ECLI:NL:RBUTR:2010:BL5016
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toepassing van de Colportagewet en reflexwerking ten behoeve van kleine ondernemers in geschil met automatiseringsleverancier
In deze zaak heeft de kantonrechter te Utrecht op 20 januari 2010 uitspraak gedaan in een geschil tussen een kleine ondernemer, aangeduid als [eiser], en de besloten vennootschap Proximedia Nederland B.V. De zaak betreft de toepassing van de Colportagewet, waarbij de kantonrechter oordeelt dat de beschermende bepalingen van deze wet onder bepaalde omstandigheden ook reflexwerking kunnen hebben ten behoeve van kleine ondernemers. De eiser stelt dat de overeenkomst met Proximedia nietig is omdat de mogelijkheid tot ontbinding niet in de overeenkomst is vermeld, zoals vereist door artikel 24 lid 2 sub a van de Colportagewet. De kantonrechter oordeelt echter dat deze reflexwerking niet zo ver strekt dat de overeenkomst reeds nietig is.
Daarnaast komt het beroep van de eiser op dwaling en bedrog aan de orde, maar de kantonrechter constateert dat de eiser onvoldoende concrete feiten en omstandigheden heeft aangedragen om zijn beroep op dwaling te onderbouwen. De kantonrechter wijst erop dat de eiser eerder een referentiebrief heeft opgesteld waarin hij tevredenheid over de diensten van Proximedia heeft verklaard, wat zijn beroep op dwaling ondermijnt.
Proximedia betwist dat er sprake is van een onredelijk bezwarend beding en stelt dat de vergoeding van 60% van de nog niet vervallen maandtermijnen een redelijke vergoeding is. De kantonrechter oordeelt dat Proximedia voldoende gelegenheid heeft gekregen om bewijs te leveren voor haar stellingen en verwijst de zaak naar de rolzitting van 17 februari 2010 voor verdere bewijslevering. De beslissing houdt iedere verdere beslissing aan, wat betekent dat de zaak nog niet definitief is afgerond.