ECLI:NL:RBSHE:2009:BJ5800
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- W.E.M. Leclercq
- Rechtspraak.nl
Schadebeperkingsplicht van de crediteur en de gevolgen voor proceskosten in een civiele procedure
In deze civiele zaak, behandeld door de kantonrechter te Eindhoven, vorderde eiseres, International Card Services B.V., betaling van een bedrag van € 243,62 van gedaagde, die in persoon procedeerde. De vordering bestond uit een hoofdsom van € 600,37, buitengerechtelijke incassokosten, niet verrekenbare BTW en vertragingsrente, met inachtneming van een eerdere betaling van € 500,-- door gedaagde. Gedaagde voerde aan dat zij geen sommatie van de deurwaarder had ontvangen en dat zij een betalingsregeling had voorgesteld, die door de deurwaarder was afgewezen. Eiseres weersprak dit niet, behalve het punt van de sommatie.
De kantonrechter oordeelde dat, nu gedaagde bij dupliek het zwijgen had bewaard over de sommatie, aangenomen moest worden dat deze wel was verstuurd en ontvangen. De rechter oordeelde dat de dagvaarding terecht was en dat de kosten daarvan voor rekening van gedaagde kwamen. De rechter benadrukte dat de crediteur de plicht heeft om de schade voor de debiteur zoveel mogelijk te beperken, ook al was gedaagde in verzuim. De door gedaagde voorgestelde betalingsregeling had niet mogen worden geweigerd, vooral omdat gedaagde al een deel van de schuld had voldaan.
De kantonrechter wees de vordering tot betaling van buitengerechtelijke incassokosten af, omdat niet was aangetoond dat er zodanige werkzaamheden waren verricht die een vergoeding boven de proceskosten rechtvaardigden. Uiteindelijk werd gedaagde veroordeeld tot betaling van € 108,61, vermeerderd met rente, en in de proceskosten van eiseres, die op € 189,25 werden begroot. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde werd afgewezen.