ECLI:NL:RBSHE:2012:115

Rechtbank 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
11 januari 2012
Publicatiedatum
30 april 2013
Zaaknummer
225219 - HA ZA 11-175
Instantie
Rechtbank 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Tussenuitspraak
Rechters
  • Ch. Dunnewijk
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenuitspraak in een civiele zaak over herstelkostenvordering na deskundigonderzoek

In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank 's-Hertogenbosch, is op 11 januari 2012 een tussenuitspraak gedaan in het kader van een herstelkostenvordering van de opdrachtgever tegen de aannemer. De rechtbank heeft vastgesteld dat er sprake is van uitvoeringsfouten door de aannemer, maar dat er ook een gedeelde verantwoordelijkheid is tussen de partijen. De eisers, vertegenwoordigd door advocaat mr. Ph.C.M. van der Ven, hebben een vordering ingediend tegen de gedaagde, een besloten vennootschap, vertegenwoordigd door advocaat mr. M. Struik. De procedure omvatte een deskundigenonderzoek, waarbij de rechtbank heeft besloten om een deskundige te benoemen om de gebreken aan het betrokken pand te onderzoeken. De deskundige, Ing. M.C. Alblas van Arcadis Nederland B.V., is belast met het beantwoorden van specifieke vragen over de gebreken en de kosten van herstel. De rechtbank heeft ook de verplichtingen van de partijen ten aanzien van het deskundigenonderzoek uiteengezet en de hoogte van het voorschot op de kosten van de deskundige vastgesteld op € 8.351,42. De partijen zijn verplicht om mee te werken aan het onderzoek en de deskundige dient binnen vier maanden na de beslissing een schriftelijk rapport in te dienen. De rechtbank heeft de zaak op de parkeerrol geplaatst en verdere beslissingen aangehouden.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK's-Hertogenbosch
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 225219 / HA ZA 11-175
Vonnis van 11 januari 2012
in de zaak van

1.[eiser 1] ,

wonende te [woonplaats] ,
2.
[eiser 2],
wonende te [woonplaats] ,
eisers in conventie,
verweerders in reconventie,
advocaat mr. Ph.C.M. van der Ven te ‘s-Hertogenbosch,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[gedaagde] B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
advocaat mr. M. Struik te Veldhoven.
Partijen zullen hierna [eisers] en [gedaagde] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis van 12 oktober 2011
  • akte van [gedaagde] van 9 november 2011
  • akte van [eisers] van 9 november 2011.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De verdere beoordeling in conventie en in reconventie

2.1.
[eisers] en [gedaagde] hebben bij akte nog een aantal punten aan de orde gesteld. Vooropgesteld zij dat de rechtbank niet terug zal komen op punten waarover in het vonnis van 12 oktober 2011 is beslist en dat zij de deskundige ook geen vragen ter zake deze punten zal voorleggen. Evenmin zal zij de deskundige vragen voorleggen ter zake punten die tussen partijen niet in geschil zijn of vragen die bij uitstek ter beantwoording door de rechtbank zijn en niet ter beantwoording door de deskundige.
De rechtbank ziet vooralsnog, ook niet gelet op het belang van de zaak, aanleiding om meer dan één deskundige te benoemen.
2.2.
Het eerder aangekondigde deskundigenbericht zal nu worden bevolen. Zoals hiervoor onder 2.1. weergegeven, heeft de rechtbank kennis genomen van het tussen partijen gevoerde debat omtrent het aantal te benoemen deskundigen, de persoon van de deskundige(n) en de aan de deskundige(n) voor te leggen vragen. Mede gelet daarop zal de rechtbank de onder de beslissing vermelde deskundige benoemen. Aan deze deskundige zullen de in de beslissing vermelde vragen worden voorgelegd.
2.3.
In de vorige beslissing is al aangekondigd door welke partij het voorschot op de kosten van de deskundige moet worden gedeponeerd.
2.4.
De rechtbank wijst erop dat partijen wettelijk verplicht zijn om mee te werken aan het onderzoek door de deskundige. De rechtbank zal deze verplichting uitwerken zoals nader onder de beslissing omschreven. Wordt aan een van deze verplichtingen niet voldaan, dan kan de rechtbank daaruit de gevolgtrekking maken die zij geraden acht, ook in het nadeel van de desbetreffende partij.
2.5.
Indien een partij desgevraagd of op eigen initiatief schriftelijke opmerkingen en verzoeken aan de deskundige doet toekomen, dient zij daarvan terstond afschrift aan de wederpartij te verstrekken.
2.6.
De rechtbank ziet geen aanleiding om tussentijds hoger beroep van deze tussenbeslissing toe te staan. Zij zal de beslissing over het voorschot ambtshalve uitvoerbaar bij voorraad verklaren.

