ECLI:NL:RBUTR:2006:AX2893
Rechtbank Utrecht
- Voorlopige voorziening
- H.J.H. van Meegen
- M.S.D. de Weerd
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot schorsing van besluit tot verwijdering vlonder op jaagpad langs de Vecht
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Utrecht op 17 mei 2006 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoekers, wonende te 's-Graveland, hebben bezwaar gemaakt tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Loenen, waarbij hen is gelast een vlonder met paaltjes op het jaag-/voetpad langs de Vecht te verwijderen. De voorzieningenrechter oordeelt dat de vlonder terecht als bouwwerk is aangemerkt, aangezien deze zonder bouwvergunning is gebouwd, wat in strijd is met artikel 40 van de Woningwet. De bestemming van het perceel grond aan de Vecht is 'verkeer', en de vlonder is daarmee in strijd met het bestemmingsplan. Verzoekers stellen dat zij niet op de hoogte waren van deze bestemming ten tijde van de aankoop van het perceel, maar de voorzieningenrechter oordeelt dat dit niet leidt tot een onterecht handhaven van het bestemmingsplan door verweerder.
De voorzieningenrechter benadrukt dat het belang van het vrij toegankelijk houden van het jaag-/voetpad en het handhaven van de verkeersbestemming zwaarder weegt dan het individuele belang van verzoekers. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af, en stelt dat het bestreden besluit in een bodemprocedure naar verwachting in stand zal blijven. Verweerder heeft toegezegd de begunstigingstermijn op te schorten tot na de uitspraak, zodat verzoekers de gelegenheid krijgen om aan de last te voldoen. De voorzieningenrechter ziet geen aanleiding om verweerder in de proceskosten te veroordelen.