RECHTBANK UTRECHT
Sector kanton
zaaknummer: 706999 UE VERZ 10-1027 IV
beschikking d.d. 20 oktober 2010
de naamloze vennootschap
ASR Nederland N.V.,
gevestigd te Utrecht,
verder ook te noemen ASR,
verzoekende partij,
gemachtigde: mr. M.I. van Dijk,
[verweerder],
wonende te Alphen aan den Rijn,
verder ook te noemen [verweerder],
verwerende partij,
gemachtigde mw. mr. S. van Ketel
1. Het verloop van de procedure
ASR heeft een verzoekschrift met producties ingediend, ingekomen op de griffie van de rechtbank Utrecht, sector kanton, locatie Utrecht, op 2 augustus 2010.
[verweerder] heeft op 14 september 2010 een verweerschrift met producties ingediend.
ASR heeft bij brief van 10 september 2010 de producties 7 tot en met 17 en bij brief van 17 september 2010 de producties 18 tot en met 23 overgelegd.
Het verzoek is ter zitting van 21 september 2010 behandeld.
ASR is verschenen bij [A] (HR Manager), vergezeld van
[B] (MT-lid Markering & Verkoop) en mevrouw [C] (Hoofd Arbeidsvoorwaarden) en bijgestaan door mw. mr. F. Samson en mw. mr. M.K Eijsinga,
[verweerder] is verschenen in persoon, vergezeld van zijn echtgenote en bijgestaan door
mw. mr. S. van Ketel en mr. B.J.P. Komen
De gemachtigden hebben pleitnota's overgelegd.
De griffier heeft aantekeningen van de mondelinge behandeling gemaakt.
Hierna is uitspraak bepaald.
De kantonrechter gaat uit van de volgende vaststaande feiten.
2.1. [verweerder], geboren op [1955], is op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd op 1 april 1989 in dienst getreden van ASR in de functie van inspecteur. [verweerder] beschikt over alle benodigde opleidingen en PE-punten;
2.2. Op de arbeidsovereenkomst zijn de CAO Verzekeringsbedrijf Buitendienst en de aanvullende CAO-bepalingen van Fortis Verzekeringen Nederland N.V. van toepassing;
2.3. [verweerder] was laatstelijk werkzaam als Accountmanager Blauw (functiegroep II);
Het laatstverdiende salaris van [verweerder] bedraagt € 4.370,17 bruto per maand, exclusief 8% vakantietoeslag en overige emolumenten;
2.4. ASR is eind 2008 het project Blauwdruk gestart om adequaat in te spelen op wijzigingen binnen de verzekeringsbranche in zijn algemeenheid en binnen intermediaire distributie in het bijzonder;
2.5. ASR heeft met de memo van 22 september 2009 aan de Onderdeelscommissie ASR Verzekeringen advies gevraagd over het voorgenomen besluit tot wijziging van de inrichting en tot inkrimping van de afdeling Verkoop binnen ASR Verzekeringen. In deze adviesaanvraag is onder andere aangegeven dat er sprake is van vier nieuwe accountmanagementfuncties. De tekst van deze memo luidt – voor zover hier van belang – als volgt:
Voorgenomen besluit
Middels deze adviesaanvraag vraag ik u conform het bepaalde in artikel 25 lid 1 sub d en e van de WOR uw advies over mijn voorgenomen besluit tot wijziging van de inrichting en tot inkrimping van de afdeling Verkoop binnen ASR Verzekeringen conform de hieronder geschetste wijze. Het Sociaal Plan is op deze reorganisatie van toepassing.
2.6. Met de memo van 5 oktober 2009 aan de Onderdeelscommissie ASR Verzekeringen heeft ASR de adviesaanvraag herinrichting Marketing & Verkoop ASR Verzekeringen van 22 september 2009 aangevuld met het advies van de indelingscommissie om de afdeling Verkoop ASR Verzekeringen in te richten met deze vier nieuwe managementfuncties. Naar aanleiding van de advies-aanvraag van ASR heeft de Onderdeelscommissie ASR Verzekeringen in de memo van 30 oktober 2009 een vijftiental vragen gesteld over en opmerkingen geplaatst bij het voorgenomen besluit. ASR heeft in de memo van 3 november 2009 de vragen/opmerkingen van de Onderdeelscommissie beantwoord;
De Onderdeelscommissie ASR Verzekeringen heeft in de memo van 13 november 2009 aan ASR geadviseerd het voorgenomen besluit om te zetten in een definitief besluit. ASR heeft op 13 november 2009 het besluit genomen het voorgenomen besluit zoals verwoord in de memo van 22 september 2009 om te zetten in een definitief besluit;
2.7. Als gevolg van dit besluit tot wijziging van de inrichting en tot inkrimping van de afdeling Verkoop binnen ASR Verzekeringen zijn alle managementfuncties opgeheven en zijn alle 130 accountmanagers boventallig verklaard. Op hen is het Sociaal Plan Fortis Verzekeringen Nederland 2009-2010 van toepassing verklaard. Iedereen is vervolgens in de gelegenheid gesteld om te solliciteren naar de nieuwe functie van accountmanager. De selectieprocedure bestond uit een assessment en een sollicitatiegesprek. In de vergadering van regio-directeuren is bepaald wie al dan niet voor de nieuwe functies in aanmerking komt.
