ARRONDISSEMENTSRECHTBANK TE UTRECHT
VONNIS van de president van de
arrondissementsrechtbank te Utrecht in het kort geding van:
[eiser],
wonende te [woonplaats],
handelende onder de naam Drukkerij Budde Elinkwijk,
gevestigd en kantoorhoudend te Nieuwegein,
e i s e r,
procureur: mr. J.A.F. Boor,
1. de vennootschap onder firma V.O.F. Drukkerij Labor,
gevestigd en kantoorhoudende te Utrecht,
2. [gedaagde sub 2],
vennoot van gedaagde sub 1,
wonende te Utrecht,
3. [gedaagde sub 3],
vennoot van gedaagde sub 1,
wonende te Utrecht,
4. [gedaagde sub 4],
vennoot van gedaagde sub 1,
wonende te Utrecht,
g e d a a g d e n,
procureur: mr. J.W.H. Raadgever.
1. Het verloop van het geding
1.1. Eiser, hierna te noemen: Drukkerij Budde Elinkwijk, heeft gedaagde, verder in enkelvoud te noemen: Drukkerij Labor, in kort geding doen dagvaarden. Op de dienende dag, 21 november 2000, heeft hij van eis geconcludeerd overeenkomstig de inhoud van het exploot van dagvaarding, waarvan een fotokopie aan dit vonnis is gehecht.
1.2. Drukkerij Budde Elinkwijk heeft vervolgens bij monde van haar procureur haar vordering doen toelichten mede aan de hand van overgelegde producties.
1.3. Drukkerij Labor heeft hierop bij monde van haar procureur verweer doen voeren mede aan de hand van overgelegde pleitaantekeningen en producties.
1.4. Na voortgezet debat hebben partijen vonnis gevraagd.
2.1. Op 8 mei 2000 heeft Drukkerij Budde Elinkwijk de activiteiten (waaronder de handelsnaam) van de failliete drukkerij Drukkerij Elinkwijk B.V. te Utrecht, hierna te noemen: Drukkerij Elinkwijk, overgenomen
2.2. Drukkerij Labor heeft in het Utrechts Nieuwsblad d.d. 20 mei 2000 de hieronder weergegeven advertentie, hierna te noemen: de eerste advertentie, doen plaatsen.
2.3. In het Universiteitsblad d.d. 5 oktober 2000 is de hieronder weergegeven advertentie van Drukkerij Labor, verder te noemen: de tweede advertentie, geplaatst.
3. Het geschil en de beoordeling ervan
3.1. Voor de volledige inhoud en de grondslagen van de vordering wordt verwezen naar de aangehechte dagvaarding. Kort weergegeven houdt de vordering in dat Drukkerij Labor verboden wordt in toekomstige advertenties aan te haken bij de handelsnaam van Drukkerij Budde Elinkwijk en verboden wordt daarbij de naam "Drukkerij Elinkwijk" of "Elinkwijk" te vermelden en daarin woorden te gebruiken als "het failliete bedrijf Drukkerij Elinkwijk".
3.2. Het verweer van Drukkerij Labor komt in het volgende voor zoveel nodig aan de orde.
3.3. Drukkerij Budde Elinkwijk heeft haar vordering onder meer onderbouwd met de stelling dat Drukkerij Labor door het plaatsen van twee advertenties afbreuk heeft gedaan aan de goede naam van Drukkerij Budde Elinkwijk.
3.4. Ten aanzien van de eerste advertentie overweegt de president dat de daarin gedane suggestie dat de rechtsvoorgangster van Drukkerij Budde Elinkwijk door haar faillissement klanten in de kou zou laten staan, niet op waarheid berust. Voldoende aannemelijk is geworden dat Drukkerij Budde Elinkwijk tijdens en na het faillissement de werkzaamheden van Drukkerij Elinkwijk heeft voortgezet. Daarbij is van belang dat - nu Drukkerij Labor tevens een kandidaat voor overname van de activa van Drukkerij Elinkwijk is geweest - niet gezegd kan worden dat Drukkerij Labor van dit feit niet op de hoogte is geweest.
