ECLI:NL:RBUTR:2012:BW0129
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- J.R. Krol
- J. Ebbens
- R.G.A. Beaujean
- Rechtspraak.nl
Vordering tenuitvoerlegging van een strafzaak met betrekking tot verduistering van een dienstvoertuig
Op 27 maart 2012 heeft de Rechtbank Utrecht uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 25 januari 2012 in Veenendaal een dienstvoertuig, een Citroën Jumper, wederrechtelijk heeft toegeëigend. De verdachte, die in dienst was van het bedrijf waartoe het voertuig behoorde, werd beschuldigd van verduistering. Tijdens de zitting op 13 maart 2012 heeft de rechtbank de zaak inhoudelijk behandeld, waarbij zowel de officier van justitie als de verdediging hun standpunten hebben gepresenteerd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat zij bevoegd was om de zaak te behandelen. De officier van justitie achtte het primair tenlastegelegde feit wettig en overtuigend bewezen, gebaseerd op de aangifte en de bekennende verklaring van de verdachte. De verdediging steunde dit standpunt.
De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan verduistering, maar sprak hem vrij van andere tenlastegelegde feiten. De rechtbank legde een werkstraf van 80 uren op, met de waarschuwing dat bij niet-nakoming vervangende hechtenis van 40 dagen zou worden toegepast. De rechtbank hield rekening met de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het was begaan, en de persoonlijke situatie van de verdachte, die onder behandeling was voor verslavingsproblematiek.
Daarnaast werd er een vordering tot tenuitvoerlegging behandeld, maar de rechtbank besloot deze af te wijzen, omdat het belangrijk was dat de verdachte zijn behandeling kon voortzetten. De benadeelde partij, het bedrijf, vorderde een schadevergoeding, maar de rechtbank verklaarde deze niet-ontvankelijk, omdat de vordering onvoldoende was onderbouwd. De rechtbank besloot dat de benadeelde partij haar vordering bij de burgerlijke rechter kon indienen. Het vonnis werd uitgesproken door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en is openbaar gemaakt op 27 maart 2012.