2.8. Van de boventallige accountmanagers zijn 82 medewerkers geplaatst in een nieuwe functie en van 48 accountmanagers, onder wie [verweerder], wordt afscheid genomen.
2.9. [verweerder] heeft gesolliciteerd naar zowel de nieuwe functie van Accountmanager I als de functie van Accountmanager II. De uitkomst van het assessment van [verweerder] voor de functie van Accountmanager I was positief. [verweerder] is niet uitgenodigd voor een sollicitatieprocedure voor de nieuwe functie van Account-manager II.
2.10. Bij brief van 5 januari 2010 heeft ASR aan [verweerder] meegedeeld dat hij niet geplaatst kan worden op een van de nieuwe functies binnen Verkoop ASR Verzekeringen en dat hij als gevolg daarvan per 1 februari 2010 boventallig is. Omdat de boventalligverklaring dateert van na 1 januari 2010, valt [verweerder] onder de werking van het Sociaal Plan Fortis Verzekeringen Nederland 2009-2010, hier het SP.
2.11. In de oude functieomschrijving wordt het doel van de functie van [verweerder] als volgt omschreven:
“De accountmanager Blauw is verantwoordelijk voor het in stand houden van de aan hem toegewezen winstgevende relaties, teneinde bij bestaande relaties binnen kleinere kantoren een groter marktaandeel te realiseren”.
2.12. Het doel van de nieuwe functie Accountmanager II Reguliere Distributie wordt als volgt omschreven:
“Het doel van de Accountmanager II Reguliere Distributie is het vergroten van klantwaarde, het realiseren van de targets op winstgevende omzet en de share of wallet bij gekoppelde intermediairs. Dit wordt gerealiseerd door een gedifferentieerde en effectieve bedieningsstrategie. Dit doet hij primair als regierolhouder voor een aantal van zijn gekoppelde intermediairs en secundair als ondersteunende discipline voor collega regierolhouders voor zijn overige gekoppelde intermediairs”.
2.13. Artikel 10 van het SP luidt voor zover van belang:
Artikel 10 Vaststelling boventalligheid
1. Bij het vaststellen welke werknemer boventallig wordt, kan een drietal situaties worden onderscheiden:
a. functies verdwijnen als gevolg van het beëindigen van activiteiten; de werknemer die werkzaam is in een functie die wordt opgeheven wordt aangemerkt als boventallig;
b. functies/arbeidsplaatsen verdwijnen als gevolg van het inkrimpen/samenvoegen van activiteiten; de werknemer die werkzaam is op een afdeling of in een bedrijfsonderdeel waar activiteiten worden ingekrompen, wordt volgens de in lid 2 en 3 aangegeven rangorde aangemerkt als boventallig;
c. functies waarvan de inhoud als gevolg van de reorganisatie sterk wijzigt, wat tot uiting komt in gewijzigde functie-eisen en/of een gewijzigd schaalniveau; de werknemer die naar het oordeel van de werkgever redelijkerwijze niet binnen een termijn van zes maanden kan voldoen aan de aan deze gewijzigde functie te stellen eisen, wordt aangemerkt als boventallig.
3.1. ASR vraagt ontbinding van de arbeidsovereenkomst met [verweerder] op grond van gewichtige redenen, bestaande uit veranderingen in de omstandigheden, welke van dien aard zijn, dat de arbeidsovereenkomst billijkheidshalve dadelijk of na korte tijd behoort te eindigen. Het verzoek houdt volgens ASR geen verband met de ziekte van [verweerder] of met enig ander opzegverbod.
3.2. ASR heeft aan haar verzoek ten grondslag gelegd dat grote verschuivingen in de distributie van verzekeringsprodukten en essentiële veranderingen als gevolg van de toenemende transparantie haar hebben doen besluiten tot een herstructurering van de afdeling Marketing en Verkoop ASR Verzekeringen. Het uiteenvallen van Fortis en de negatieve economische ontwikkeling als gevolg van neergaande financiële markten hebben de noodzaak tot aanpassing versneld en vergroot. Als gevolg van deze bedrijfseconomische noodzaak tot reorganisatie van de afdeling Marketing & Verkoop ASR Verzekeringen zijn alle oude functies van accountmanager, waaronder die van [verweerder], komen te vervallen. [verweerder] is daardoor boventallig geworden.
