ECLI:NL:RBUTR:2000:AA4774

Rechtbank Utrecht

Datum uitspraak
15 februari 2000
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
109244/KG ZA 99/1332
Instantie
Rechtbank Utrecht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • H.J. Schepen
  • C.A.W. Biezemans
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verbod op publieksreclame voor geneesmiddelen in kort geding tussen de Staat der Nederlanden en Roche Nederland B.V.

In deze zaak heeft de Staat der Nederlanden, vertegenwoordigd door het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Inspectie voor de Gezondheidszorg, Roche Nederland B.V. aangeklaagd in een kort geding. De Staat vorderde een verbod op de publiciteit rondom het geneesmiddel Xenical, dat uitsluitend op recept verkrijgbaar is, en beschuldigde Roche van het maken van publieksreclame, wat in strijd is met de geldende wetgeving. De president van de rechtbank heeft op 15 februari 2000 uitspraak gedaan in deze zaak.

De president heeft vastgesteld dat Roche in 1999 een campagne heeft gevoerd die als publieksreclame voor Xenical kan worden gekwalificeerd. Dit omvatte advertenties, internetsites, brochures en telefonische informatielijnen die gericht waren op het publiek. De Staat heeft betoogd dat deze uitingen in strijd zijn met het verbod op publieksreclame voor geneesmiddelen die alleen op recept verkrijgbaar zijn, zoals vastgelegd in het Reclamebesluit.

Roche heeft verweer gevoerd en betoogd dat de Staat niet ontvankelijk is in zijn vordering, omdat deze geen concreet belang zou hebben. De president heeft dit verweer verworpen en geoordeeld dat de Staat wel degelijk een voldoende belang heeft bij de vordering, gezien zijn verantwoordelijkheid voor de volksgezondheid. De president heeft geconcludeerd dat Roche haar campagne inmiddels heeft gestaakt, maar dat de mogelijkheid van herhaling niet uitgesloten kan worden.

Uiteindelijk heeft de president de vorderingen van de Staat afgewezen, maar wel de proceskosten gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. De uitspraak benadrukt de strikte regels rondom publieksreclame voor geneesmiddelen en de verantwoordelijkheden van farmaceutische bedrijven in dit kader.

Uitspraak

VONNIS van de president van de arrondissementsrechtbank te Utrecht in het kort geding van:
De Staat der Nederlanden (ministerie van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport; Inspectie voor de Gezondheidszorg),
zetelende te 's-Gravenhage, eiser,
procureur: mr. M. Nuyten,
advocaat : mr. G.R.J. de Groot te 's-Gravenhage,
- tegen -
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Roche Nederland B.V., gevestigd te Mijdrecht, gemeente
De Ronde Venen, gedaagde,
procureur: mr. E.N. Bouwman,
advocaat : mr. A.J.H.W.M. Versteeg te Amsterdam.
Partijen zullen hierna worden aangeduid als de Staat (dan wel de Inspectie) en Roche.
1. Het verloop van het geding
1.1.
De Staat heeft Roche in kort geding doen dagvaarden en op de dienende dag, 1 februari 2000, van eis geconcludeerd overeenkomstig de inhoud van het exploot van dagvaarding d.d. 20 januari 2000, waarvan een fotokopie aan dit vonnis is gehecht.
1.2.
De Staat heeft zijn vordering bij monde van zijn advocaat doen toelichten.
1.3.
Roche heeft bij monde van haar advocaat verweer tegen de vordering doen voeren.
1.4.
Na voortgezet debat hebben partijen de stukken, waaronder aan beide zijden producties en pleitnotities, overgelegd en vonnis gevraagd.
2. De vaststaande feiten
2.1.
Roche houdt zich bedrijfsmatig bezig met de verkoop van onder meer farmaceutische producten.
2.2.
