Uitspraak
vonnis
RECHTBANK UTRECHT
[gedaagde] BV,gevestigd te [vestigingsplaats] , verder ook te noemen [gedaagde] , gedaagde partij,
Rechtbank Utrecht
In deze zaak heeft de Stichting tot behoud van historische gebouwen (hierna: De Stichting) een vordering ingesteld tegen [gedaagde] BV, met betrekking tot een huurovereenkomst voor kantoorruimte. De huurovereenkomst werd op 18 oktober 2008 gesloten en opgezegd door De Stichting bij brief van 6 januari 2009, met een voorwaardelijke opzegging die inging per 16 januari 2009. De Stichting vorderde betaling van huurtermijnen en schadevergoeding, terwijl [gedaagde] zich verweerde door te stellen dat de huurovereenkomst reeds was beëindigd en er geen huurachterstand was. De kantonrechter heeft de procedure gevolgd, waarbij een comparitie van partijen heeft plaatsgevonden op 22 juni 2011.
De kantonrechter oordeelde dat de opzegging van de huurovereenkomst door De Stichting niet rechtsgeldig was, omdat de aan de opzegging verbonden voorwaarde niet was vervuld. De rechter concludeerde dat er sinds 16 januari 2009 geen huur meer verschuldigd was, omdat [gedaagde] per saldo te veel had betaald. De vordering van De Stichting werd afgewezen en zij werd veroordeeld in de proceskosten.
In reconventie had [gedaagde] een tegenvordering ingesteld, maar deze werd buiten behandeling gelaten omdat niet was voldaan aan de voorwaarde. De proceskosten in reconventie werden geheel gecompenseerd. Het vonnis werd uitgesproken door kantonrechter mr. J.J.M. de Laat op 4 januari 2012.