewekt, die nu niet teleurgesteld mogen worden. Dat argument snijdt geen hout, al was het maar omdat zij die verwachtingen dan hebben ontleend aan de omstandigheid van de door hen zelf bewerkstelligde complicatie van het op zo korte termijn dagvaarden van Stichting Woonbelang Veghel, dat aan te nemen viel dat die inderdaad, zoals mevrouw Weeterings heeft aangegeven, geen reële gelegenheid had kunnen vinden om adequaat op de zitting van 18 maart 2008 te verschijnen, zodat enerzijds verstek moest worden verleend maar anderzijds toch aanhouding van de behandeling voor de hand lag. Dat er dan voor de tussentijd (onder de genoemde voorwaarde om het belang bij betaling voor Stichting Woonbelang Veghel voor die periode veilig te stellen, zoals [eisers] ook hadden aangeboden) een verbod tot ontruiming werd gegeven, is niet meer dan logisch om die voorzetting van de behandeling niet zinledig te doen zijn. Het gaat dan te ver om te kunnen aannemen dat [eisers] uit dit een en ander de verwachting mogen ontlenen dat zij uiteindelijk in de woning zullen mogen blijven.
4.7. De vordering die er toe strekt de ontruiming te verbieden, zal daarom worden afgewezen.
4.8. Dat beslagen worden gehandhaafd (of zullen worden gelegd) ook nadat er volledig is betaald of dat anderszins in strijd met het recht wordt of zal worden gehandeld met betrekking tot de verhaalsexecutie, is niet gesteld of gebleken, zodat er evenmin grond is de vordering op het desbetreffende onderdeel toe te wijzen, zodat ook dit onderdeel zal worden afgewezen.
4.9. Als de in het ongelijk te stellen partij, zullen [eisers] worden veroordeeld in de kosten van het geding.
5. De beslissing
De voorzieningenrechter
5.1. wijst de vordering af;
5.2. veroordeelt [eisers] in de kosten van het geding aan de zijde van Stichting Woonbelang Veghel gevallen en thans begroot op € 1.070,00, waarvan € 254,00 aan verschotten en € 816,00 aan salaris;
5.3. verklaart deze veroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.F.M. Strijbos, voorzieningenrechter, en in het openbaar uitgesproken op 20 mei 2008.