ECLI:NL:RBUTR:2009:BJ3018
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- R.P.G.L.M. Verbunt
- L.M.G. de Weerd
- H.A. Brouwer
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in strafzaak wegens brandstichting en openlijke geweldpleging
In de strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1990, die beschuldigd werd van medeplegen van brandstichting en openlijke geweldpleging, heeft de rechtbank Utrecht op 16 juli 2009 uitspraak gedaan. De zaak werd inhoudelijk behandeld op de terechtzitting van 2 juli 2009, waar de officier van justitie, mr. M. Wolfrat, en de verdediging hun standpunten naar voren brachten. De tenlastelegging hield in dat de verdachte samen met een ander brand had gesticht, waardoor goederen in gevaar werden gebracht, dan wel openlijk geweld had gepleegd tegen goederen.
De officier van justitie meende dat er wettig en overtuigend bewijs was voor de schuld van de verdachte, terwijl de verdediging vrijspraak bepleitte. De rechtbank heeft de verklaringen van de verdachte en zijn medeverdachte zorgvuldig gewogen. De rechtbank concludeerde dat er onvoldoende objectieve bewijsmiddelen waren om de betrokkenheid van de verdachte bij de brandstichting te bevestigen. De verklaringen van de verdachte en de medeverdachte verschilden aanzienlijk, en er waren geen doorslaggevende aanwijzingen in het dossier die de geloofwaardigheid van een van beiden konden ondersteunen.
Gelet op de grondregel in het strafrecht dat bij twijfel over het bewijs in het voordeel van de verdachte moet worden beslist, heeft de rechtbank de verdachte vrijgesproken van de ten laste gelegde feiten. Tevens werd de vordering tot tenuitvoerlegging van een eerder opgelegde voorwaardelijke straf van 120 dagen jeugddetentie afgewezen, aangezien de verdachte niet schuldig was bevonden aan de nieuwe feiten.