ECLI:NL:RBUTR:2011:BU8294
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. Wassing
- P. Wagenmakers
- M.H.L. Schoenmakers
- Rechtspraak.nl
Woninginbraak met bewezenverklaring en strafoplegging
Op 23 november 2011 heeft de Rechtbank Utrecht uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die beschuldigd werd van woninginbraken en heling. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 18 augustus 2011 en/of 19 augustus 2011 in Soest een woninginbraak heeft gepleegd, waarbij diverse voorwerpen zijn weggenomen, waaronder een portemonnee en een pakje shag. De verdachte werd in de nabijheid van de woning aangetroffen met de gestolen voorwerpen, wat leidde tot zijn aanhouding. De rechtbank oordeelde dat er voldoende bewijs was voor de bewezenverklaring van het tweede feit, maar sprak de verdachte vrij van het eerste feit, omdat er onvoldoende bewijs was dat hij deze inbraak had gepleegd.
De rechtbank heeft de ernst van de woninginbraak benadrukt, die niet alleen materiële schade veroorzaakt, maar ook een inbreuk op de privacy van de bewoners met zich meebrengt. De verdachte had een strafblad en was eerder veroordeeld voor vergelijkbare feiten, wat de rechtbank deed besluiten om een gevangenisstraf van vier maanden op te leggen, gelijk aan de eis van de officier van justitie. De rechtbank heeft ook de vordering van de benadeelde partij [benadeelde 1] toegewezen, die schadevergoeding vorderde voor de geleden schade door de inbraak. De benadeelde partij [benadeelde 2] werd niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering, omdat de verdachte was vrijgesproken van het feit waaruit de schade was ontstaan. De rechtbank heeft de teruggave van in beslag genomen voorwerpen aan de verdachte gelast, aangezien deze niet vatbaar waren voor verbeurdverklaring.