Omdat [verweerder] niet is geselecteerd voor de nieuwe functie van accountmanager heeft ASR het initiatief genomen tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst met [verweerder].
ASR is, wanneer de arbeidsovereenkomst met ingang van 1 november 2010 wordt ontbonden, bereid aan [verweerder] een vergoeding te betalen van € 237.442,92 bruto.
4.1. [verweerder] voert - samengevat het volgende - verweer.
[verweerder] betwist dat er sprake is van nieuwe accountmanagersfuncties. Volgens [verweerder] heeft ASR deze nieuwe functies gecreëerd om van een grote groep veelal wat oudere medewerkers afscheid te kunnen nemen. De nieuwe accountmanagement-functies zijn in grote lijnen vergelijkbaar met de oude, aldus [verweerder]. De verouderde in 2005 opgestelde functieomschrijving is nooit geactualiseerd. De enige wijziging betreft het element regiehouder. [verweerder] stelt dat hij deze rol in feite al vervuld heeft.
Ook stelt [verweerder] dat de boventalligheid niet op de juiste wijze is vastgesteld.
Op grond van artikel 10 lid 3 van het SP dient de vaststelling van boventalligheid te geschieden op basis van de bepalingen uit het Ontslagbesluit.
Voorst stelt [verweerder] dat de procedure onvoldoende waarborgen bood voor een onafhankelijk en onpartijdig oordeel.
[verweerder] concludeert dan ook primair tot afwijzing van het verzoek en subsidiair bij toewijzing van het verzoek aan hem een vergoeding toe te kennen van € 377.067,00 bruto, althans een bedrag van € 251.378,00 bruto.
5.1.Het verzoek van ASR is gebaseerd op de stelling dat de functie van [verweerder] is vervallen ten gevolge van de wijziging en inkrimping van de verkooporganisatie.
Als gevolg hiervan zijn alle 130 accountmanagers boventallig verklaard, onder wie
[verweerder]. Nu [verweerder] stelt dat hij ten onrechte boventallig is verklaard, zal dit aspect van zijn verweer als eerste onderzocht en beoordeeld worden.
5.2. Vast staat dat de indelingscommissie de functiebeschrijving van de accountmanagers uit 2005 heeft vergeleken met de nieuwe beschrijving anno 2009. Op basis van deze 'papieren' vergelijking, is de indelingscommissie tot de conclusie gekomen dat de functie van de accountmanagers in de nieuwe organisatie voor 80% is gewijzigd ten opzichte van de beschrijving uit 2005. Beoordeeld dient dan ook te worden of er sprake is van 'een sterk gewijzigde functie' als bedoeld in artikel 10.1. sub c van het SP.
5.3. Uit het verslag van overlegvergadering van 2 juli 2009 (productie 4 bij verweerschrift) volgt dat de OR aan de bestuurder heeft gevraagd wanneer er sprake is van een 'sterk gewijzigde functie'. Voorheen werd - aldus de OR - een percentage van 60% gehanteerd. Uit dit verslag volgt tevens dat ASR (althans de bestuurder) zich niet wilde vastleggen op een bepaald percentage. Het komt de kantonrechter geraden voor, te meer ASR geen specifiek percentage noemt en het SP op dit punt evenmin aanknopingspunten biedt, om aansluiting te zoeken bij het percentage dat ASR kennelijk voorheen hanteerde, te weten 60%. Nu ASR stelt dat de oude functie accountmanager 80% is gewijzigd ten opzichte van de nieuwe functie, is er sprake is van een sterk gewijzigde functie. Immers, als bij een wijziging van 60% sprake is van een sterke wijziging, is dat bij 80% zeker het geval. Dit heeft tot gevolg dat er sprake is van een situatie als bedoeld in artikel 10.1. sub c van het SP, zodat de boventallig verklaring dient te geschieden overeenkomstig het bepaalde in dit artikel.
5.4. Op grond van het bepaalde in artikel 10.1 sub c tweede volzin, wordt de werknemer
wiens functie sterk wijzigt boventallig verklaard, indien hij naar het oordeel van de
werkgever niet binnen een termijn van zes maanden kan voldoen aan de aan deze gewijzigde
functie te stellen eisen.
