ECLI:NL:RBUTR:2008:BD5583
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- P.K. van Riemsdijk
- S.C. Hagedoorn
- A.M.M.E. Doekes-Beijnes
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in zaak van voorbereiding van moord en bedreiging
In de zaak tegen verdachte [verdachte A], geboren op [1976] te [geboorteplaats], heeft de Rechtbank Utrecht op 26 juni 2008 uitspraak gedaan. De verdachte werd vrijgesproken van de voorbereiding van moord, subsidiair doodslag, afpersing, zware mishandeling en diefstal met geweld. De rechtbank oordeelde dat niet wettig en overtuigend bewezen was dat de verdachte de intentie had om de genoemde misdrijven te plegen. De rechtbank concludeerde dat er geen sprake was van nauwe en bewuste samenwerking tussen de verdachte en de persoon die de bedreiging had geuit. De zaak was ontstaan naar aanleiding van een incident op 6 april 2006, waarbij de verdachte en anderen verschillende horeca-gelegenheden in Utrecht bezochten op zoek naar de daders van een mishandeling van een vriend van de verdachte. De rechtbank stelde vast dat de groep, gekleed in kogelwerende vesten en gewapend, een bedreigende indruk maakte, maar dat de intentie om daadwerkelijk geweld te gebruiken niet kon worden vastgesteld. De rechtbank oordeelde dat de bedreigingen die in de horeca werden geuit niet voldoende specifiek waren om als strafbare bedreiging te worden aangemerkt. De rechtbank concludeerde dat de verdachte niet als medepleger van de bedreiging kon worden aangemerkt en sprak hem vrij van de tenlastegelegde feiten. De rechtbank gelastte tevens de teruggave van een in beslag genomen kogelwerend vest aan de verdachte.