In april 1999 heeft Roche het geneesmiddel Xenical op de Neder-landse markt gebracht. Xenical bevat de werkzame stof orlistat en is een middel tegen obesitas (vetzucht). Op grond van artikel 4 van de Regeling U.R.-geneesmiddelen mag Xenical in Nederland uitsluitend op recept worden afgeleverd.
2.3.
Roche is in 1999 een campagne gestart waarin voorlichting werd gegeven over de gevaren van obesitas, in welk kader zij ook op diverse wijzen op haar middel Xenical heeft gewezen.
Deze campagne bestond onder meer uit:
a. Advertenties "Het gevaar van te zwaar".
Roche heeft sinds 15 november 1999 24 maal advertenties met de tekst "Het gevaar van te zwaar" doen plaatsen in grote landelijke en regionale kranten. In deze advertenties stond onder meer vermeld:
"Meer dan 1 miljoen Nederlanders zijn te zwaar. Als je te zwaar bent, loop je grotere risico's op onder andere hart- en vaatziekten, gewrichtsproblemen, suikerziekte, verhoogd cholesterol en hoge bloeddruk. De risico's van overgewicht verminder je al met een langdurig gewichtsverlies van 5 tot 15%. Daarvoor moet je wel voldoende bewegen en je voedingsgewoonten aanpassen. Daarnaast kan je arts je met een geneesmiddel (...) dat de vetopname uit de voeding vermindert. Voor meer informatie, neem contact op met de Roche Informatielijn.
Deze informatie wordt u aangeboden door: Roche Nederland B.V. (...)
Roche Informatielijn 0900-(...), www.roche.nl"
Voor de door de Roche Informatielijn verstrekte informatie: zie hierna sub c; voor de op de site www.roche.nl verstrekte informatie: zie hierna sub b.
b. Internetsites.
Voormelde advertentie verwijst naar de (algemene) inter-netsi-te www.roche.nl. Op die site is onder meer het logo van de advertentie (een dikke man met een gevaren-driehoek en de tekst "Het gevaar van te zwaar") opgenomen. Wanneer dat logo wordt aangeklikt wordt men automatisch doorgelinkt naar de site www.xenical.nl, op welke site informatie over xenical is te vinden. In interne stukken van Roche (notulen Adviesraadvergadering d.d. 6 juni 1999) staat onder meer vermeld: "Er is bewust gekozen voor www.xenical.nl, omdat dit de manier is om de naam Xenical breed bekend te maken". Wanneer op de pagina www.xeni-cal.nl de link "consumenten" wordt aangeklikt, wordt men automatisch doorgelinkt naar de site www.overgewicht.nl. Op die site wordt met name algemene informatie over overgewicht gegeven.
Naar aanleiding van overleg met de Inspectie heeft Roche de internetsites aangepast. Thans is op het voor het algemene publiek toegankelijke gedeelte van de site www.xenical.nl - naast de link naar www.overgewicht.nl - alleen nog de bijslui-ter van Xenical te vinden, alsook het Engelstalige EPAR-rapport (European Public Assessment Report) en de officiële (SMPC) produc-t-informatie.
c. Telefonische informatielijn.
De (oude) meldtekst begon met "Dit is de Xenical infor-ma-tielijn van Roche Nederland B.V. (...) Hierna geven wij u alvast antwoord op de meest gestelde vragen over Xeni-cal. (...)". In de handleiding voor telefonisten staat onder meer vermeld:
"Algemene opmerking: aan het eind van elk gesprek informeren of de beller de brochures over Xenical en het voedingsadvies al in bezit heeft. Zo niet, adres noteren en op laten sturen!
Meer informatie is ook te verkrijgen op www.xenical.nl."
Thans wordt op de informatielijn slechts nog algemene informa-tie over Roche gegeven. Bij een specifiek verzoek om een brochure over Xenical wordt deze toegestuurd.
d. Brochures.
Roche heeft verschillende brochures uitgebracht en op uiteenlopende manieren onder consumenten verspreid, onder meer door rechtstreekse toezending naar aanleiding van een telefoongesprek met de informatielijn.
