2.
De feiten
2.1
De Rooij heeft bij brief van 12 april 1989 B&W van De Gemeente (verder B&W) verzocht te bevorderen dat aan haar een perceel grond op het industrieterrein Broekweg te Wijk bij Duurstede zou worden verkocht ten behoeve van een bedrijf voor het opslaan en thermisch bewerken van gebruikte elektromotoren. B&W hebben positief gereageerd op het verzoek.
2.2
Namens De Rooij is op 29 mei 1989 een aanvraag voor het verkrijgen van een vergunning ingevolge de Afvalstoffenwet bij Gedeputeerde Staten van de provincie Utrecht ingediend.
2.3
Bij brief van 9 augustus 1990 schrijven B&W aan De Rooij:
Naar u ons heden hebt meegedeeld, bent u bereid tot het laten uitvoeren van een aanvullend emissieonderzoek (…)
Indien de uitkomsten van een dergelijk onderzoek leiden tot afgifte door de provincie Utrecht van een vergunning ingevolge de Afvalstoffenwet voor een inrichting bestemd tot het thermisch bewerken van electromotoren, dan zijn wij bereid de raad dezer gemeente voor te stellen een perceel industrieterrein ter grootte van ca. 1.278 m2 aan u te verkopen ten behoeve van hiervoor bedoelde inrichting.
2.4
De plannen van De Rooij hebben aanstonds grote commotie teweeggebracht onder de bevolking en de gemeenteraad. Bij brief van 1 september 1990 schrijft Groen Links het college van B&W onder meer:
Met ongeloof heb ik uw brief van 9 augustus j.l. aan de firma de Rooy, gelezen. In deze brief zegt u de firma de Rooy toe grond te willen verkopen (..)
Door uw besluit, (…), manoeuvreert u de raad in de positie van degenen die straks wellicht bij de firma de Rooy gewekte verwachtingen moet teleurstellen. (…)
De komst van een verbrandingsoven (…) is (…) een gevoelige zaak. Dat bleek wel op de informatieve hoorzitting, die op 10 mei j.l. gehouden werd. (…)
2.5
Op 28 juli 1992 hebben GS de gevraagde vergunning ingevolge de Afvalstoffenwet verleend. Bij uitspraak dd. 11 maart 1993 is deze vergunning door de Voorzitter van de Afdeling voor de Geschillen van Bestuur van de Raad van State vernietigd.
In de notulen van de openbare vergadering van de raad der gemeente Wijk bij Duurstede, gehouden op 26 september 1995, overgelegd bij conclusie van repliek, op pagina 8, staat hierover:
In 1992 besloot de raad van Wijk bij Duurstede raadbreed - en zelden was de raad zo eensgezind als toen - om in beroep te gaan bij de Raad van State; dit tegen het afgeven door de provincie van een vergunning voor het oprichten van een verbrandingsoven.
2.6
De raad van De Gemeente heeft op 29 juni 1993 onder meer besloten (verder te noemen het Delegatiebesluit):
II. aan burgemeester en wethouders met ingang van heden de navolgende bevoegdheden te delegeren:
Het kopen, ruilen of vervreemden, het bezwaren of verpanden van gemeente-eigendommen, (…)
Uitwerkingsregels:
bij kopen, ruilen, vervreemden of bezwaren van eigendommen is delegatie beperkt tot een waarde van maximaal f. 150.000,--;
(…)
III. te bepalen dat naast de onder II. per delegatie genoemde uitwerkingsregels op de delegatie de navolgende algemene voorwaarden van toepassing zijn:
1. De op grond van de delegatie door ons college genomen besluiten zullen in de eerstvolgende raadsvergadering ter kennisgeving worden voorgelegd.
2. (…)
2.7
Ter onderbouwing van het verzoek tot aankoop heeft De Rooij B&W een ondernemingsplan dd. 15 juni 1989 doen toekomen. Daarin wordt de waarde van de te kopen grond met een oppervlakte van 1089 m2 gesteld op fl. 63,-- per m2, resulterende in fl. 68.600,--, derhalve minder dan het in 2.6 onder uitwerkingsregels genoemde bedrag.