Voorts is voldoende aannemelijk dat Drukkerij Labor door die suggestie afbreuk heeft gedaan aan de door Drukkerij Budde Elinkwijk overgenomen handelsnaam "Elinkwijk".
De president is dan ook van oordeel dat Drukkerij Labor door het plaatsen van deze advertentie jegens Drukkerij Budde Elinkwijk onrechtmatig heeft gehandeld.
3.5. Ook de tweede advertentie is naar het voorlopig oordeel van de president onrechtmatig.
In de onderhavige advertentie wordt verwezen naar het feit dat drukkerij Elinkwijk failliet is. Het enkele feit dat deze mededeling op waarheid berust, brengt - anders dan Drukkerij Labor heeft gesteld - nog niet met zich dat deze vermelding op zich niet onrechtmatig kan zijn. Dit kan onder meer het geval zijn indien - zoals in casu - door middel van een dergelijke mededeling zonder noodzaak afbreuk wordt gedaan aan de goede naam van een concurrent.
Daarbij komt dat Drukkerij Budde Elinkwijk de drukkerij voortzet onder een naam die de handelsnaam van Drukkerij Elinkwijk bevat. Immers, de vermelding "het failliete bedrijf Elinkwijk" kan bij het publiek de gedachte doen postvatten dat Drukkerij Budde Elinkwijk, eiser in deze, failliet verklaard is.
3.6. In het onderhavige geval is er ook voldoende aanleiding om tot een verbod van toekomstige advertenties als de onderhavige over te gaan. Weliswaar heeft Drukkerij Labor toegezegd om geen advertenties te plaatsen die voldoen aan de in de vordering weergegeven omschrijving, maar een soortgelijke toezegging heeft zij ook na de eerste advertentie gedaan. Onder deze omstandigheden is de president van oordeel dat Drukkerij Budde Elinkwijk voldoende belang heeft bij toewijzing van de vordering.
3.7. Er zijn termen aanwezig om de gevorderde dwangsom te matigen.
3.8. Het onder 3.6 overwogene brengt tevens met zich dat niet geoordeeld kan worden dat de kosten van dit geding nodeloos zijn gemaakt. De vordering tot veroordeling van Drukkerij Labor in de kosten van het geding zal dan ook worden toegewezen.
4.1. verbiedt gedaagden hoofdelijk om in de eventuele toekomstige advertenties van gedaagde sub 1 op enige wijze geheel of gedeeltelijk aan te haken bij de handelsnaam van Drukkerij Budde Elinkwijk en daarbij de naam "Drukkerij Elinkwijk" dan wel "Elinkwijk" te vermelden en daarin woorden te gebruiken als "het failliete bedrijf Drukkerij Elinkwijk" of woorden van gelijke strekking;
4.2. bepaalt dat Drukkerij Labor aan Drukkerij Budde Elinkwijk een dwangsom verbeurt van f. 2500 (vijfentwintighonderd gulden) voor iedere overtreding van het onder 4.1 bepaalde;
4.3. bepaalt voorts dat de onder 4.2 genoemde dwangsom vatbaar is voor matiging door de rechter, voor zover handhaving van die dwangsom naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn, in aanmerking genomen de mate waarin aan het verbod is voldaan, de ernst van de overtreding en de mate van verwijtbaarheid van die overtreding;
4.4. veroordeelt Drukkerij Labor in de kosten van dit geding, tot aan deze uitspraak aan de zijde van Drukkerij Budde Elinkwijk begroot op f. 1.550,-- (éénduizend vijfhonderdvijftig gulden) voor salaris van haar procureur en op f. 569,67 (vijfhonderd negenenzestig gulden en zevenenzestig cent) inclusief BTW voor verschotten;
4.5. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
4.6. wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. H.J. Schepen, fungerend president, en is in het openbaar uitgesproken op 5 december 2000.