De (waarnemend) bewindvoerder heeft in haar ter zitting overgelegde schrijven ten aanzien van (een aantal van) de voormelde individuele schuldsaneringsdossiers aangevoerd dat de verwijten van de rechter-commissaris deels feitelijk onjuist zijn en deels verschoonbaar.
Naar het oordeel van de rechtbank volgt uit de beoordeling en weging van de door de rechter-commissaris omschreven verwijten enerzijds en van hetgeen de (waarnemend) bewindvoerder tot verweer heeft aangevoerd anderzijds, dat ook indien ten gunste van de (waarnemend) bewindvoerder van de juistheid van dat verweer wordt uitgegaan, er nog steeds sprake is van een aanmerkelijk aantal terecht geformuleerde kritiekpunten, betrekking hebbend op het functioneren van de (waarnemend) bewindvoerder gedurende het merendeel van de periode van haar taakuitoefening als waarnemer voor mevrouw [bewindvoerder 1]. Ook in dat geval is immers voldoende aannemelijk (naar ook blijkt uit de desbetreffende schuldsaneringsdossiers) dat in die periode de (waarnemend) bewindvoerder:
- veelvuldig gedurende kortere maar ook langere tijd geen dan wel niet tijdig actie heeft ondernomen ten behoeve van de voortgang of de afwikkeling van de schuldsanering, waardoor deze in voorkomend geval de wettelijk toegelaten termijn heeft overschreden;
- meermalen geen of onvoldoende contact met de saniet heeft gezocht en zich daarbij in voorkomend geval heeft beperkt tot schriftelijke contacten terwijl de saniet niet of gebrekkig Nederlands sprak of slecht kon lezen;
- in voorkomend geval geen contact heeft gezocht met een beschermingsbewindvoerder dan wel andere hulpverleners, waar dit de voortgang van de schuldsanering had kunnen bevorderen;
- in voorkomend geval tegenstrijdig heeft gehandeld aan een door het gerechtshof gegeven beslissing tot verlenging van de schuldsanering in verband met het verwachte wegwerken van de boedelachterstand, welk handelen de schone lei van de saniet in de waagschaal stelde;
- veelvuldig het tussentijdse verslag, ondanks rappels van de rechter-commissaris, niet op de daartoe voorgeschreven termijn bij de rechter-commissaris heeft ingediend, in voorkomend geval met een overschrijving van die termijn met meerdere maanden;
- veelvuldig niet of (veel) te laat heeft gereageerd op (herhaalde) verzoeken van dan wel namens de rechter-commissaris om informatie of tot overlegging van bepaalde bescheiden;
- veelvuldig heeft nagelaten zelf een standpunt in te nemen omtrent kwesties die in het kader van de schuldsanering dienden te worden geregeld, ook nadat zij door de rechter-commissaris daarop was gewezen;
- meermalen heeft nagelaten de rechter-commissaris tijdig (vooraf) te informeren over bepaalde wijzigingen in de omstandigheden van de saniet, zoals een verhuizing, de (tijdelijke) ontheffing van de sollicitatieplicht en het volgen van een stage;
- in voorkomend geval zonder bericht niet is verschenen op een zitting van de rechtbank;
- in voorkomend geval in haar verslag onvoldoende toelichting heeft gegeven op een wijziging in het inkomen van de saniet, omtrent de verkoopopbrengst van een auto van de saniet en omtrent de naleving van de sollicitatieplicht van de saniet;
- in voorkomend geval in haar verslag onjuiste informatie heeft opgenomen zoals omtrent de inkomenspositie en de arbeidsongeschiktheid van de saniet.