ECLI:NL:RBSHE:2011:BQ0071
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Raadkamer
- Rechtspraak.nl
Toekenning van schadevergoeding ex artikel 89 Sv aan gewezen verdachte na voorlopige hechtenis
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Hertogenbosch op 4 maart 2011 uitspraak gedaan in een verzoekschrift tot schadevergoeding, ingediend door verzoekster die in voorlopige hechtenis heeft gezeten van 4 november 2008 tot en met 3 januari 2009. Het verzoek betreft een geldelijke tegemoetkoming voor de schade die verzoekster heeft geleden door de ondergane verzekering en voorlopige hechtenis. De rechtbank heeft vastgesteld dat de zaak is geëindigd zonder oplegging van straf of maatregel, waardoor verzoekster recht heeft op een schadevergoeding volgens artikel 89 van het Wetboek van Strafvordering.
De officier van justitie heeft als primair standpunt naar voren gebracht dat verzoekster een vergoeding van € 25,-- per dag zou moeten ontvangen, omdat haar belangen nauwelijks geschaad zouden zijn door de voorlopige hechtenis. Subsidiair werd gesteld dat, gezien het feit dat verzoekster dakloos was, slechts de helft van de forfaitaire vergoeding zou moeten worden toegekend. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de schade die verzoekster heeft geleden niet significant afwijkt van die van een gemiddelde verdachte en dat er geen bijzondere omstandigheden zijn die een afwijking van de standaardvergoeding rechtvaardigen.
De rechtbank heeft besloten om verzoekster de forfaitaire bedragen toe te kennen voor de dagen die zij in detentie heeft doorgebracht. De standaardvergoeding voor dagen in beperkingen is vastgesteld op € 105,-- en voor dagen in voorlopige hechtenis op € 80,--. Uiteindelijk is aan verzoekster een bedrag van € 7895,-- toegekend, gebaseerd op het aantal dagen dat zij in detentie heeft doorgebracht, waarbij de rechtbank de relevante artikelen van het Wetboek van Strafvordering in acht heeft genomen. De beslissing is genomen in openbare raadkamer en is ondertekend door de rechter en de griffier.