ECLI:NL:RBUTR:2009:BH2401
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot vaststelling van een dwangakkoord in het kader van schuldsanering
Op 5 februari 2009 heeft de Rechtbank Utrecht uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek tot toelating tot de schuldsanering en het vaststellen van een dwangakkoord door [verzoeker]. De rechtbank heeft vastgesteld dat [verzoeker] op 20 juni 2008 een schuldregeling heeft aangeboden aan zijn schuldeisers, waarbij hij gedurende 36 maanden zijn afloscapaciteit reserveert. De totale schuldenlast van [verzoeker] bedraagt € 164.609,66, waarvan de grootste schuld is ontstaan door een brand in zijn videotheek, veroorzaakt door onrechtmatig gebruik van elektriciteit voor een wietplantage door een onderhuurder. De rechtbank heeft de procedure gestart op basis van het verzoekschrift dat op 26 november 2008 is ingediend, en de mondelinge behandeling vond plaats na aanvullende stukken op 15 januari 2009.
De rechtbank heeft in haar beoordeling gekeken naar de belangen van de schuldeisers, SNS Bank en UWV, die in redelijkheid tot weigering van instemming met de schuldregeling hebben kunnen komen. De aangeboden regeling voorziet in een lagere uitkering dan de volledige vorderingen van SNS en UWV, wat hun belang bij weigering versterkt. De rechtbank heeft ook de goede trouw van [verzoeker] in twijfel getrokken, gezien de omstandigheden waaronder de grootste schuld is ontstaan.
Uiteindelijk heeft de rechtbank geconcludeerd dat het verzoek tot vaststelling van het dwangakkoord moet worden afgewezen, omdat de belangen van de schuldeisers zwaarder wegen dan die van [verzoeker]. De rechtbank heeft de afwijzing van het verzoek tot het vaststellen van een dwangakkoord uitgesproken, maar [verzoeker] heeft aangegeven zijn verzoek tot toelating tot de schuldsaneringsregeling te willen handhaven.