ECLI:NL:RBUTR:2009:BK2844
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- S.G.M. Buys
- Rechtspraak.nl
Wijziging voogdij en ondertoezichtstelling van een minderjarige
In deze zaak heeft de Rechtbank Utrecht op 15 oktober 2009 uitspraak gedaan over de wijziging van de voogdij over de minderjarige [betrokkene], die op dat moment onder voogdij stond van Stichting Nidos. De moeder van het kind woont in Limburg en heeft verzocht om overdracht van de voogdij aan Stichting Bureau Jeugdzorg Limburg (BJZ Limburg). De rechtbank heeft vastgesteld dat het huidige pleeggezin van [betrokkene] in Noord-Holland is en dat er praktische problemen zijn bij de overdracht van de voogdij. Indien de voogdij aan BJZ Limburg wordt overgedragen, kan [betrokkene] niet in het huidige pleeggezin blijven, omdat dit pleeggezin onderdeel uitmaakt van het netwerk van Nidos. Bovendien kan BJZ Limburg pas onderzoek doen naar de opvoedkwaliteiten van de moeder als [betrokkene] officieel cliënt is, wat momenteel niet het geval is.
De rechtbank heeft de procedure behandeld op 9 oktober 2009, waarbij de moeder, vertegenwoordigers van Nidos en BJZ Limburg, en leden van de Raad voor de Kinderbescherming aanwezig waren. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het in het belang van [betrokkene] is om te onderzoeken of zij weer bij haar moeder kan wonen, voordat de voogdij wordt overgedragen. De rechtbank heeft Nidos belast met het uitvoeren van dit onderzoek en heeft bepaald dat Nidos met ingang van 14 januari 2010 van de voogdij over [betrokkene] zal worden ontslagen, mits het onderzoek naar de opvoedkwaliteiten van de moeder positief uitvalt.
De rechtbank heeft tevens besloten dat [betrokkene] onder toezicht zal worden gesteld van BJZ Limburg voor de duur van twaalf maanden, met ingang van dezelfde datum. Het verzoek tot machtiging uithuisplaatsing is afgewezen, omdat de rechtbank ervan uitgaat dat [betrokkene] vanaf 14 januari 2010 weer bij haar moeder zal wonen, tenzij er tijdens het onderzoek door Nidos bezwaren naar voren komen.