2.8
Bij brief van 17 mei 1995 schrijven B&W aan De Rooij onder meer:
Op 24 februari 1994 heeft u op basis van een enigszins gewijzigde aanvraag opnieuw verzocht aan GS om aan u een milieuvergunning voor de door u beoogde bedrijfsactiviteiten te verlenen. Voor zover ons bekend is, is de behandeling op uw verzoek opgeschort, zodat op deze aanvraag nog altijd niet is beslist.
Tot op heden hebben wij het betreffende perceel voor u gereserveerd gehouden. Om verschillende redenen achten wij het vanuit bestuurlijk oogpunt niet verantwoord deze reservering eindeloos/voor onbepaalde tijd te laten doorlopen. Immers (…)
Zoals u weet heeft de gemeenteraad van Wijk bij Duurstede reeds herhaalde malen uitgesproken dat hij zelf wenst te beslissen over eventuele verkoop van het perceel aan u. Ook nu nog zullen wij hiertoe pas een voorstel aan de raad doen indien vaststaat dat u kunt beschikken over een milieuvergunning (…)
Met inachtneming van bovenstaande zijn wij uitsluitend bereid het perceel grond voor u nog langer te reserveren indien u (a) op de kortst mogelijke termijn (…) schriftelijk aan GS van Utrecht verzoekt om met de grootst mogelijk voortvarendheid de thans lopende vergunningsprocedure te vervolgen (…) (b) het in het kader van die procedure door GS te nemen besluit niet wordt geschorst (…)
Aan de voorwaarde onder a is voldaan.
2.9
In een interne notitie aan B&W van 4 juli 1995 staat onder meer:
Bij de provincie is inmiddels navraag gedaan over de stand van zaken m.b.t. milieuvergunning verlening. Van die zijde werd medegedeeld dat het betreffende verzoek van de firma gebr. De Rooy inderdaad was binnengekomen. Binnenkort zou er een gesprek met de aanvrager plaatsvinden mede i.v.m. de "nieuwe" (versoepelde) N.E.R.-regeling. Zou de firma gebruik willen maken van de nieuwe regeling dan is men naar verwachting genoodzaakt om wederom een nieuwe aanvraag in te dienen!
2.1
Bij brief van 12 september 1995 hebben B&W het volgende voorstel aan de raad voorgelegd:
Op 10 augustus 1990 is aan de firma Gebroeders De Rooy door het toenmalig college van burgemeester en wethouders medegedeeld dat zij bereid was de raad voor te stellen een perceel industrieterrein aan voornoemde firma te verkopen.
(…)
Aangenomen mag worden dat de thans lopende aanvraag tot een rechtsgeldige milieuvergunning van GS zal leiden. Het aangaan van overeenkomsten in het kader van grondtransacties is in de raadsvergadering van 29 juni 1993 gedelegeerd aan ons college. Deze zaak dateert echter nog van voor het betreffende delegatiebesluit en destijds is expliciet uitgesproken dat een voorstel tot verkoop aan u zou worden voorgelegd. Om ook in het kader van deze grondverkoop zo adequaat mogelijk te kunnen handelen is het gewenst dat u zich daarover nu reeds uitspreekt.
(…)
Wij stellen u voor:
1. Akkoord te gaan met de grondverkoop aan v.o.f. Gebroeders De Rooy;
2. Ons college te machtigen de betreffende transactie af te handelen (…)
2.11
Op 26 september 1995 heeft de raad unaniem besloten:
1. niet akkoord te gaan met het voorstel (…)
2. niet over te gaan tot de verkoop van enig perceel grond op het industrieterrein Broekweg aan de v.o.f. Gebroeders De Rooy voor zover dat perceel bedoeld is voor het oprichten en in bedrijf brengen van een zgn. smeltoven.