Naar aanleiding van een brief van de Inspectie heeft Roche de originele brochure aangepast. Daarop heeft de Inspec-tie toegestaan dat de gewijzigde brochures door artsen en apothekers zouden worden verstrekt aan patiënten aan wie het middel reeds was voorgeschreven.
e. Advertorials ("Nieuw geneesmiddel bij overgewicht").
Roche heeft in een groot aantal regionale bladen advertorials doen plaatsen. In deze advertorials komt de naam Xenical nadrukkelijk voor en wordt een positief beeld van de resultaten van het middel geschetst.
f. Persberichten.
Hill & Knowlton Nederland B.V., het door Roche ingeschakelde reclamebureau, heeft twee persberichten over Xenical doen uitgaan.
2.4.
Roche heeft de Inspectie bij brief d.d. 28 september 1999 onder meer medegedeeld:
"1. Uw boodschap, in essentie inhoudende dat wij publieksreclame hebben gepleegd voor ons product Xenical, hebben wij goed begrepen. (...)
2. (...) Een en ander doet overigens geenszins af aan het feit dat wij begrip hebben voor uw opvatting, dat alle op Xenical-gebruikers en het publiek gerichte uitingen tezamen en in hun onderling verband gezien, toch wel degelijk een zeker reclameachtig karakter dragen."
2.5.
De Keuringsraad Openlijke Aanprijzing Geneesmiddelen -heeft Roche bij brief d.d. 3 december 1999 onder meer medegedeeld:
"De Keuringsraad heeft geconstateerd dat er op 15-11-99 een advertentie in het NRC-Handelsblad heeft gestaan, die beschouwd wordt als een publieksreclame voor geneesmiddelen.
Deze reclame-uiting is niet voor de plaatsing ervan aan de Keuringsraad Openlijke Aanprijzing Geneesmiddelen (KOAG) ter beoordeling voorgelegd en kan ook achteraf niet van een toelating worden voorzien omdat er in de uiting zelf diverse malen sprake is van overtreding van de Code voor de Publieksreclame voor Geneesmiddelen (CPG).
Wij verzoeken u dringend de plaatsing van deze reclame-uiting stop te zetten en in het vervolg publieksreclame voor geneesmiddelen voor te leggen aan de KOAG (...)."
2.6.
In de uitspraak d.d 6 januari 2000 van de Codecommissie CGR (Code Geneesmiddelenreclame) - een door de farmaceutische industrie bij wijze van zelfregulering in het leven geroepen commissie - is Roche, bij wege van voorlopige maatregel, onder meer bevolen de publiciteitscampagne voor Xenical(R) gestaakt te houden dan wel zich te onthouden van enig verder handelen.
In deze uitspraak is onder meer overwogen:
"2. Roche stelt dat in casu geen sprake is van reclame in de zin van de Gedragscode. Dit standpunt moet evenwel worden verworpen. De door Roche geplaatste advertenties maken weliswaar geen melding van het geneesmiddel Xenical(R) maar vermelden op uitnodigende wijze een telefoonnummer ("Roche informatielijn") dat voor publiek toegankelijk is; de informatie die vervolgens in voorkomende gevallen aan de opbellers wordt verstrekt - welke informatieverstrekking kennelijk het eigenlijke doel van de advertentie vormt- moet worden geacht een integraal onderdeel van deze advertentie en van deze publiciteitscampagne te vormen. Een ander oordeel zou leiden tot de situatie dat een algemene boodschap omtrent bijvoorbeeld obesitas buiten het bereik van de Code mag worden gefragmenteerd tot talloze individuele aanprijzingen van een specifiek geneesmid-del; dit nu is naar de stellige overtuiging van de Codecommissie volstrekt onaanvaardbaar. (...)