3.De beslissing

De rechtbank
in conventie en in reconventie
3.1.
beveelt een onderzoek door een deskundige ter beantwoording van de volgende vragen:
Is er bij het in dit geding betrokken pand, het woonhuis met atelier aan de [adres] te [plaats] , sprake van gebreken ter zake
lekkages woonhuis
lekkages atelier
niet waterdichte pompput
geluidsoverlast pomp
lange duur warm tapwater
slecht voegwerk
overmatige witte uitslag
knallende kapconstructie?
Zo ja, wat zijn de oorzaken van deze gebreken?
Is daarbij sprake van een ontwerpfout?
Is, en zo ja in hoeverre, het weglaten van de roosters onder de buitengevelkozijnen van belang voor de lekkages (1. en 2.)?
Welke maatregelen dienen te worden getroffen om de door u geconstateerde gebreken te herstellen?
f. Welke kosten zijn hiermee per geconstateerd gebrek gemoeid?
g. Betekent herstel van de door u geconstateerde gebreken dat het woonhuis dan
tijdelijk niet bewoond kan worden? Zo ja, kunt u dan inschatten hoe lang dat zou
kunnen duren?
h. Heeft u nog overige opmerkingen die voor de beoordeling van de zaak van belang
zouden kunnen zijn?
3.2.
benoemt tot deskundige:
Ing. M.C.Alblas, verbonden aan
Arcadis Nederland B.V.
Postbus 1051
2410 CB Bodegraven
telefoon: 0172-631422
het voorschot
3.3.
stelt de hoogte van het voorschot op de kosten van de deskundige vast op het door de deskundige begrote bedrag van € 8.351,42,
3.4.
bepaalt dat partijen ieder de helft van het voorschot dienen over te maken op rekeningnummer 56.99.90.572 ten name van Arrondissement 536 's-Hertogenbosch onder vermelding van "voorschot deskundigenrapport" en het zaak- en rolnummer, en wel
binnen twee wekenna deze beslissing,
3.5.
draagt de griffier op om de deskundige onmiddellijk in kennis te stellen van de betaling van het voorschot,
het onderzoek
3.6.
bepaalt dat [eisers] zijn procesdossier in afschrift aan de deskundige dient te doen toekomen,
3.7.
bepaalt dat de deskundige het onderzoek zelfstandig zal instellen op de door de deskundige in overleg met partijen te bepalen tijd en plaats,
3.8.
wijst de deskundige er op dat:
  • de deskundige voor aanvang van het onderzoek dient kennis te nemen van de Leidraad deskundigen in civiele zaken (te raadplegen op www.rechtspraak.nl of desgevraagd te verkrijgen bij de griffie),
  • de deskundige het onderzoek pas na het bericht van de griffier omtrent betaling van het voorschot dient aan te vangen,
  • de deskundige het onderzoek onmiddellijk dient te staken en contact dient op te nemen met de griffier, indien tijdens de uitvoering van de werkzaamheden het voorschot niet toereikend blijkt te zijn,
  • de deskundige partijen bij een onderzoek van een object ter plaatse gelegenheid dient te bieden dit onderzoek bij te wonen; indien slechts één partij, althans niet alle partijen, bij het onderzoek van objecten ter plaatse aanwezig is of zijn, de deskundige dit onderzoek niet mag uitvoeren, tenzij alle partijen zijn uitgenodigd om bij dat onderzoek aanwezig te zijn, en dat uit het rapport moet blijken dat hieraan is voldaan,
  • indien partijen bij het onderzoek van objecten ter plaatse aanwezig zijn geweest, uit het rapport moet blijken welke opmerkingen zij hebben gemaakt en welke verzoeken zij hebben gedaan, en hoe de deskundige hierop heeft gereageerd,
3.9.
bepaalt dat partijen nadere inlichtingen en gegevens aan de deskundige dienen te verstrekken indien deze daarom verzoekt, de deskundige toegang dienen te verschaffen tot voor het onderzoek noodzakelijke plaatsen, en de deskundige ook voor het overige gelegenheid dienen te geven tot het verrichten van het onderzoek,
het schriftelijk rapport
3.10.
draagt de deskundige op om uiterlijk vier maanden na deze beslissing een schriftelijk en ondertekend bericht in drievoud ter griffie van de rechtbank in te leveren, onder bijvoeging van een gespecificeerde declaratie,
3.11.
wijst de deskundige er op dat:
  • uit het schriftelijk bericht moet blijken op welke stukken het oordeel van de deskundige is gebaseerd,
  • de deskundige een concept van het rapport aan partijen moet toezenden, opdat partijen de gelegenheid krijgen binnen vier weken daarover bij de deskundige opmerkingen te maken en verzoeken te doen, en dat de deskundige in het definitieve rapport de door partijen gemaakte opmerkingen en verzoeken en de reactie van de deskundige daarop moet vermelden,
3.12. bepaalt dat partijen binnen vier weken dienen te reageren op het concept-rapport van de deskundige nadat dit aan partijen is toegezonden en dat partijen bij de deskundige geen gelegenheid hebben op elkaars opmerkingen en verzoeken naar aanleiding van het concept-rapport te reageren,
overige bepalingen
3.13.
bepaalt dat de zaak op de parkeerrol zal komen van
3 oktober 2012,
3.14.
draagt de griffier op de zaak op een eerdere rol te plaatsen:
  • indien het voorschot niet binnen de daarvoor bepaalde (eventueel verlengde) termijn is ontvangen: voor akte uitlating voortprocederen aan beide zijden op een termijn van twee weken of
  • na ontvangst ter griffie van het deskundigenbericht: voor conclusie na deskundigenbericht aan de zijde van [eisers] op een termijn van vier weken,
3.15.
verklaart de beslissing over het voorschot uitvoerbaar bij voorraad,
3.16.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. Ch. Dunnewijk en in het openbaar uitgesproken op 11 januari 2012.