Uitspraak
1.De procedure
2.De feiten (voor zover thans van belang)
3.Het geschil in conventie
4.Het geschil in reconventie
5.De beoordeling in conventie
.Repay diende binnen 30 dagen een kort geding dan wel binnen 60 dagen een bodemprocedure te starten. Tussen partijen staat vast dat Repay Laser niet binnen 30 dagen in kort geding tot afgifte van de in beslag genomen stukken heeft gedagvaard. Repay heeft Laser op 25 februari 2011 wel gedagvaard tegen de zitting van de rechtbank Amsterdam van 3 augustus 2011. Het petitum van deze dagvaarding luidt - kort gezegd - Laser te veroordelen tot afgifte van de in beslag genomen zaken. Voorshands gaat de voorzieningenrechter er dan ook van uit dat Repay daarmee tijdig een hoofdzaak aanhangig heeft gemaakt. Voor zover de overeenkomst van partijen van 17 september 2010 ten overstaan van het Gerechtshof te Amsterdam zo zou moeten worden verstaan dat ook de vraag of Repay recht heeft op afgifte van de in beslag genomen zaken, aan de bindend adviseurs dient te worden voorgelegd, kan Repay door middel van een eiswijziging in plaats van de veroordeling tot afgifte van de in beslag genomen zaken een verklaring voor recht vorderen dat Laser het bindend advies dient na te komen. De bewijsbeslagen zijn dan ook niet nietig en de vordering tot opheffing van de bewijsbeslagen zal op grond daarvan niet worden toegewezen.