4. Roche stelt dat de uitlatingen van het callcenter inzake Xenical(R) moeten worden gezien als een incident. Wat er zij van dit weinig geloofwaardige standpunt, het moet ervoor worden gehouden dat Roche verantwoordelijk is voor de uitlatingen gedaan in het onderhavige "incident",
5. De Codecommissie CGR is van oordeel dat de namens Roche gedane mededelingen inhoudende aanprijzing van het UR-geneesmiddel Xenical(R) gericht op het publiek zijnde willekeurige en aan Roche onbekende opbellers in beginsel niet behorende tot de categorie van beroepsbeoefenaren als bedoeld in de Gedragscode, een ernstige inbreuk op de Code vormen."
2.7.
Naar aanleiding van de door Roche gevoerde campagne is door de Inspecteur voor de Gezondheidszorg, mede in opdracht van de Of-ficier van Justitie bij het arrondissementsparket te Utrecht, een strafrechtelijk onderzoek tegen Roche geopend. Inmiddels is door de Officier van Justitie tot strafrechtelijke vervolging van Roche besloten.
3. Het geschil en de beoordeling daarvan
3.1.
De Staat vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
a. Roche te verbieden:
(i) de advertenties "Het gevaar van te zwaar" of daarmee vergelijkbare advertenties in (dag)bladen te (doen) plaatsen;
(ii) opdracht te geven tot of medewerking te verlenen aan plaatsing van "advertorials" in huis-aan-huisbladen of enige andere periodieke voor het algemene publiek bestemde uitgave;
(iii)brochures over Xenical te (doen) distribueren of
(doen) toezenden, anders dan aan apotheekhoudenden of huisartsen;
(iv) in enige op het publiek gerichte uiting of internet-site een verwijzing of een link op te nemen naar de internetsite www.xenical.nl dan wel enige andere internetsite met een adres waarin het woord Xenical of orlistat voorkomt;
(v) enige verdere bemoeienis te hebben met de uitgave of de distributie van het boek "Weg met vet";
zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van
¦ 250.000,-- per overtreding;
b. Roche te gebieden binnen twee dagen na betekening van het vonnis:
(i) de telefonische informatielijn over obesitas- en Xeni-cal te sluiten;
(ii) de reeds aan anderen dan apotheekhoudenden of huis-artsen verstrekte brochures over Xenical terug te halen en de Staat een lijst te verstrekken van alle personen, bedrijven, instellingen of andere relaties aan wie deze brochures zijn toegezonden;
zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van
¦ 2.500.000,--;
c. Roche te verbieden ook overigens enige vorm van publieks-reclame voor Xenical te maken of enige directe of indirec-te medewerking te verlenen aan een op het Nederlandse publiek gerichte internetsite over Xenical, op straffe van verbeurte van een dwangsom van ¦ 250.000,-- per overtreding;
d. Roche te verbieden enige vorm van in het Reclamebesluit verboden gusten te betonen, zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van ¦ 250.000,-- per overtreding; één en ander met veroordeling van Roche in de kosten van dit geding.
3.2.
Voor hetgeen de Staat aan zijn vordering ten grondslag heeft gelegd wordt verwezen naar de dagvaarding, waarvan een fotokopie aan dit vonnis is gehecht.
3.3.
Roche heeft de vordering van de Staat gemotiveerd weersproken. Haar verweer zal, voor zoveel nodig, in het navolgende aan de orde komen.
3.4.
Volgens Roche dient de Staat op grond van het bepaalde in ar-tikel 3:303 BW niet ontvankelijk in zijn vordering te worden verklaard, nu de Staat geen enkel concreet belang heeft gesteld waarin hij is getroffen en uitsluitend optreedt voor een alge-meen belang dat niet behoort tot de belangen waarvoor artikel 6:162 BW bescherming biedt.
3.5.
