ECLI:NL:RBUTR:2004:AO3957
Rechtbank Utrecht
- Kort geding
- G.B. van Esch
- Rechtspraak.nl
Beslag op onroerende zaak en de vraag naar de totstandkoming van een koopovereenkomst
In deze zaak heeft Stevast Ontwikkeling I B.V. beslag gelegd op een perceel aan de Tractieweg 200, dat eigendom is van UPC Nederland B.V. Stevast claimt dit perceel te hebben gekocht op 17 december 2003, maar UPC betwist dit en vraagt in kort geding om opheffing van het beslag. De voorzieningenrechter oordeelt dat er geen koopovereenkomst tot stand is gekomen, omdat de aanvaarding door Stevast op belangrijke punten afwijkt van het aanbod van UPC. De rechter heft het beslag op en veroordeelt Stevast in de proceskosten.
De procedure begon met een dagvaarding op 27 januari 2004, gevolgd door een mondelinge behandeling op 5 februari 2004. UPC, als eiser in conventie, stelt dat zij eigenaresse is van het recht van erfpacht op het perceel en dat Stevast niet aan de voorwaarden van de koopovereenkomst heeft voldaan. Stevast heeft in reactie hierop een fax gestuurd waarin zij aangeeft akkoord te zijn met het aanbod van UPC, maar met verzoek om aanpassingen die UPC als voorwaarden beschouwt.
De rechter concludeert dat de aanvaarding van Stevast niet alleen afwijkt in de hoogte van de koopsom, maar ook in de voorwaarden waaronder de onroerende zaak geleverd zou moeten worden. Dit betekent dat er geen rechtsgeldige koopovereenkomst is ontstaan. Aangezien het beslag is gelegd op basis van de veronderstelling dat er een koopovereenkomst was, is de rechter van mening dat het beslag moet worden opgeheven. Stevast wordt veroordeeld in de kosten van de procedure, zowel in conventie als in reconventie.