ECLI:NL:RBUTR:2011:BU6185
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek om moratorium in faillissementsrecht met betrekking tot huurachterstand
In deze zaak heeft de Rechtbank Utrecht op 18 november 2011 uitspraak gedaan in een verzoek tot het instellen van een moratorium op basis van artikel 287b van de Faillissementswet (Fw). De verzoeker, geboren in 1935 in Griekenland en wonende in Nederland, heeft een verzoek ingediend om de tenuitvoerlegging van een eerder vonnis tot ontruiming van zijn woning op te schorten. Dit verzoek is gedaan in het kader van een poging tot het bereiken van een minnelijke schuldregeling met zijn schuldeisers. De verzoeker heeft aangegeven dat hij, na het overlijden van zijn echtgenote in 2010, in financiële problemen is geraakt en dat er een huurachterstand is ontstaan. De verzoeker heeft hulp gezocht bij een schuldhulpverlener en is bezig met het stabiliseren van zijn financiële situatie.
De verwerende partij, Stichting Portaal, heeft verweer gevoerd tegen het verzoek, stellende dat de verzoeker in het verleden afspraken niet is nagekomen en dat de huurachterstand alleen maar is toegenomen. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat een ontruiming van de woning de kans op een succesvolle minnelijke regeling zou frustreren. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzoeker, met de ondersteuning van zijn partner en de schuldhulpverlener, in staat is om aan zijn lopende huurverplichtingen te voldoen.
De rechtbank heeft daarom besloten om het verzoek tot moratorium toe te wijzen en de tenuitvoerlegging van het vonnis tot ontruiming op te schorten voor de duur van zes maanden. De rechtbank heeft tevens bepaald dat de huurovereenkomst voor deze periode wordt verlengd, mits de verzoeker aan zijn verplichtingen voldoet. De beslissing is genomen met het oog op het belang van de verzoeker om een kans te krijgen op een minnelijke regeling met zijn schuldeisers.