Aangeefster verklaart dat zij de man vervolgens met beide handen om zijn keel heeft gegrepen en hem toen in zijn gezicht heeft gekrabd ter hoogte van zijn neus en mond. Daarna kreeg aangeefster een forse duw van de man en viel zij op de grond. Aangeefster zag vervolgens dat de man wegliep.
Het signalement van de man is, aldus aangeefster: tussen 25 en 30 jaar, tussen 175 en 180 cm, licht getinte huidskleur, tenger postuur, zwart haar, geen gezichtsbeharing en smal gelaat. Volgens aangeefster was het een buitenlandse jongeman die wel goed Nederlands sprak.
Door de val heeft aangeefster een pijnlijke schouder en schaafwonden op haar knieën opgelopen en kon zij niet meer opstaan. Zij is vervolgens zittend vanuit de hal naar haar woonkamer geschoven om bij de telefoon te komen en heeft 1-1-2 gebeld.
Uit de geneeskundige verklaring d.d. 26 oktober 2010 blijkt dat bij aangeefster sprake was van een pijnlijke rechterschouder, blauwe plekken op de linker onderarm en schaafwonden op de knieën.
Op 22 oktober 2010 is door verbalisant [verbalisant 4] een nader onderzoek ingesteld waarbij in het complex de [adres], zijnde het complex waarin aangeefster woont, door verbalisant is gesproken met [A]. Deze verklaart dat in de centrale toegangshal van dit complex een camera is aangebracht en dat deze camera staat gericht op de naambordjes en de bellen van de bewoners van dit complex. De beelden van de camera worden opgenomen en elke ochtend worden die beelden bekeken.
Van de opnamen van 22 oktober 2010 zijn prints gemaakt. Deze zijn bekeken door de verbalisanten [verbalisant 2] , [verbalisant 3] , [verbalisant 5] en [verbalisant 1] , die allen hebben verklaard dat zij de op de print afgebeelde man herkennen als de hen ambtshalve bekende verdachte. Verbalisant [verbalisant 1] vermeldt bovendien dat verdachte voldoet aan het signalement, voor zover aangeefster dat in haar aangifte heeft vermeld. Verbalisant [verbalisant 1] voornoemd heeft de camerabeelden bekeken en verklaart daarover dat hij verdachte op 22 oktober 2010 omstreeks 05:13 de centrale hal ziet binnen komen lopen. [verbalisant 1] ziet vervolgens dat verdachte op meerdere bellen drukt en dat hij omstreeks 05:20 uur door het openen van de schuifdeuren in het complex wordt toegelaten. Vervolgens ziet verbalisant dat verdachte omstreeks 05:33 uur door de schuifdeuren loopt en via de centrale hal het complex weer verlaat. Tussen 05:13 en 5:33 uur zijn er, volgens verbalisant, op de camerabeelden geen andere personen in de centrale hal te zien die het complex binnen komen dan wel verlaten.
Verbalisant [verbalisant 1] heeft op 11 januari 2011 gesproken met [A]. Laatstgenoemde verklaart dat hij op 22 oktober 2010 de camerabeelden van die nacht/ochtend heeft bekeken, waarbij hij behalve verdachte geen andere personen heeft gezien. Tevens verklaart [A] dat er behalve via de centrale toegang geen andere mogelijkheden zijn om op legale wijze het complex binnen te komen, behalve door braak of verbreking, maar dat er na het incident geen sporen van braak of verbreking zijn waargenomen.
Op 2 december 2010 verklaart aangeefster dat zij in haar aangifte heeft gezegd dat zij de man gekrabd had, maar dat zij dat zo heeft genoemd omdat zij er geen ander woord voor had. Zij had de man niet echt in zijn gezicht gekrabd. Zij had de man bij zijn mond en zijn kin beetgepakt.