ECLI:NL:RBSHE:2008:BH0414
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- W.E.M. Leclercq
- Rechtspraak.nl
Uitleg van een CAO-bepaling inzake WAO-aanvullingsregeling en arbeidsongeschiktheid
In deze zaak, gewezen door de kantonrechter te Eindhoven op 18 december 2008, gaat het om de uitleg van een CAO-bepaling met betrekking tot de WAO-aanvullingsregeling voor volledig arbeidsongeschikte werknemers. De eiser, die sinds 1962 in dienst was bij Beumker Parket, werd arbeidsongeschikt verklaard en vorderde een uitkering op basis van de CAO-bepaling die een aanvulling op de WAO-uitkering garandeert voor de eerste vier jaren van arbeidsongeschiktheid. De eiser stelde dat hij recht had op deze aanvulling over de periode van oktober 2003 tot oktober 2007, maar Beumker Parket weigerde de aanvulling na de beëindiging van de arbeidsovereenkomst op 28 februari 2006. De kantonrechter moest beoordelen of de CAO-bepaling ook van toepassing was na het einde van de arbeidsovereenkomst.
De kantonrechter oordeelde dat de uitleg van de CAO-bepaling niet eenduidig was. De tekst van de bepaling sprak over 'werknemers', maar de eiser betoogde dat de aanvulling ook voor gewezen werknemers zou moeten gelden, gezien de context van volledige arbeidsongeschiktheid. De kantonrechter concludeerde dat beide interpretaties verdedigbaar waren, maar dat er geen goede grond was om te stellen dat de aanvulling enkel van toepassing was zolang de arbeidsovereenkomst bestond. De kantonrechter oordeelde dat de CAO-bepaling ook na beëindiging van de arbeidsovereenkomst van toepassing kon zijn, en dat de eiser recht had op de gevorderde aanvulling, met uitzondering van de buitengerechtelijke incassokosten.
De beslissing van de kantonrechter was dat Beumker Parket de eiser diende te vergoeden voor de aanvulling van € 747,18 netto, vermeerderd met wettelijke rente, en dat de vordering in reconventie van Beumker Parket werd afgewezen. Tevens werd Beumker Parket veroordeeld in de proceskosten.