Voormeld verweer moet worden verworpen. Vooropgesteld moet worden - en zulks is tussen partijen ook niet in discussie - dat het de Staat in het onderhavige geval (daargelaten het belangvereiste, waarover hierna meer) vrijstaat een privaatrechtelijke actie uit hoofde van onrechtmatige daad in te stellen, nu hem (nog) geen publiekrechtelijke middelen ter beschikking staan om het beoogde doel te bereiken. Dat ter zake inmiddels wordt gewerkt aan een wetswijziging (het bij de Tweede Kamer aanhangige ontwerp van wet tot wijziging van de Wet op de Geneesmiddelenvoorzieing en de Gezondheidswet: TK 23 959) doet daaraan niet af. Niet gesteld of gebleken is dat het gebruik door de Staat van de privaatrechte-lijke weg publiek-rechtelijke regelingen doorkruist.
Wat betreft het belangvereiste - artikel 3:303 BW - is niet vereist dat de Staat een civielrechtelijk belang stelt (zie HR 18 februari 1994, NJ 1995,718 en HR 7 oktober 1994, NJ 1995, 719). Nodig is slechts dat is voldaan aan de in artikel 3:303 BW neergelegde eis van een voldoende belang. Geoordeeld moet worden dat de Staat een voldoende belang heeft bij de door haar tegen Roche ingestelde vordering. De Staat is belast met het treffen van maatregelen ter bevordering van de volksgezondheid (artikel 22 Grondwet). Er bestaat een wettelijk verbod op publieksreclame voor geneesmiddelen die uitsluitend op recept mogen worden afgeleverd (artikel 5 van het Reclamebesluit genee-middelen (Stb. 1994, 78-7), welk artikel is gebaseerd op artikel 26 sub f van de Wet op de geneesmiddelenvoorziening). Dit wettelijke verbod is een uitvloeisel van de Europese Richtlijn 92/ 28/EEG, Pb EG L113. De ratio van voormeld verbod van publieks-reclame is onder meer dat het - juist gelet op de aard van de receptgeneesmiddelen - aan een arts ter beoordeling staat om te bepalen of een bepaald middel dient te worden voorgeschreven, welk uitgangspunt zou kunnen worden doorkruist indien een situatie zou ontstaan waarin patiënten hun arts "onder druk" zouden zetten om een bepaald geneesmiddel voor te schrijven. Dat klemt temeer als dat gebeurt op basis van eenzijdige, veelal onvolle-di-ge, reclameuitingen. Gezien de reclamecampagne van Roche voor Xenical als door de Staat gesteld -heeft de Staat (de Inspectie) te dezen een voldoende belang in de zin van artikel 3:303 BW.
3.6.
Ingevolge artikel 5 van het Reclamebesluit is het verboden om voor geneesmiddelen die uitsluitend op recept mogen worden afgeleverd publieksreclame te maken.
Tussen partijen is in discussie of de door Roche met betrekking tot Xenical gevoerde campagne als publieksreclame moet worden gekwalificeerd. Gelet op de handelingen van Roche als hiervoor in 2.3 nader omschreven (waarbij wordt uitgegaan van de nog niet aan de voorschriften van de Inspectie aangepaste uitingsvormen), welke handelingen in hun onder-ling verband en samen-hang bezien nog een versterkend effect hebben, moet voorshands worden geoordeeld dat zulks het geval is. Er is niet alleen sprake van voorlichting over obesitas. Het kennelijke doel van de advertenties en advertorials lijkt te zijn (in welk kader ook naar de uitspraak van de Code-commissie CGR kan worden verwezen) om de voor het middel Xenical van belang zijnde doelgroep te bereiken en hen welhaast vanzelf naar (aanprijzende) informatie over het middel Xenical te leiden. Zo verwijzen de advertenties en advertorials naar de Roche-informatielijn (alwaar de infor-matieverstrekking blijkens de op zichzelf niet, althans onvoldoende gemotiveerd betwiste ge-spreksversla-gen, alsook de overgelegde algemene instructie van het callcen-ter, van obesitas in Xenical overging), en/of naar de internet-site www.roche.nl. (welke site een direct herkenbare link naar de site www.xenical.nl heeft, met daarop informatie over Xeni-cal).
3.7.
