ECLI:NL:RBUTR:2005:AT4046
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- C.L. Keijzer
- Rechtspraak.nl
Effectenlease-overeenkomst en kwalificatie als koop op afbetaling
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Utrecht op 2 maart 2005 uitspraak gedaan in een geschil tussen [eiseres] en Groeivermogen N.V. over een effectenlease-overeenkomst, genaamd 'VermogensVersneller 1998/3', die op 10 juni 1998 door de echtgenoot van [eiseres] werd gesloten. De overeenkomst had een looptijd van vijf jaar en voorzag in een deelnamebedrag van € 2.348,97, dat bestond uit rente en een premie voor de winstversneller. De kern van het geschil was of deze overeenkomst kon worden gekwalificeerd als een koop op afbetaling in de zin van artikel 7A:1576 van het Burgerlijk Wetboek.
De kantonrechter oordeelde dat de overeenkomst niet voldeed aan de vereisten voor koop op afbetaling, omdat deze niet voorzag in termijnbetalingen en de aflevering van effecten. De rechter stelde vast dat de aandelen gedurende de looptijd eigendom van Groeivermogen bleven en dat de echtgenoot van [eiseres] geen eigendom verwierf. Dit leidde tot de conclusie dat de overeenkomst niet kon worden vernietigd op grond van de artikelen 1:88 en 1:89 BW, aangezien deze niet voldeed aan de vereisten voor vernietiging.
De vorderingen van [eiseres] werden afgewezen, en zij werd veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van Groeivermogen op € 540,- werden begroot. De uitspraak benadrukt de noodzaak van duidelijke voorwaarden in effectenlease-overeenkomsten en de juridische kwalificatie daarvan, vooral in het kader van consumentenbescherming en de regels omtrent koop op afbetaling.