ECLI:NL:RBUTR:2012:BV2578

Rechtbank Utrecht

Datum uitspraak
30 januari 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
09/369 R
Instantie
Rechtbank Utrecht
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling op grond van niet-nakomen sollicitatieverplichting

In deze zaak heeft de Rechtbank Utrecht op 30 januari 2012 uitspraak gedaan in een verzoek tot tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling van de schuldenares, die in 2009 was uitgesproken. De bewindvoerder had verzocht om beëindiging van de regeling, omdat de schuldenares haar verplichtingen, waaronder de sollicitatieverplichting, niet naar behoren zou zijn nagekomen. De schuldenares had sinds mei 2011 geen relevante informatie aan de bewindvoerder verstrekt en had niet aantoonbaar gesolliciteerd. Tijdens de zitting op 28 november 2011 verklaarde de schuldenares echter dat zij per februari 2012 fulltime als gastouder aan de slag zou gaan, hoewel haar inkomen onder het minimumloon zou liggen.

De rechtbank oordeelde dat de schuldenares, ondanks haar aanstaande werk als gastouder, nog steeds verplicht was om te solliciteren naar een beter betaalde baan. De rechtbank nam kennis van de omstandigheden waaronder de schuldenares haar verplichtingen had verzuimd en concludeerde dat het niet nakomen van de sollicitatieverplichting op zich voldoende was om de regeling tussentijds te beëindigen. Echter, gezien de recente ontwikkelingen, zoals het aantonen van werk en het inlopen van de boedelachterstand, besloot de rechtbank om het verzoek tot beëindiging van de schuldsaneringsregeling af te wijzen.

De rechtbank benadrukte dat de schuldenares gedurende de resterende looptijd van de regeling moet blijven voldoen aan haar verplichtingen en dat zij moet aantonen dat zij in staat is om aan alle voorwaarden van de schuldsaneringsregeling te voldoen. De rechtbank zal aan het einde van de reguliere looptijd beoordelen of de duur van de regeling moet worden verlengd, om het niet voldoen aan de sollicitatieverplichting gedurende elf maanden goed te maken.

Uitspraak

RECHTBANK UTRECHT
Sector handel en kanton
zaaknummer: 09/369 R
nummer verklaring: NGN0110803272
uitspraakdatum: 30 januari 2012
uitspraak op grond van artikel 350 lid 3 van de Faillissementswet
(“voorstel tussentijdse beëindiging schuldsanering”)
enkelvoudige kamer
Bij vonnis van deze kamer van 29 december 2009 is de definitieve schuldsanering uitgesproken ten aanzien van:
[schuldenares],
geboren op [1983] te [geboorteplaats],
wonende [adres] [woonplaats],
hierna: schuldenares.
De bewindvoerder heeft verzocht om de toepassing van de schuldsaneringsregeling tussentijds te beëindigen. De rechter-commissaris heeft geadviseerd de toepassing van de schuldsaneringsregeling te beëindigen.
Schuldenares, haar echtgenoot en de heer [A], de opvolgend bewindvoerder, zijn gehoord ter terechtzitting van 28 november 2011. Tevens was de heer A. Aslan aanwezig om te tolken.
Als grond voor de beëindiging is aangevoerd dat schuldenares haar uit de schuldsaneringsregeling voortvloeiende verplichtingen niet naar behoren nakomt.
Ter terechtzitting heeft de bewindvoerder aangegeven dat schuldenares sinds mei 2011 de bewindvoerder geen relevante informatie heeft verstrekt. Na het verzoek tot tussentijdse beëindiging zijn de ontbrekende bankafschriften en inkomstenspecificaties overgelegd. De schuldenaar heeft niet aantoonbaar gesolliciteerd.
De schuldenares heeft ter terechtzitting verklaard dat zij per februari 2012 fulltime als gastouder aan de slag gaat.
De rechtbank heeft op 19 december 2011 kennis genomen van de brief van schuldenares over haar activiteiten om een betaalde baan te vinden en de mededeling van de bewindvoerder dat de boedelachterstand is ingelopen.
De rechtbank heeft op 4 januari 2012 kennisgenomen van een korte toelichting van schuldenares op de invulling van haar werkzaamheden per 1 februari 2012.
De rechtbank oordeelt als volgt.
Uit de openbare verslagen is gebleken dat schuldenares bij aanvang van de regeling een ZW-uitkering ontving. Per januari 2011 is zij hersteld en ontvangt zij geen ZW uitkering meer. De rechter-commissaris heeft schuldenares geen ontheffing verleend van haar arbeids- en sollicitatieverplichting. Derhalve moet zij vanaf januari 2011 aan deze verplichting voldoen.
In haar brief van 12 december 2011 stelt schuldenares dat zij heeft voldaan aan de eisen van de (aanvullende) WWB uitkering en dat zij heeft gesolliciteerd bij meerdere bedrijven. Schuldenares heeft deze stellingen echter niet met bewijzen onderbouwd. Derhalve kan de rechtbank niet tot de conclusie komen dat zij aantoonbaar heeft gesolliciteerd. Voorts maakt de rechtbank uit de brief van 12 december 2011 op dat schuldenares via de gemeente Utrecht een re-integratietraject heeft gevolgd. Op grond van de Recofa-richtlijnen voor schuldsaneringsregelingen geldt dat deelname aan re-integratietrajecten onverlet laat dat schuldenares zich zelfstandig inspant om betaald werk te vinden. Daarnaast mag, zo blijkt uit diezelfde richtlijnen, het volgen van een opleiding, integratiecursus of andere cursus het verrichten van of het solliciteren naar fulltime werk niet in de weg staan. Het volgen van het re-integratietraject en het volgen van een cursus om als gastouder aan de slag te kunnen, ontslaat schuldenares dan ook niet van haar inspanningsverplichting te solliciteren naar een fulltime baan.
Het gedurende langere tijd niet nakomen van de sollicitatieverplichting is op zich voldoende om de regeling tussentijds te beëindigen. Nu schuldenares echter heeft aangetoond dat zij per februari gaat werken, de ontbrekende informatie heeft verschaft en de boedelachterstand heeft ingelopen, zal de rechtbank de schuldsaneringsregeling op dit moment niet beëindigen. Aan het einde van de reguliere looptijd zal de rechtbank bepalen of en in hoeverre de duur van de regeling zal worden verlengd teneinde het gedurende elf maanden niet voldoen aan de sollicitatieverplichting goed te maken. Thans moet de schuldenares eerst aantonen dat zij gedurende de resterende duur van de reguliere looptijd in staat is alle verplichtingen van de schuldsaneringsregeling na te komen.
Daarbij dient te worden opgemerkt dat met het uitvoeren van de fulltime werkzaamheden als gastouder schuldenares nog niet is ontslagen van haar sollicitatieverplichting. Dit vanwege het feit dat zij nog minder dan het minimum salaris zal gaan verdienen met haar werkzaamheden als gastouder. Schuldenares moet derhalve blijven solliciteren naar een beter betaalde baan.
Beslissing
De rechtbank:
wijst af het verzoek tot tussentijdse beëindiging van de toepassing van de schuldsaneringsregeling.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.H.F. van Vugt en in het openbaar uitgesproken op
30 januari 2012.