Wat er van het vorenstaande verder ook zij (zoals ter zitting medegedeeld wordt Roche ter zake strafrechtelijk vervolgd), in het kader van de voorliggende vorderingen van de Staat in dit kort geding is niet zozeer van belang de reeds plaatsgevonden hebbende reclame-uitingen van Roche, doch - gelet op de door de Staat gevorderde verboden en geboden - of er thans nog sprake is van uitingen door Roche ten aanzien van Xenical in strijd met de daarvoor geldende bepalingen en/of dat zulke gedragingen in de toekomst vallen te verwachten.
3.8.
Als niet, althans onvoldoende gemotiveerd weersproken staat vast dat Roche haar in het najaar van 1999 gevoerde campagne ten aanzien van Xenical inmiddels heeft gestaakt. Uit de stukken, en hetgeen partijen ter zitting over en weer hebben aangevoerd, kan worden afgeleid dat wat betreft uitingen door Roche ten aanzien van Xenical de situatie thans als volgt is.
- Advertenties en advertorials waarvan de inhoud strijdig is met het verbod op publieksreclame worden niet meer ge-plaatst. Ook worden geen persberichten meer uitgebracht.
- De brochures over Xenical worden door Roche thans alleen nog maar verstrekt (behoudens aan mensen die er bij de informatielijn om vragen, zie hierna) aan huisartsen en apotheekhoudenden. Dat is op zichzelf niet verboden. Dat deze brochures - naar de Staat stelt - ook wel eens in wachtkamers van huisartsenpraktijken worden aangetrof-fen, doet daar niet aan af. Roche heeft gesteld dat zij er geen invloed op heeft hoe artsen en apotheekhoudenden met de aan hen verstrekte brochures omgaan. Niet gesteld of gebleken is dat Roche hen aanmoedigt om de brochures over Xenical in de wachtkamer neer te leggen, in plaats van alleen te verstrekken aan patiënten aan wie het mid-del Xenical wordt voorgeschreven.
- De Roche-informatielijn is niet opgeheven, doch verstrekt nog slechts algemene informatie over Roche. Niet is aannemelijk geworden dat in dat kader aanprijzende informatie wordt verstrekt over Xenical en dat brochures over Xenical, anders dan op speciaal verzoek, naar particulieren worden gestuurd. Voors-hands moet worden geoordeeld dat het aldus verstrekken van informatie over Xenical geen ingevolge artikel 5 van het Reclame-besluit verboden publieksreclame betreft. Waar reclame een ac-tieve handeling van de aanbieder is waar het publiek onge-vraagd mee wordt geconfronteerd, betreft het hier het verstrekken van algemene informatie en het uitdrukkelijk, op verzoek, toesturen van een brochure.
- De informatie op de internetsites omvat thans het navolgende. Op de algemene site www.roche.nl wordt men, na aanklikking van het logo van de advertentie "Het gevaar van te zwaar" doorgelinkt naar de site www.xenical.nl, op welke site het algemene publiek kan kiezen voor: *) Productinformatie en *) Consumenten.
Bij "Consumenten" wordt men doorgelinkt naar de site www.overgewicht.nl, op welke site algemene informatie over het tegengaan van overgewicht is opgenomen. Op een van de pagina's ("Beschikbare medicijnen") staat vermeld dat het enige geneesmiddel dat momenteel in Nederland verkrijgbaar is voor de behandeling van overgewicht en obesitas de lipaseremmer orlistat is. De (merk)naam Xenical van Roche wordt daarbij niet genoemd. Voorshands moet worden geoordeeld dat de site www.overgewicht.nl geen publieksreclame voor Xenical bevat.