5.5. [verweerder] is net zoals alle andere Accountmanagers boventallig verklaard en in de gelegenheid gesteld om te solliciteren op de nieuwe functie Accountmanager. Deze gang van zaken is naar het oordeel van de kantonrechter niet in overeenstemming met het bepaalde in artikel 10.1. sub c SP. Op grond van deze bepaling diende ASR eerst te onderzoeken of een werknemer aanstonds dan wel binnen 6 maanden zou kunnen voldoen aan de gewijzigde functie-eisen. Eerst nadat dit onderzoek is afgerond en vast staat dat de werknemer ook niet binnen zes maanden geschikt zal zijn voor de gewijzigde functie, volgt boventalligverklaring. Daar komt bij dat uitgangspunt bij het SP 'duurzame inzetbaarheid' van de werknemer is. Dit heeft tot gevolg dat, in het geval ASR een werknemer niet aanstonds geschikt achtte, zij deze werknemer gedurende zes maanden adequate scholing en/of begeleiding had dienen aan te bieden, teneinde de betrokken werknemer de kans te geven om alsnog aan het gewijzigde functieprofiel te voldoen. Gesteld noch gebleken is echter dat ASR onderzocht heeft of [verweerder] binnen een termijn van zes maanden zou kunnen voldoen aan de gewijzigde functie-eisen. Evenmin is gesteld of gebleken dat ASR [verweerder] adequate scholing/begeleiding heeft aangeboden. Deze gang van zaken is in strijd met het bepaalde in artikel 10.1. sub c resp. 6 en 7 van het SP. Dit heeft tot gevolg dat ASR [verweerder] prematuur boventallig heeft verklaard.
5.6. Voorts is het handelen van ASR, ook indien de geschetste handelwijze volgens het SP wel geoorloofd zou zijn, niet zoals van een goed werkgever verwacht mag worden. Hiertoe strekt het volgende. Zoals overwogen heeft ASR alle accountmanagers boventallig verklaard en hen gelegenheid gegeven om te solliciteren op de gewijzigde functie. Het selectieproces bestond uit een eerste en tweede ronde. De eerste ronde bestond uit een assessment, afgenomen door 'Recruitment'. Bij een positief assessment volgde automatisch doorstroming naar de tweede ronde. De tweede ronde bestond uit een gesprek met een (nieuwe) leidinggevende en een (andere) regio-directeur. Afhankelijk van het resultaat van beide, volgt benoeming door het MT.
5.7. [verweerder] voert aan dat ASR in redelijkheid niet kon besluiten dat hij niet geschikt is voor de gewijzigde functie. Hoewel partijen van mening verschillen over de uitslag van het assessment, verklaarde ASR ter gelegenheid van de mondelinge behandeling dat [verweerder] niet is aangenomen in de nieuwe functie, omdat hij 'onverschillig overkwam en de indruk wekte niet open te staan voor veranderingen'. Wat hier verder ook van zij, nu ASR geen inzicht heeft gegeven in de wijze waarop zij kandidaten getoetst heeft aan de vereiste nieuwe competenties en onduidelijk is of de uitslag van het assessment - en zo ja op welke wijze - bij de besluitvorming een rol heeft gespeeld, was de selectieprocedure onvoldoende transparant en derhalve met onvoldoende waarborgen omkleed. Dit klemt te meer nu vast staat dat een trainee min of meer de functie van [verweerder] vervult.
5.8. Het voorgaande dient voorts nog te worden geplaatst in de volgende context.
[verweerder] heeft (onweersproken) gesteld dat van de uiteindelijk 48 boventallige werknemers er 33 boven de 50 jaar en 21 boven de 55 jaar zijn. Op basis van deze gegevens is de conclusie gerechtvaardigd dat met name de oudere accountmanagers het veld moeten ruimen. Dit is in strijd met het afspiegelingsbeginsel. Hoewel ASR enige mate van vrijheid geniet om haar organisatie naar eigen goeddunken in te richten, had zij zich dienen te houden aan het bepaalde in artikel 10 van het SP, dat gebaseerd is op paragraaf 4 van het Ontslagbesluit.
5.9. In het licht van de gestelde feiten en omstandigheden is de kantonrechter van oordeel
dat ASR prematuur en niet in redelijkheid tot haar besluit kon komen om [verweerder]
boventallig te verklaren. Dit heeft tot gevolg dat het verzoek strekkende tot ontbinding van
de arbeidsovereenkomst wordt afgewezen. Alle overige weren kunnen om deze reden verder
onbesproken blijven.
5.10. Nu ASR in het ongelijk is gesteld, wordt zij veroordeeld in de kosten van de procedure.
6.1. wijst het verzoek af;
6.2. veroordeelt ASR in de proceskosten aan de zijde van [verweerder], tot de uitspraak van deze beschikking begroot op € 1.000,00 aan salaris gemachtigde.
Deze beschikking is gegeven door mr. I.M. Vanwersch, kantonrechter, en is in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 20 oktober 2010.