Bij "Productinformatie" is te vinden de tekst van de officiële bijsluiter van Xenical, alsook het Engelstalige EPAR-rapport (Euro-pean Public Asses-sment Report) en de officiële (SMPC) productinformatie. Voorshands moet worden geoordeeld dat deze in-formatie op zichzelf geen publieksreclame in de zin van artikel 5 van het Reclame-besluit betreft. Mede gelet op het antwoord van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport op kamer-vragen over publicaties van Merck Sharp & Dome en Hoechst Ma-rion Roessel (TK 1998-1999, Aanhang-sel van de Hande-lingen, 935) moet worden geoordeeld dat het hier teksten betreft met louter informatie van algemene en technische aard die relevant is voor het gebruik van Xenical, welke informatie als voorlichting, en niet als publieksrecla-me, kan worden aangemerkt. Het enkele feit, dat van het lezen van die productinformatie een verkoopbevorderend effekt kan uitgaan, is onvoldoende om de voorlich-tende informatie tot reclame te bestempelen.
Dit wordt echter anders, indien het publiek bijvoorbeeld via een voorlichtende advertentie zoals "Het gevaar van te zwaar" te snel en te nadrukkelijk op het middel Xenical wordt gewezen op een wijze zoals hiervoor geschetst. Vanuit voorlichtend oogpunt bezien ligt de noodzaak van een directe link via het logo "Het gevaar van te zwaar" naar productinformatie over Xenical in het geheel niet voor de hand en geschiedt dit kennelijk met het doel het pu-bliek snel te wijzen op het middel Xenical, hetgeen in strijd komt met het verbod van publieksreclame. Dit be-tekent, dat Roche - bij herhaling van de advertentie "Het gevaar van te zwaar" of soortgelijke advertenties - de internetsites aldus dient aan te passen, dat informatie over Xenical niet onverwijld bij raadpleging wordt gegeven, maar bijvoor-beeld eerst in het kader van raadpleging van de site www.overgewicht.nl en alsdan bijvoorbeeld in het kader van "beschikbare medicijnen" en desgewenst pas via deze naar een aparte site www.xenical.nl. Het enkele bestaan van een site www.xenical.nl behoeft (anders dan de Staat kennelijk van oordeel is) nog niet in strijd met het Reclamebesluit te zijn.
Hoewel derhalve uit het vorenstaande volgt, dat de adver-tentie van "Het gevaar van te zwaar" in combinatie met de gerichte en snelle link via internet naar informatie over Xenical als onrechtmatig wordt geoordeeld, zal een verbod niet worden opge-legd. De advertentie "Het gevaar van te zwaar" wordt thans niet meer geplaatst en voorts dient te worden aangenomen, dat Roche bij een herhaling van deze of soortgelijke advertentie zal zorg dragen, dat een te snelle en directe informatie omtrent het product Xenical via internet wordt vermeden.
3.9.
Dat Roche op een andere manier bij de totstandkoming van het boek "Weg met vet" is betrokken anders dan dat zij op verzoek van de uitgever heeft gecontroleerd of de in het boek opgenomen informatie over Xenical feitelijk juist is, is onvoldoende duidelijk geworden. Zulks leent zich in het kader van een kort geding niet voor nader onderzoek. Ten aanzien van de door Roche aan artsen gegeven Swatchhorloges (inkoopwaarde ¦ 35,--) heeft de Staat onvoldoende gemotiveerd betwist dat deze horloges in het kader van een algemene Roche-actie, en dus niet gekoppeld aan de Xenical-campagne, zijn verstrekt. Gelet op de waarde van de horloges kan niet aanstonds worden gezegd dat zij niet onder de in artikel 14 van het Reclamebesluit vallende uitzondering van goederen "van geringe waarde" vallen. Van het daadwerkelijk plaatsvinden van andere gunstbetonen is niet gebleken.
3.10.
Uit het vorenstaande volgt, dat de door de Staat inge-stelde vorderingen zullen worden afgewezen.
Aangezien echter zowel Roche als de Staat op enig punt in het ongelijk zijn gesteld, zullen de proceskosten worden gecompen-seerd.
4. De beslissing
De president:
4.1.
Wijst de vorderingen af.
4.2.
Compenseert de kosten van dit geding aldus dat iedere partij de eigen kosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door mr. H.J. Schepen, fungerend president, met bijstand van mr. C.A.W. Biezemans als griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van dinsdag 15 februa-ri 2000.